...

Aan Elio Di Rupo, eerste ministerAan Laurette Onkelinx, minister van Sociale Zaken en VolksgezondheidAan de vice-premiersAan Dr. Jo De Cock, administrateur generaal van het RizivAan Christiaan Decoster, directeur generaal van de FOD VolksgezondheidAan de voorzitter van het Verzekeringscomité RizivAan het College van Geneesheren DirecteursAan Dr. Rob Van den OeverAan Dr. Jacques De ToeufAan Dr. Marc MoensGeachte dames en heren,Naar aanleiding van de beslissing van het verzekeringscomité en de notificatie van het budget 2012 van de nieuwe regering zijn wij zo vrij u dit schrijven te richten.Bij elke begrotingsronde komt het budget fysische geneeskunde en revalidatie onder druk. De laatste jaren diende revalidatie reeds menigmaal in te leveren (indexsprongen, nomenclatuuraanpassingen en verlaagde tarieven). Verdere besparingen in de revalidatie zullen leiden naar een kwaliteitsvermindering, waarbij wij onze maatschappelijke opdracht niet langer zullen kunnen vervullen. Als revalidatieartsen is het onze taak patiënten na curatieve behandelingen een optimaal niveau van functioneren en onafhankelijkheid terug te bezorgen. Hiermede wordt niet enkel een verbeterde levenskwaliteit betracht maar ook een snelle reïntegratie in huiselijk milieu (in plaats van opname in woon- en zorgcentra). Ook binnen het arbeidscircuit wordt door een kwalitatieve revalidatie een snelle reïntegratie bevorderd. Onderfinanciering revalidatiecentraDe financiering van de revalidatiecentra in onze ziekenhuizen wordt met het jaar moeilijker. Toenemende directe en indirecte kosten zijn de oorzaak. Enerzijds kennen wij het probleem van hoge reële directe kosten (personeel en steeds duurder wordende complexe revalidatieapparatuur). Anderzijds hebben wij het fenomeen van de indirecte kosten in de financiering van de ziekenhuizen. Deze indirecte kosten worden immers verdeeld over de aan een bepaalde kostenplaats toegewezen m² en personeelseffectieven. Dat valt enorm nadelig uit voor alle technische diensten, maar vooral voor de diensten revalidatie waar de arbeidsintensiteit (personeelskost) pro rata van de bruto ontvangst veel hoger ligt dan in de andere medisch technische diensten. Ook de noodzakelijke grote revalidatieruimten zijn in dit systeem totaal onbetaalbaar geworden. Deze indirecte kost is de laatste jaren in onze ziekenhuizen aanzienlijk gestegen.Naast de onrechtvaardige verdeling van de indirecte kosten in het ziekenhuis is er sinds een zestal jaren een CAO waarbij aan oudere personeelsleden ADV-dagen (arbeidsduur vermindering) worden toegekend, weliswaar met een compensatie van de overheid. Deze compensatie ligt evenwel veel lager dan de reële personeelskosten voor de vervangende effectieven. Bovendien wordt door de overheid een bedenkelijke termijn gehanteerd voor betaling van deze tussenkomst, waarbij de termijn tot zes jaar vertraging oploopt.Dit alles geeft aanleiding tot het feit dat meer dan 70% van het totale budget personeelskost is. Hierbij dient nog vermeld dat nu de overheid besliste de kinesitherapeuten en straks wellicht ook de ergotherapeuten een master opleiding te geven deze personeelskost tot 85% kan oplopen (master-wedde in plaats van bachelor-wedde). Daarnaast zijn er de talloze administratieve, weliswaar nuttige verplichtingen zoals teamvergaderingen, die de tijd waarin de therapeut de patiënt effectief kan behandelen nog verder beperken. Ook de normering in de nomenclatuur naar personeelsbestaffing wordt onvoldoende gecompenseerd.Dit alles maakt dat rendementen van deze revalidatiediensten extreem laag liggen en sinds enkele jaren nauwelijks de kosten kunnen dragen. Op dit ogenblik zijn de meeste diensten deficitair.Revalidatie: een multidisciplinaire aanpakNiemand betwijfelt dat het revalidatieproces een multidisciplinair gebeuren is. Sinds 2004 werd de specialist fysische geneeskunde en revalidatie als coördinator aangesteld voor het totale revalidatiegebeuren in een ziekenhuis. Daardoor wordt de versplintering van de revalidatie in een ziekenhuis tegengegaan. Dat gegeven is zeker een meerwaarde voor kwaliteit en continuïteit, in tegenstelling met vroeger waar op verschillende eilandjes zogezegd aan revalidatie werd gedaan. Daardoor wordt eveneens vermeden dat subdisciplines hun eigen revalidatie gaan uitbouwen, die in de praktijk vaak vereenvoudigd wordt tot een monodisciplinair gebeuren maar financieel in een complexe conventie wordt verpakt. Uniforme therapie, gekoppeld aan een bepaalde pathologie wordt op die manier lucratief uitgebaat. De dienst revalidatie houdt uiteindelijk alleen kostelijke en arbeidsintensieve revalidatie over, wat de financiële structuur van de revalidatie diensten nog verder bemoeilijkt. Elk jaar wordt nog steeds bij de begrotingscontrole bepaalde revalidatieprocessen geviseerd omdat men vermoedt dat er nog een marge is. Die is echter meer dan noodzakelijk om een financieel evenwicht te behouden in een dienst revalidatie. Wij vernemen dat men nu zelfs overweegt bepaalde delen (K20-K15) opnieuw naar de monodisciplinaire kinesitherapie over te hevelen. Daardoor dreigt het revalidatiegebeuren terug te versnipperen en de kwaliteit van de medische supervisie volledig teloor te gaan. In een modern revalidatieconcept is er slechts één multidisciplinaire revalidatiedienst die instaat voor het totale revalidatiegebeuren in onze ziekenhuizen. Hierbij staat elke discipline in voor zijn specifieke deel: kine voor analytische benadering en kracht, ergotherapie voor functionele benadering. Zomaar stellen dat een bepaalde pathologie slechts monodisciplinair moet behandeld worden druist in tegen het nieuwe revalidatieconcept, waarbij de revalidatiebehoefte van de patiënt als geheel wordt bekeken.Het is de taak van de revalidatiearts de patiënten een optimale revalidatiezorg te bieden, weliswaar rekening houdend met de maatschappelijke kost. Het behoort tot de taak van de revalidatiearts de in te zetten middelen en paramedische disciplines te bepalen. Heel wat zogenaamde "monodisciplinaire programma's" vergen meerdere disciplines.Oncologische revalidatie vergt ook de inzet van een psycholoog, Obesitasrevalidatie ook de inzet van een diëtist, CVS-fibromyalgia revalidatie maakt cognitieve gedragstherapie noodzakelijk. De steeds ouder wordende populatie in onze ziekenhuizen vergt steeds meer de inzet van ergotherapeuten (ADL activiteiten - Activities of Daily Life) om deze patiënten met een minimale functionaliteit (veel te snel) huiswaarts te sturen, dit alles in het kader van de "verantwoorde" minimale ligdag. De wachttijden voor rusthuizen blijven intussen stijgen.Budget fysische geneeskunde onder drukBij elke begrotingsronde wordt het budget fysische geneeskunde bekritiseerd.Dat is volledig ten onrechte. Een voorbeeld: niemand betwist de sterke toename van de prothese implantaten in de orthopedie. Maar dat geeft uiteraard aanleiding tot een sterk gestegen revalidatiebehoefte, waarvan men dan verwacht dat dit in eenzelfde budget moet gebeuren. Meer en meer is deze prothesechirurgie toegankelijk voor oudere patiënten met multipele pathologie, wat het revalidatieproces intensiever en langduriger maakt. Daarenboven is er de bijkomende druk om de ligduur te verlagen en de patiënten zo snel mogelijk ontslagklaar te krijgen (in het kader van de "verantwoorde" minimale ligdag), wat het revalidatieproces nog intensiever maakt. De beperkte toename van de revalidatiekost weegt niet op tegen de aanzienlijke winst op het verminderde aantal ligdagen enerzijds en een snellere activering en reïntegratie in het arbeidscircuit anderzijds.Andere financieringsmogelijkhedenSteunend op alle bovenstaande argumenten is het onvermijdelijk dat het budget revalidatie toeneemt en dat het budget verder zal toenemen. Wel zou de financiering kunnen worden aangepast.Niet alleen de diagnose, maar vooral de revalidatiebehoefte van de patiënt bepaalt de kostprijs van de revalidatie. Uitgaande van een patiëntclassificatiesysteem, moet de kostprijs worden aangepast aan de revalidatiebehoefte.Ook gegevens in verband met de outcome van het revalidatieproces moeten worden in acht gehouden. Om die reden wensen de revalidatieartsen een uitgebreide studie omtrent een moderne en kwalitatieve financiering van de revalidatie uit te voeren. Hiervoor wordt financiering binnen artikel 56 gesuggereerd. Hopende dat u bij beleidsopties ernstig zult rekening kunnen houden met ons schrijven, en steeds bereid tot verdere constructieve gesprekken, verblijven wij met de meeste hoogachting,Prof. Jean-Michel Crielaard, voorzitter Wetenschappelijke Vereniging Koninklijke Belgische Vereniging voor Fysische Geneeskunde en Revalidatie Prof. Guy Vanderstraeten, past voorzitter Wetenschappelijke VerenigingKoninklijke Belgische Vereniging voor Fysische Geneeskunde en Revalidatie Dr. Wilfried Nuytten, voorzitter VBS RevalidatieartsenDr. J.M. Loix, voorzitter VBS Fysische Geneeskunde en RevalidatieDr. Patrick Linden, voorzitter Raad voor Fysische Geneeskunde en Revalidatie Bvas