...

De historische achtergrond en het financieringssysteem zorgen ervoor dat gynaecologen en vroedvrouwen nog te vaak als concurrenten in plaats van als partners zien. De patiënte zelf heeft de keuze door welke zorgverlener ze zich laat begeleiden tijdens haar zwangerschap. Risicovolle zwangerschappen moeten wel door een gynaecoloog worden opgevolgd. RisicosituatiesHet KCE legde een lange lijst aan van situaties die mogelijk een reden zijn om een zwangere vrouw naar een gynaecoloog door te verwijzen. Het streefde ernaar een instrument te ontwikkelen dat een veilige en naadloze overgang tussen de verschillende zorgverleners tijdens de prenatale opvolging zou verzekeren. Het besprak de lijst van risicosituaties in een gestructureerd overleg (Delphi-rondes) met de verschillende betrokken beroepsgroepen - ook de huisartsen waren daar als volwaardig partij bij aanwezig. Over een groot deel van de situaties was er unanimiteit. Maar over een belangrijk deel raakte men het niet volledig eens - of er doorverwijzing nodig was, of waaruit de doorverwijzing precies moest bestaan. Lokale samenwerkingDaarom stelde het op grond van de resultaten van het Delphi-overleg een document op met de lijst van risicosituaties, de mogelijke 'doorverwijsacties' en de mate waarin daarover eensgezindheid of verdeeldheid bestond binnen de groep van geraadpleegde experts. De bedoeling is om lokaal in overleg tussen de betrokken zorgverleners het instrument verder af te werken en aan de hand daarvan een systeem van samenwerking - bijvoorbeeld een protocol, een zorgtraject of een overeenkomst - uit te bouwen. Obstakels wegwerkenHet KCE formuleert ook een aantal aanbevelingen voor de wetenschappelijke organisaties, en de overheden bevoegd voor de gezondheidszorg en voor onderwijs (onder meer de geneeskundeopleiding). De wetenschappelijke verenigingen van de verschillende beroepsgroepen moeten bij het ontwikkelen van klinische richtlijnen de verantwoordelijkheid van de zorgprofessionals duidelijk omschrijven. De federale overheid moet in overleg op zoek naar een financieringsmodel dat de multidisciplinaire samenwerking bij prenatale zorg bevordert. Ze moet ook werk maken van een elektronisch patiëntendossier dat de uitwisseling van medische gegevens over patiënten gemakkelijk maakt. De onderwijsministers moeten ervoor zorgen dat artsen en vroedvrouwen tijdens hun opleiding een aantal gemeenschappelijke lessen en stages hebben waardoor ze de andere disciplines ook beter leren kennen. Interdisciplinaire samenwerking blijft een aandachtspunt tijdens het 'levenslang leren.'