Minister Vandenbroucke presenteert zichzelf als de moderne Robin Hood, die het geld gaat halen bij de rijke dokters om het te verdelen onder de arme patiënten.

Op het eerste zicht een mooi sprookje, maar de realiteit is dat veel minder. Zijn zogenaamde sociale maatregelen zijn eerder een oppoetsbeurt voor zijn imago dan een werkelijke verbetering van onze gezondheidszorg.

Neem bijvoorbeeld zijn aanpak van de financiering van ziekenhuizen.

Een recente studie toont aan dat veel ziekenhuizen spartelen om financieel boven water te blijven. Meer ziekenhuizen dan ooit zijn zelfs kopje onder gegaan.

De basisfinanciering is ontoereikend en loopt achter op de werkelijke kosten. Steeds meer moet worden aangevuld vanuit opbrengsten uit de apotheek en artsenhonoraria.

In plaats van die basisfinanciering op punt te stellen, knipt Vandenbroucke lukraak stukjes uit het financieringskluwen, waarbij hij ongemerkt schade aanricht. Dat is kwalijk. Het wordt tijd om de ziekenhuizen grondig door te lichten en te focussen op efficiëntie. De oorzaak moet worden aangepakt. Niet enkel de symptomen.

Opvallend zijn de grote communautaire verschillen in financiële problemen bij ziekenhuizen, terwijl de financiering toch op dezelfde manier gebeurt.

Waalse en Brusselse ziekenhuizen lijden een pak meer verlies dan Vlaamse ziekenhuizen, ondanks de hogere maximale ereloonsupplementen. De minister bevriest deze supplementen zonder ze gelijk te trekken, waardoor Vlaamse ziekenhuizen minder manoeuvreerruimte krijgen in budgettair krappe tijden.

Toch moeten ook de Vlaamse ziekenhuizen worden aangepakt. Meer handen aan het bed, minder achter de computer.

Vandenbroucke laat na de ziekenhuisfinanciering transparant te maken

Een andere bedenkelijke maatregel van Vandenbroucke is het verbod op supplementen voor patiënten met een verhoogde tegemoetkoming bij dokters en tandartsen.

Dit klinkt goed, maar wat als ook daar de basisfinanciering niet klopt? In de tandheelkunde zijn er duidelijk problemen, aangezien slechts 40% van de tandzorg wordt terugbetaald.

Parodontologen en orthodontisten kunnen niet aan officiële tarieven werken, en er zijn tal van tandheelkundige behandelingen waar geen correcte tarieven voor werden voorzien. Het verbieden van supplementen zonder adequate tarieven te voorzien is een grove maatregel die de patiënt met beperkte middelen benadeelt en beperkt in zijn keuzes en zorgkwaliteit.

Het toevoegen van meer mensen aan het systeem van verhoogde tegemoetkoming lijkt op het eerste gezicht sociaal, maar er wordt te weinig gecontroleerd of die regelingen ook steeds terecht zijn. De middelen die worden uitgekeerd aan wie ze niet nodig heeft, maken het systeem oneerlijk en beperken de ondersteuning voor wie die daadwerkelijk nodig heeft.

Wat Vandenbroucke dus vooral nalaat, is het transparant maken van de ziekenhuisfinanciering en het correct financieren van behandelingen.

Het plan om de gezondheidszorg naar de deelstaten over te hevelen blijft dode letter, terwijl de inefficiënte organisatie van onze gezondheidszorg ons jaarlijks miljarden kost. In plaats van noodzakelijke hervormingen door te voeren, kiest hij voor steekvlampolitiek, die onze gezondheidszorg in brand steekt.

En misschien erger nog, Vandenbroucke creëert bewust wantrouwen tussen burgers en zorgverstrekkers, en zelfs tussen zorgverstrekkers onderling. Dit vormt een aanzienlijk gevaar voor onze volksgezondheid dat niet onderschat mag worden.

Minister Vandenbroucke, ooit gepresenteerd als redder, dreigt nu de doodgraver te worden van onze sociale gezondheidszorg. Hervorming is nodig, maar niet op deze destructieve manier.

Minister Vandenbroucke presenteert zichzelf als de moderne Robin Hood, die het geld gaat halen bij de rijke dokters om het te verdelen onder de arme patiënten. Op het eerste zicht een mooi sprookje, maar de realiteit is dat veel minder. Zijn zogenaamde sociale maatregelen zijn eerder een oppoetsbeurt voor zijn imago dan een werkelijke verbetering van onze gezondheidszorg.Neem bijvoorbeeld zijn aanpak van de financiering van ziekenhuizen. Een recente studie toont aan dat veel ziekenhuizen spartelen om financieel boven water te blijven. Meer ziekenhuizen dan ooit zijn zelfs kopje onder gegaan.De basisfinanciering is ontoereikend en loopt achter op de werkelijke kosten. Steeds meer moet worden aangevuld vanuit opbrengsten uit de apotheek en artsenhonoraria. In plaats van die basisfinanciering op punt te stellen, knipt Vandenbroucke lukraak stukjes uit het financieringskluwen, waarbij hij ongemerkt schade aanricht. Dat is kwalijk. Het wordt tijd om de ziekenhuizen grondig door te lichten en te focussen op efficiëntie. De oorzaak moet worden aangepakt. Niet enkel de symptomen.Opvallend zijn de grote communautaire verschillen in financiële problemen bij ziekenhuizen, terwijl de financiering toch op dezelfde manier gebeurt. Waalse en Brusselse ziekenhuizen lijden een pak meer verlies dan Vlaamse ziekenhuizen, ondanks de hogere maximale ereloonsupplementen. De minister bevriest deze supplementen zonder ze gelijk te trekken, waardoor Vlaamse ziekenhuizen minder manoeuvreerruimte krijgen in budgettair krappe tijden.Toch moeten ook de Vlaamse ziekenhuizen worden aangepakt. Meer handen aan het bed, minder achter de computer.Een andere bedenkelijke maatregel van Vandenbroucke is het verbod op supplementen voor patiënten met een verhoogde tegemoetkoming bij dokters en tandartsen. Dit klinkt goed, maar wat als ook daar de basisfinanciering niet klopt? In de tandheelkunde zijn er duidelijk problemen, aangezien slechts 40% van de tandzorg wordt terugbetaald. Parodontologen en orthodontisten kunnen niet aan officiële tarieven werken, en er zijn tal van tandheelkundige behandelingen waar geen correcte tarieven voor werden voorzien. Het verbieden van supplementen zonder adequate tarieven te voorzien is een grove maatregel die de patiënt met beperkte middelen benadeelt en beperkt in zijn keuzes en zorgkwaliteit.Het toevoegen van meer mensen aan het systeem van verhoogde tegemoetkoming lijkt op het eerste gezicht sociaal, maar er wordt te weinig gecontroleerd of die regelingen ook steeds terecht zijn. De middelen die worden uitgekeerd aan wie ze niet nodig heeft, maken het systeem oneerlijk en beperken de ondersteuning voor wie die daadwerkelijk nodig heeft.Wat Vandenbroucke dus vooral nalaat, is het transparant maken van de ziekenhuisfinanciering en het correct financieren van behandelingen. Het plan om de gezondheidszorg naar de deelstaten over te hevelen blijft dode letter, terwijl de inefficiënte organisatie van onze gezondheidszorg ons jaarlijks miljarden kost. In plaats van noodzakelijke hervormingen door te voeren, kiest hij voor steekvlampolitiek, die onze gezondheidszorg in brand steekt.En misschien erger nog, Vandenbroucke creëert bewust wantrouwen tussen burgers en zorgverstrekkers, en zelfs tussen zorgverstrekkers onderling. Dit vormt een aanzienlijk gevaar voor onze volksgezondheid dat niet onderschat mag worden.Minister Vandenbroucke, ooit gepresenteerd als redder, dreigt nu de doodgraver te worden van onze sociale gezondheidszorg. Hervorming is nodig, maar niet op deze destructieve manier.