...

Het Vlaams Geneeskundig Studentenoverleg (VGSO) reageerde als eerste op het voornemen van de nieuwe Vlaamse regering om zelf het aantal artsen dat mag doorstromen naar een klinisch specialisme vast te leggen. Het Vlaams Artsensyndicaat en ASGB/Kartel reageerden ook met een erg gelijklopend standpunt.Vas: andere maatregelen nodigHet federale contingent niet naleven schept rechtsonzekerheid voor de Vlaamse artsen die zes jaar later zullen afstuderen, stelt het Vas - de Vlaamse afdeling van BVAS. De federale overheid kan hen dan een Riziv-nummer ontzeggen.Vas vindt dat de Vlaamse partijen er zelf mee schuld aan hebben dat de Franstaligen al 21 jaar lang de federale wetten naast zich neerleggen. "Als ze straks ook deelnemen aan een federale regering moeten ze daar meer dan vroeger eisen dat de bestaande regels, vastgelegd door de federale planningscommissie voor het medisch aanbod, ook in het Franstalige landsgedeelte worden gerespecteerd", aldus het Vas.Een correcte verdeling van de Riziv-nummers tussen de Gemeenschappen is iets wat de Vlaamse partijen onderschreven hebben in het (federale) regeerakkoord en moet nageleefd worden.Vlaanderen is bevoegd voor het bewaken van de subquota. "De Vlaamse planningscommissie moet daarbij aandacht hebben voor knelpuntspecialisaties zoals vb. huisartsgeneeskunde, kinderpsychiatrie, geriatrie, ... waar er tekorten zijn, maar ook disciplines waar er een overaantal is zoals vb. gynaecologie, radiotherapie, nucleaire geneeskunde, ... .""Het aantal beginnende studenten geneeskunde verhogen is geen garantie dat zes jaar later meer afgestudeerden voor huisarts zullen kiezen", luidt het verder. "Om de ideale verdeling 40 % huisartsen 60 % specialisten te garanderen, zijn andere maatregelen nodig om het attractiever te maken dat huisartsen zich over het hele Vlaamse grondgebied zullen vestigen."ASGB: niet het gepaste antwoordHet ASGB volgt dezelfde redenering. Ook dit syndicaat vindt dat de huidige Vlaamse regeringspartijen boter op het hoofd hebben wat het laten ontsporen van de situatie in Wallonië betreft.Het vindt het geen goede zaak dat toekomstig afgestudeerde (Vlaamse) artsen afhankelijk zouden zijn van de goeie wil of de "laksheid" van de federaal bevoegde minister om een Riziv-nummer te krijgen."Het opstellen en respecteren van de zogenaamde subquota is (...) op dit moment veel belangrijker", zegt het. Het optrekken van het federaal contingent leidt immers niet automatisch tot meer kandidaten voor de knelpuntspecialismen, maar dreigt anders wel de overschotten in populaire specialismen te vergroten.Dat aso's, bezorgd over hun toekomst, vragen naar een werkloosheidsregeling, illustreert dat er in bepaalde specialismen (gynaecologie, heelkunde,...) wel degelijk overschotten dreigen."Als er door de op te richten Vlaamse Planningscommissie zou worden vastgesteld dat er in Vlaanderen een globaal tekort aan artsen dreigt, dan is het moment gekomen om op federaal niveau een hoger aantal toekomstige RIZIV-nummers te eisen", luidt het verder."Het nu ook niet respecteren van de contingenten in Vlaanderen, 'omdat de anderen dat ook niet doen', lijkt (..) heel populair, maar is zeker niet het gepaste antwoord", is de conclusie.