...

Eerdere onderzoeken hadden al aangetoond dat mensen die laat gaan slapen en 's morgens moeilijk uit hun bed geraken, vaker metabole afwijkingen en hart- en vaataandoeningen vertonen. Een cohortonderzoek bij 433 268 Britten van 38 tot 73 jaar heeft nu ook het overlijdensrisico geëvalueerd. De proefpersonen werden in vier groepen ingedeeld: "ochtendmensen " (27%), "meer ochtend- dan avondmensen" (35%), "meer avond- dan ochtendmensen" (28%) en echte "avondmensen" (9%). Tijdens een follow-up van zes en een half jaar werden 10 534 sterfgevallen geregistreerd; 2127 mensen zijn gestorven aan een hart- en vaataandoening. Belangrijkste resultaat: de sterfte ongeacht de doodsoorzaak was 10% hoger bij de mensen die laat gingen slapen, dan bij de mensen die vroeg onder de lakens kropen. De auteurs schrijven dat toe aan gedragsmatige, psychologische en fysiologische factoren, waarvan de meeste te maken hebben met een gebrekkige synchronisatie tussen de interne biologische klok en de externe omgeving. De auteurs zijn ervan overtuigd dat dat een probleem voor de volksgezondheid is dat niet meer kan worden weggewuifd, en stellen dan ook een interventie voor: hetzij het circadiaanse ritme van avondmensen wijzigen hetzij ze de mogelijkheid bieden tot soepelere werkuren. (referentie: Chronobiology International, 11 april 2018, doi: 10.1080/07420528.2018.1454458)