Op het ICT-symposium van de Turnhoutse artsen gaf Frank Robben zijn visie op de verdere ontwikkeling van eHealth. Het werk aan de basisdiensten is afgerond. Nu moet men de gegevens effectief beginnen te delen.
...
Frank Robben klonk tamelijk gefrustreerd over de politieke impasse. "Twee onderhandelaars aan de formateurstafel telefoneerden me met de vraag hoeveel eHealth kon besparen. Ik heb geantwoord: de eerste tien jaar niets." Het systeem is er, men moet nu het gebruik aanmoedigen, is zijn stelling.Wortel of stok?De baas van eHealth schetste de huidige status. Het verwijzingsrepertorium is operationeel. De regelingen voor het bewaken van de toegang tot de gegevens (bewijs van therapeutische relatie) zijn in orde. De databank van zorgactoren die toegang krijgen, moet maar worden ingevuld. De farmaceutische databanken zijn klaar. Ook de eHealthboxen zijn af - de 'connectoren' voor de koppeling aan de huisartsensoftware worden afgewerkt."Ik heb nu 66 projecten klaar staan. De regering moet me maar vertellen welke ik de voorrang moet geven", stelde Robben nog.Het komt er thans vooral op aan om gegevens op te laden. Bijvoorbeeld: "Het verwijzingsrepertorium moet nu maar worden opgevuld." Met welk beleid kan men de ziekenhuizen daartoe bewegen? "Ik verkies de wortel weliswaar boven de stok", aldus Robben.EMD in de wolkenFrank Robben had het ook over de labeling van de EMD-pakketten. Nu de huidige labeling bijna rond is, worden de criteria voor de volgende labeling uitgewerkt. Het moet gebruiksvriendelijker en mobieler. Robben vroeg de huisartsen op het symposium die tevreden zijn over hun pakket, hun hand op te steken. Hij stelde vast dat er niet veel waren. Zeventien pakketten zijn te veel, verklaarde hij onomwonden. Volgens hem zouden enkele pakketten 'in the cloud' volstaan. "Smals vzw (het overheidsbedrijf dat eHealth ontwikkelt, nvdr) gaat zelf geen huisartsenpakketten maken. Maar de zes miljoen euro die het Riziv nu opzij zet om de aankoop van huisartsenpakketten aan te moedigen, kunnen beter worden besteed." Voor het bevorderen van samenwerking over de informatiesnelweg, wel te verstaan.