Het ontbreken van voldoende persoonlijk beschermingsmateriaal in het heetst van de strijd was daar maar één uiting van. Een vooruitziende overheid beschikt over een strategische voorraad. Blusmateriaal zoeken op het moment dat de vlammen door het dak slaan, is geen goed beleid.

Nog een heikel punt waren de woonzorgcentra. Vele centra deden het prima, elders was de toestand schrijnend. Veel heeft met geld, of het ontbreken daaraan, te maken. Maar niet alles. Nogal wat pijnpunten, en niet van de minste, zijn toe te schrijven aan de zeer wanordelijke Belgische staatshuishouding.

Wordt dit het 'nieuwe normaal', wetende dat een belangrijk percentage zorgverleners nu al de uitputting nabij is?

Hoe dan ook ziet de gezondheidszorg er post-corona helemaal anders uit. De werkomstandigheden van artsen worden er niet prettiger op. Strenge hygiënische voorzorgsmaatregelen, mondkapjes, schorten en zo meer maken het werk nog zwaarder dan het al was.

Tijdens de coronacrisis stond niet-dringende zorg 'on hold'. Post-corona volgt er derhalve een enorme inhaalbeweging. Hoe? De anderhalvemeterregel beperkt de capaciteit van wachtkamers en zalen. Deontologisch werkende artsen kunnen in eenzelfde tijdsspanne veel minder patiënten zien dan voorheen. In de prestatiebetaling betekent dit dat ze een stukje inkomen kwijtspelen. Nog langere werkdagen kunnen dit compenseren.

Willen we dat? Wordt dit het 'nieuwe normaal', wetende dat een belangrijk percentage zorgverleners nu al de uitputting nabij is? De hamvraag luidt derhalve: hoe bereiken we een nieuw evenwicht?

Het ontbreken van voldoende persoonlijk beschermingsmateriaal in het heetst van de strijd was daar maar één uiting van. Een vooruitziende overheid beschikt over een strategische voorraad. Blusmateriaal zoeken op het moment dat de vlammen door het dak slaan, is geen goed beleid. Nog een heikel punt waren de woonzorgcentra. Vele centra deden het prima, elders was de toestand schrijnend. Veel heeft met geld, of het ontbreken daaraan, te maken. Maar niet alles. Nogal wat pijnpunten, en niet van de minste, zijn toe te schrijven aan de zeer wanordelijke Belgische staatshuishouding. Hoe dan ook ziet de gezondheidszorg er post-corona helemaal anders uit. De werkomstandigheden van artsen worden er niet prettiger op. Strenge hygiënische voorzorgsmaatregelen, mondkapjes, schorten en zo meer maken het werk nog zwaarder dan het al was. Tijdens de coronacrisis stond niet-dringende zorg 'on hold'. Post-corona volgt er derhalve een enorme inhaalbeweging. Hoe? De anderhalvemeterregel beperkt de capaciteit van wachtkamers en zalen. Deontologisch werkende artsen kunnen in eenzelfde tijdsspanne veel minder patiënten zien dan voorheen. In de prestatiebetaling betekent dit dat ze een stukje inkomen kwijtspelen. Nog langere werkdagen kunnen dit compenseren. Willen we dat? Wordt dit het 'nieuwe normaal', wetende dat een belangrijk percentage zorgverleners nu al de uitputting nabij is? De hamvraag luidt derhalve: hoe bereiken we een nieuw evenwicht?