...

Van alle arbeidsongevallen die aangegeven worden bij het Federaal agentschap voor beroepsrisico's (Fedris), gebeuren er 11% in het verkeer. Het grootste deel van deze ongevallen gebeurt tijdens woon-werkverplaatsingen. Dat blijkt uit een analyse* door Vias Institute. Hoewel verkeersongevallen dus een relatief klein aandeel van arbeidsongevallen vertegenwoordigen, hebben ze doorgaans wel zwaardere gevolgen. 61% van de betrokkenen is na een verkeersongeval tijdelijk arbeidsongeschikt en 12% loopt een blijvende ongeschiktheid op. Slechts 0,3% van de arbeidsongevallen in het verkeer heeft een dodelijke afloop; dit is wel driemaal meer dan bij het totaal aantal arbeidsongevallen (0,1%). Het merendeel (84%) van de verkeersongevallen gebeurt tijdens woon-werkverkeer. De rest vindt plaats tijdens verplaatsingen in het kader van het werk. Vias stelde vast dat verkeersongevallen die plaatsvinden tijdens woon-werkverplaatsingen minder vaak dodelijk zijn dan gemiddelde verkeersongevallen. Daarvoor zijn verschillende verklaringen. Ongevallen die 's nachts en in het weekend gebeuren hebben vaker dodelijke gevolgen, en dit zijn net de momenten van de week waarop er het minst werkgerelateerd verkeer is. Het is ook aannemelijk dat werkgerelateerde verplaatsingen minder vaak gepaard gaan met alcoholconsumptie. Het aantal slachtoffers van woon-werkongevallen is gelijk verdeeld over mannen en vrouwen. Mannen zijn wel vaker betrokken bij woon-werkongevallen met blijvende ongeschiktheid en zijn zelfs sterk oververtegenwoordigd bij woon-werkongevallen met dodelijke afloop. Dat is dezelfde tendens als bij verkeersongevallen in het algemeen. De ernst van de gevolgen van woon-werkongevallen neemt ook toe bij oudere werknemers. Volgens Vias kunnen verschillende maatregelen genomen worden om de verkeersveiligheid tijdens woon-werkverplaatsingen te verbeteren. Ondernemingen kunnen verkeersveiligheid opnemen in de veiligheidscultuur, flexibele arbeidsvoorwaarden toelaten (bijvoorbeeld door telewerken of flexibele werktijden te bevorderen), kantoren decentraliseren (om de af te leggen afstand te verminderen), veilige bedrijfsvoertuigen ter beschikking stellen, opleidingen over verkeersveiligheid en de wegcode organiseren, veilige routes aanbevelen (vooral voor kwetsbare weggebruikers), en verplaatsingen met het openbaar vervoer stimuleren. De overheid dient te investeren in de ontwikkeling van veiligere weginfrastructuur, en de veiligheid van gebruikers van nieuwe middelen van persoonlijk vervoer (zoals elektrische fietsen, elektrische scooters, enz.) te verhogen. Binnen de Belgische arbeidswetgeving wordt er geen specifiek onderscheid gemaakt tussen een arbeidsongeval en een arbeidsongeval binnen het verkeer. Iedere werkgever die personeel tewerkstelt is wettelijk verplicht een arbeidsongevallenverzekering aan te gaan. Deze dekt ook arbeidsongevallen tijdens verplaatsingen.