...

Het bedrag van de groeinorm was tot zero herleid, stelde het Verzekeringscomité op 2 oktober vast. "Gezondheidszorg draagt dus nu al bij aan het terugdringen van het federale begrotingstekort", luidde het in de nota. Hard op zoek naar middelen om toch nog enige nieuwe zaken te kunnen financieren in 2024, sprak het Verzekeringscomité de 100 miljoen euro aan voor de "structurele kostencompensatie voor volledige geconventioneerde zorgverleners" - vermeerderd met de gezondheidsindex. Het Verzekeringscomité recupereerde daarnaast een bedrag van 62,5 miljoen euro uit een technische correctie die de regering in 2022 doorvoerde - tezamen goed voor een ruime 168 miljoen euro, beschikbaar gemaakt voor nieuwe maatregelen in de ziekteverzekering. Het voorstel dat geaccepteerd is door de Algemene Raad borduurt voort op dat idee. De 106 miljoen euro die oorspronkelijk bedoeld was voor de 'conventiepremie' gaat inderdaad naar nieuwe maatregelen. Maar in de plaats van de 62,5 miljoen euro uit een correctiemaatregel recupereert het voorstel vanuit de regering, goedgekeurd door de AR, bijna 63 miljoen euro 'gereserveerde bedragen'. Dat is geld voor nieuw beleid dat in 2024 toch nog niet zal worden uitgevoerd. 10,5 miljoen euro hiervan komt uit het deelbudget voor artsenhonoraria - onder meer 5 miljoen euro gereserveerd voor het uitvoeren van de 'new deal'. In de Commissie Artsen-Ziekenfondsen hadden de artsensyndicaten voorstellen kunnen formuleren voor zaken die de ziekteverzekering nieuw zou financieren. De NCAZ mocht er, zo was afgesproken, maximum vijf aan het Verzekeringscomité voorleggen. Kwamen uit de bus: nieuwe financiering voor end-of-life care, betere somatische zorg voor psychiatrische patiënten in algemene ziekenhuizen (PAAZ), financiering van benign obliteration tympanoplasty bij een cholesteatoom, multidisciplinaire longrevalidatie en opwaardering van bepaalde prestaties van ziekenhuisartsen (vooral de klinische infectiologen/microbiologen). Het Verzekeringscomité nam in zijn tabel van nieuwe maatregelen, te financieren met de gevonden 168 miljoen, de meeste van de NCAZ-voorstellen over. Maar de bedragen werden al fors gereduceerd: maar 1,6 miljoen euro in plaats van 8 miljoen voor psychiatrische patiënten, bijvoorbeeld. De opwaardering van prestaties voor een aantal specialistische disciplines werd afgevoerd en vervangen door een zorgtraject voor obese kinderen - onderdeel van een zogenaamd 'transversaal' project. In het voorstel dat de Algemene Raad accepteerde, zijn al deze voorstellen van de tafel geveegd. In de plaats zet minister Frank Vandenbroucke voor de artsen een bedrag opzij van ongeveer 19 miljoen euro: 9 miljoen euro voor artsen in opleiding. En 10 miljoen euro voor gerichte maatregelen die problemen moeten voorkomen bij het invoeren van een nieuw verbod door de minister op ereloonsupplementen (geen supplementen meer bij patiënten die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming). Wat de artsen in opleiding betreft, bijna 6,8 miljoen euro wordt opzijgezet voor de nieuwe collectieve overeenkomst voor aso's, waarvoor de onderhandelingen nog lopen. De rest zou onder een of andere vorm gaan naar de haio's die hun opleiding volgen in gebieden waar huisartsen zeer voelbaar schaars zijn. De nota verwijst nog naar andere bedragen voor artsen: 23 miljoen euro voor artsen-specialisten afkomstig uit de hervorming van de klinische biologie, het equivalent daarvan voor huisartsen die toetreden tot de New Deal, en 16,5 miljoen euro die is gereserveerd voor de praktijkondersteuning van huisartsen. Maar dat zijn geen nieuwe bedragen, daarover was binnen de lopende begroting de beslissing al genomen. In zijn eigen communicatie pakt de minister graag uit met de extra miljoenen die hij investeert voor tandzorg, een ruimere terugbetaling van brillen en hoorapparaten, automatische toekenning van het recht op een verhoogde tegemoetkoming aan bepaalde bevolkingscategorieën, de geestelijke gezondheidszorg, de opleiding en ondersteuning van zorgpersoneel zoals verpleegkundigen in het ziekenhuis, enzovoort. Maar voor artsen is de realiteit heel wat minder rooskleurig. Binnen de medische zorg kan nauwelijks iets bewegen, tenzij wat de minister heeft afgebakend. Artsen zijn goed voor 28,6% van het gezondheidsbudget, berekent Kartel/ASGB. Maar ze krijgen maar 11,3% van de erg beperkte nieuwe middelen. Bvas berekent dat in 2013 de medische sector nog goed was voor 34% van het budget voor de gezondheidszorg. In 2024 is dat gekrompen tot 28,6%. De Algemene Raad keurde de door de regeringsvertegenwoordigers bijgestuurde gezondheidsbegroting op 16 oktober goed met 15 stemmen voor en 5 onthoudingen. De zorgverleners hebben er geen stemrecht. In het Verzekeringscomité stemde op 2 oktober op de artsenbank alleen AADM vóór de begrotingsnota.