...

Op een deze morgen inderhaast samengeroepen persconferentie maakt minister van sociale zaken en volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) zich sterk dat hij een gedragen oplossing heeft voor de problematiek van de contingentering en de artsenquota. Dit -communautair gevoelige- dossier sleept al meer dan een kwarteeuw aan. Het federale kernkabinet bereikte er een akkoord over. De Franse gemeenschap sluit zich daarbij aan, de Vlaamse niet. Een eerste belangrijk element is volgens Vandenbroucke dat de Franstaligen nu ook de autoriteit, methode en statistieken van de federale planningscommissie erkennen. De commissie zal in haar methodiek rekening houden met de overtallen aan Franse kant en de surplus verrekenen in de toekomstige behoeften. Ze worden tot 2027 opgeslorpt. De quota voor 2028 bedragen voor de Franstalige gemeenschap 744 artsen -waarvan 361 huisartsen- en 1.104 artsen voor de Vlaamse gemeenschap -waarvan de helft huisartsen. Al gaf Vandenbroucke wel toe dat de federale regering wettelijk gesproken enkel het globale quotum mag vastleggen. De opsplitsing naar specialismen -en dus ook qua aantal huisartsen- is gemeenschapsmaterie. "Maar er is hierover al gesproken in de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid," dixit Vandenbroucke.Tweede belangrijk element is dat Franstalig België nu onmiddellijk werk gaat maken van een decreet om een 'concours' met een numerus fixus te organiseren voor de geneeskundestudies. De inwerkingtreding is wel pas voor het academiejaar 2023-2024. Doet er zich in 2022 een belangrijke overschrijding van de quota voor, dan wordt het overtal op drie jaar tijd geresorbeerd in de numerus fixus.De minister wijst er ook op dat alle studenten die door het ingangsexamen geraken nu de zekerheid hebben dat ze als arts of tandarts kunnen starten. De Vlaamse regering wacht af, moest Vandenbroucke erkennen. "Ze aarzelen en vragen zich af of de Franstaligen hun beloften wel zullen nakomen." Maar volgens de minister zijn er wederzijdse garanties. "Daarom heb ik in ruil voor de decretale Franstalige tekst het systeem met het uitreiken van federale attesten als stok achter de deur (artikel 69 van de wet diverse bepalingen) teruggetrokken. Het blijft een dreigement maar het is in niet gemakkelijk in de praktijk te brengen. Op welke basis geeft ik artsen een attest? Dan kan ik net zo goed een loterij organiseren", dixit de minister.Volgens hem is niet enkel de Franstalige minister van hoger onderwijs sterk overtuigd van de noodzaak van een numerus fixus maar de decanen geneeskunde van de Franstalige universiteiten evenzeer. Vandenbroucke: "Een van de bezwaren van de Vlaamse regering is bijvoorbeeld dat Franstalige artsen minder uren werken en minder patiënten zien dan Vlaamse artsen. Er worden dus meer Franstalige dan Vlaamse 'koppen' tot het beroep toegelaten. "Ik benadruk hierbij dat dit financieel, voor de sociale zekerheid, hetzelfde blijft. En deze methodiek is niet gebetonneerd maar dynamisch en kan jaar na jaar worden aangepast."In een eerste reactie toont VASO-voorzitter dokter Jonas Brouwers zich verbolgen. "Afgelopen woensdag was er hierover op ministerniveau nog overleg tussen de Vlaamse, Waalse en federale regering. Er was helemaal geen akkoord."Brouwers wijst erop dat er geen responsabiliseringsmechanisme is voor de Franstaligen. "Men vertrouwt nu op een decreet dat er niet is. De grendel in de federale wet wordt afgebouwd. Zo hebben we er nog minder over te zeggen dan nu."De VASO-voorzitter wijst ook op de aanhoudende discussie over de methodologie van de federale planningscommissie. "De Franstaligen houden er een andere berekeningswijze op na. Rekenen met koppen is geen garantie. Dat is zeer dubieus, wat als artsen in tijden van plethora meer gaan presteren?"Tot slot vraagt Brouwers zich af waarom de Franstaligen zo'n schrik hebben van een federaal responsabiliseringsmechanisme. "Slotsom: er is geen vertrouwen en Vandenbroucke gooit het federaal regeerakkoord overboord."