...

De huisartsen staan onder druk. Drie kwart ervaart een hoge tot erg hoge werkdruk, zo blijkt uit het recente rapport over de tijdsbesteding van artsen van de FOD Volksgezondheid (zie ook AK 2750). Een arts op de vijf denkt eraan om een patiëntenstop in te voeren. Een fenomeen dat Wallonië meer treft dan Vlaanderen. De werkdruk is wat ze is, en dat doet dokter Siegfried Van Eygen, huisarts en voormalig ondervoorzitter van Domus Medica, vrezen voor de impact van de hervorming van het dagziekenhuis op de huisartsenpraktijk. "Dat betekent extra werk voor de huisartsen. De hervorming is enkel haalbaar als er aanzienlijke maatregelen worden getroffen", vindt de Kortrijkse arts. Hij verwacht veel van de New Deal om huisartsen te helpen in hun dagelijkse praktijk. Hij stelt zich om te beginnen vragen bij de aansprakelijkheid. "Wie is aansprakelijk voor wat, en wanneer? Waar eindigt de verantwoordelijkheid van de chirurg en begint die van de huisarts? Wat als er binnen de 72 uur na de ingreep complicaties optreden? Waar moet de patiënt dan terecht: in het ziekenhuis, bij de huisarts of bij een verpleegkundige? Dat is tot nog toe niet duidelijk." Dokter Van Eygen wijst er ook op dat de competenties van de huisarts beperkt zijn - vooral als het gaat over patiënten met multimorbiditeit. "De huisarts kan niet op alle vlakken een expert zijn. Moet er een specifieke navorming komen in de postoperatieve zorg?" En dan is er nog de communicatie, stipt hij aan. "We lopen achter. De elektronische uitwisseling tussen huisartsen en specialisten is verre van optimaal. De beste manier om te overleggen, blijft de telefoon, maar dan vormt beschikbaarheid vaak een obstakel. Er bestaan wel hulpmiddelen, met name e-health, maar die worden nog te weinig aangewend." De huisarts dringt aan op duidelijke protocollen vanwege de overheid, maar ook op meer samenwerking tussen de eerste en de tweede lijn. "Ziekenhuizen en huisartsen moeten goed samenwerken. Overleg met de eerste lijn is primordiaal."