...

Een KB van 4 december 2022, bekend gemaakt in het staatsblad van 22 december 2022 regelt de werking van de Toezichtcommissie. Een van de belangrijkste opdrachten van de Toezichtcommissie is het toezicht op de fysieke en psychische geschiktheid van de gezondheidszorgbeoefenaars.De Toezichtcommissie bestaat uit een Nederlandstalige en Franstalige kamer. Wanneer een van deze kamers op de hoogte wordt gebracht dat een gezondheidszorgbeoefenaar niet meer voldoet aan de vereiste fysieke of psychische geschiktheden om, zonder risico's, de uitoefening van zijn beroep voort te zetten, roept die Kamer de betrokkene onmiddellijk op om gehoord te worden (artikel 3). Indien hieruit blijkt dat de betrokkene inderdaad niet meer voldoet aan die geschiktheden kan de kamer de nationale raad van de Orde der artsen verzoeken om drie artsen-deskundigen aan te wijzen. Dat is echter geen verplichting. Ook de nationale raad is niet verplicht op dit verzoek in te gaan. Aan het einde van de procedure kan de kamer desgevallend het visum van de betrokkene intrekken. In dat geval is deze gezondheidszorgbeoefenaar niet langer bevoegd om het beroep verder uit te oefenen. Ook is het mogelijk het behoud van het visum te koppelen aan het naleven van voorwaarden zoals het niet langer behandelen van drugsverslaafde patiënten. Tegen zo'n maatregel is enkel beroep mogelijk bij de Raad van State; er bestaat dus geen Beroepstoezichtcommissie. De Toezichtcommissie heeft daarnaast nog vier andere opdrachten: toezien op de naleving van de WUG; op de wettige uitoefening van de gezondheidszorgberoepen; op de naleving van de wet op de rechten van de patiënt (maar pas vanaf een door de koning te bepalen datum) en op omstandigheden die bij verdere praktijkvoering door de gezondheidszorgbeoefenaar voor zware gevolgen voor de patiënten of de volksgezondheid doet vrezen. Daarover regelt het KB niets.Artikel 10 van het KB van 4 december richt ook het coördinatiebureau van de Toezichtcommissie op. Een van de opdrachten ervan is het vaststellen van de strategie inzake toezicht evenals de prioriteiten van het optreden van de kamers, in het bijzonder voor het systematisch toezicht dat is geregeld in artikel 45 van de Zorgkwaliteitswet. Het systematisch toezicht staat tegenover het toezicht ad hoc na een klacht van een patiënt, op eigen initiatief van de Toezichtcommissie of op verzoek van de minister. Drie andere koninklijke besluiten die in het Staatsblad van 30 december 2022 (eerste editie) werden bekend gemaakt, benoemen de voorzitters en de leden van de Toezichtcommissie alsook twee artsen- inspecteurs die de Toezichtcommissie bijstaan ter voorbereiding van de dossiers.