...

Heel wat huisartsen en geneesheren-specialisten gaan associaties aan met collega's en dit met het oog op een professionele samenwerking.Als u met één of meerdere collega's wil gaan samenwerken, kunt u er voor kiezen om samen een vennootschap op te richten. U creëert dan een aparte rechtspersoon, die zelf bijvoorbeeld inkomsten kan verwerven (zo bv. de honoraria die elk van u ontvangt), die zelf goederen kan verwerven (bv. een onroerend goed, medische toestellen...), schulden kan aangaan (bv. een in- vesteringskrediet) en die zelf ook contracten (bv. een huurovereenkomst of een arbeidsovereenkomst of een medisch secretaresse) kan afsluiten. U hebt hierbij de keuze voor welke soort vennootschap u kiest. Dat kan bijvoorbeeld een maatschap zijn, een bv en dies meer. De keuze die u daarbij maakt heeft allerhande gevolgen, onder andere op de persoonlijke aansprakelijkheid voor eventuele schulden van de vennootschap, de werking en het bestuur van de vennootschap en zo meer. Ook fiscaal (bv. op het vlak van de btw) kan uw keuze gevolgen hebben. Het is dan ook belangrijk u grondig te laten adviseren over de meest geschikte vennootschaps- of samenwerkingsvorm. Uw accountant kan u hierbij helpen. Als u samen met enkele collega's een associatie wil starten hoeft u er overigens niet noodzakelijk voor te kiezen om te werken met een gezamenlijke vennootschap. U kunt ook een associatiecontract afsluiten waarbij u afspraken maakt rond een samenwerking zonder dat daarbij ook een extra vennootschap wordt opgericht. Ongeacht voor welke vorm van samenwerking u kiest, belangrijk is goede afspraken te maken. Zo kunt u bijvoorbeeld overeenkomen dat de associatie beperkt blijft tot een kostenassociatie (waarbij elk van u zijn eigen honoraria ontvangt en voor een bepaald deel bijdraagt in de kosten van de associatie) of u kunt afspreken dat de honoraria van eenieder in één grote 'pot' terechtkomen die dan volgens bepaalde verdeelsleutels verdeeld wordt. Hierbij kan bijvoorbeeld worden overeengekomen dat een jongere associé gedurende een tijd minder verdient dan zijn oudere collega's of dat wie meer patiënten heeft een groter deel van de koek krijgt. Los van de verdeling van de inkomsten kunnen ook de dagen en uren waarop iedereen actief is worden afgesproken, kunnen er afspraken worden gemaakt over de eventuele uittrede uit de associatie en de intrede van nieuwe associés. Ook is het mogelijk spelregels op te nemen over de eventuele vergoeding die moet worden betaald als een associé arbeidsongeschikt is, kan een niet-concurrentiebeding worden overeengekomen et cetera. Bij het maken van de afspraken in kwestie beschikt u over een zeer grote vrijheid. U kunt contractueel zo goed als alle mogelijke afspraken op papier zetten. Toch zijn er een aantal spelregels waar u rekening mee moet houden. Zo is het bijvoorbeeld niet onbeperkt mogelijk om schadebedingen en niet-concurrentiebedingen in overeenkomsten op te nemen. Bovendien mag u in de afspraken die u maakt ook niet zondigen tegen de deontologische en wettelijke spelregels waaraan artsen zich moeten houden. Zo moet bijvoorbeeld de vrije artsenkeuze van de patiënt gewaarborgd blijven en moet de professionele samenwerking de autonomie van de arts waarborgen. Een overzicht van een aantal deontologische spelregels waar u rekening mee moet houden vindt u terug op de website (*). Richt u een vennootschap op, dan zal u tevens rekening moeten houden met de dwingende regels van het vennootschapsrecht. Ongeacht welke afspraken u maakt, belangrijk is om die ook correct op papier te laten zetten. Zolang het tussen u en uw associés 'goed' gaat zal u dit contract niet echt nodig hebben. Iets anders wordt het wanneer er onenigheden komen in de samenwerking. Elkeen zal op dat moment nu eenmaal teruggrijpen naar de overeenkomst die op papier werd gezet. De opmaak van zo'n overeenkomst is specialistenwerk. U besteedt dit dan ook best uit aan een jurist (een advocaat bijvoorbeeld) die voldoende vertrouwd is met de opmaak van zo'n overeenkomsten. Die kan uw wensen nu eenmaal vertalen in juiste juridische bewoordingen, adviseren over eventueel verboden clausules en suggesties doen om bepalingen op te nemen over een aantal aangelegenheden waar u misschien zelf niet aan dacht. Wil u gaan werken met een vennootschap, dan moet u soms langs een notaris passeren. Zo moet bijvoorbeeld een bv (besloten vennootschap) worden opgericht via een notariële akte. Als u een associatie opricht moet u het ontwerp van de statuten, het huishoudelijk reglement of een ander ontwerp van overeenkomst niet langer vooraf ter goedkeuring overleggen aan uw provinciale raad. Ook wijzigingen die u aan een overeenkomst aanbrengt hoeft u niet meer voor te leggen. U kunt dit wel nog doen (zonder daartoe verplicht te zijn). Zo kunt u bijvoorbeeld vrijblijvend het deontologisch advies van uw provinciale raad vragen omtrent uw overeenkomst. Het advies dat u krijgt is overigens niet bindend. Als u beslist om dit advies niet te volgen, begaat u daardoor niet noodzakelijk een deontologische fout. Het kan natuurlijk wel zijn dat hetgeen in de overeenkomst staat (en wat u niet wil aanpassen) wél een deontologische fout uitmaakt.