...

Toch is een regering die mutualiteiten doet inleveren op administratiekosten allicht een primeur. Bij uitstek de bestaansreden van een ziekenfonds is het beheer en de verwerking van papieren tijgers in alle maten en kleuren. Het vermindert snel maar er zit nog steeds veel papier in de ziekteverzekering. e-administratie maakt de hele handel (hopelijk) goedkoper. 20 miljoen minder op één miljard euro is dus logisch - niet vanzelfsprekend - maar peanuts. Op zoek naar redenen van bestaan, zeggen ziekenfondsen de patiënt te verdedigen. Doen ze dat? Vaak wel, soms niet. Van tijd tot tijd lijkt het eerder op doktertje pesten. Of het afwentelen van besparingen op de patiënt. Er zijn ook kapers op de kust. Zo begeeft Test-Aankoop zich meer en meer op het terrein van de gezondheidszorg. En belangrijker: patiëntenverenigingen in noord en zuid geraken beter georganiseerd én gesubsidieerd. Ze nemen zinnige standpunten in en zijn door hun los-vaste banden met de politiek ook geloofwaardiger. Proberen de ziekenfondsen amechtig het hoofd boven water te houden? Jazeker. Maar als ze erin slagen zich aan te passen is er voor hen in een afgeslankte vorm nog een rol weggelegd. Met name groeide in de overlegorganen een gezond organisch evenwicht tussen mutualiteiten en zorgverstrekkers. Patiëntenverenigingen zijn niet geïnteresseerd in de medicomut en de introductie van louter commerciële verzekeraars is een brug te ver. De politiek tot slot kan de krijtlijnen van het gezondheidsbeleid uittekenen maar het parlement is niet de juiste plaats voor debatten over nomenclatuurnummers. En dus luidt het ziekenfondsmotto: krimpen, niet verdwijnen.