...

Huisartsen worden dagelijks gewezen op de nood aan continue professionele navorming om een optimale patiëntenzorg te kunnen waarborgen. Dat combineren met een drukbezette agenda en een berg administratieve taken is niet altijd evident. E-learning geeft de flexibiliteit om zelf te bepalen waar, wanneer en in welke mate er bijgeschoold wordt. "Ondanks deze voordelen lijkt het e-learningconcept nog niet optimaal geïntegreerd in het huidig navormingsaanbod voor huisartsen. Dat zette ons aan het denken. Waarom gaat de voorkeur van de huisarts nog steeds uit naar het traditionele face-to-face onderwijs? Steken ze minder op uit e-learningmodules? Zijn ze ontevreden na het gebruik van e-learning en zo ja, welke factoren spelen hier dan een rol in? We besloten de proef op de som te nemen en zelf een e-learningmodule te ontwikkelen. Hiermee wilden we een zicht krijgen op het leereffect van e-learning enerzijds en de tevredenheid bij de deelnemende artsen anderzijds."Interactie ondermaats Er werd een niet-gerandomiseerd interventie-onderzoek met een gelijktijdige controlegroep uitgevoerd. De populatie bestond uit praktiserende huisartsen in Vlaanderen, tussen de 25 en 70 jaar oud. De interventiegroep volgde de nieuw ontwikkelde e-learningmodule 'Depressie bij ouderen in de huisartsenpraktijk'. De controlegroep volgde een klassieke face-to-face voordracht rond hetzelfde onderwerp. Het leereffect van beide bijscholingsvormen werd geëvalueerd met behulp van een nieuw opgestelde pre- en postkennistoets. De tevredenheid bij de e-learninggebruikers werd nagegaan door middel van een enquête via e-mail. In totaal namen 49 huisartsen deel aan deze studie, van wie er uiteindelijk 23 geïncludeerd werden in de controlegroep en 15 in de interventiegroep. In beide groepen werd een significant leereffect gezien. Dit leereffect was meer uitgesproken bij de e-learningmodule. De e-learners leken met een gemiddelde score van 72% over het algemeen tevreden. De kwaliteit van het aangeboden materiaal kreeg een gemiddelde score van 76%, de gebruiksvriendelijkheid 72%, de tegemoetkoming aan de privacy 72%, de mate van zelfsturing 76% en de interactiemogelijkheden binnen de module 56%. Enkel de interactiemogelijkheden werden dus ondermaats bevonden.Leren op maat Silke Stalpaert: "Uit onze studie blijkt dat e-learning zelfs iets effectiever is dan de klassieke voordracht. Beide methoden zijn doeltreffend, ze vergroten de kennis na afloop, maar e-learning komt er bij ons beter uit. Dat valt te verklaren doordat we op voorhand goed hebben nagedacht over de opbouw van de module. Vertrekkende van specifieke, complexe leertaken - hier omgaan met depressie in de ouderenzorg - hebben we de info opgedeeld en toegevoegd, waar nodig met specifieke oefeningen, uitgaande van een concrete casus." Britt Thaels: "Op die manier kan je de module veel persoonlijker maken, op maat afstemmen eigenlijk, afgaande op je eigen noden. Je kan sommige delen sneller doorlopen en andere diepgaander bestuderen, al naargelang je eigen interesse en voorkennis." Uit de tevredenheidsenquête is duidelijk gebleken dat de interactie nog een werkpunt is. "Er was een discussieforum voorzien, maar dat werd eigenlijk niet gebruikt", zegt dokter Thaels. Conclusie van het onderzoek: e-learning biedt een interessant alternatief voor de organisatie van navormingen bij huisartsen. Het gebruik ervan zou dan ook verder gestimuleerd moeten worden en verdient een vaste plaats binnen het navormingsaanbod van huisartsen. Volgens beide haio's ligt de toekomst vooral in een combinatie van de klassieke voordracht als voorbereiding, en e-learning als aanvulling. De dames zijn alleszins blij dat ze het resultaat van hun jarenlange werk hebben kunnen voorstellen. En het verhaal krijgt nog een staartje, want het Academisch Centrum Huisartsgeneeskunde van de KU Leuven wil de module officieel laten erkennen.