...

Zoveel werd duidelijk uit een politiek debat dat werkgeversorganisatie Voka Health vorige week organiseerde in Boom op haar jaarlijkse congres "zorgen voor morgen". Vlaams Vooruit-parlementslid Hannes Anaf toonde zich voorstander van een groeinorm. "Dit past in een langetermijnplanning waarin ook de zorgnoden van de toekomst aan bod komen", zei hij. Als lichtend voorbeeld verwees de socialistische politicus naar Nieuw-Zeeland waar men met een welzijnsbegroting en indicatoren werkt. "Bij de vorming van een volgende Vlaamse regering willen we de groeinorm op tafel leggen", verzekerde Anaf. Eerder in het debat had collega Vlaams parlementslid en covoorzitter van Groen Jeremie Vaneeckhout hier eveneens voor gepleit. Hij plakte er zelfs een cijfer op: 2,5%. Zoals de federale groeinorm dus. Noch Groen, noch Vooruit maken deel uit van de Vlaamse regering. Het debat werd afgewisseld met korte uiteenzettingen over specifieke thema's door verschillende stakeholders. Eva Schoeters van RaDiOrg (de koepelvereniging voor mensen met een zeldzame ziekte) lijstte zeer helder vier punten op waar het fout loopt in de aanpak van zeldzame ziekten. Zo duurt het momenteel gemiddeld 4,9 jaar alvorens een diagnose gesteld wordt. Die tijd moet ingekort worden, vond Schoeters terecht. Daarnaast was ze van oordeel dat mensen met complexe aandoeningen betere ondersteuning verdienen. "En experten in zeldzame ziekten dienen geïdentificeerd en vindbaar gemaakt te worden." Ten slotte is het faciliteren van een multidisciplinaire, gespecialiseerde aanpak over de ziekten heen noodzakelijk. Allicht bleef Schoeters wat op haar honger. De panelleden gingen slechts zeer vluchtig op haar betoog in en stapten snel over naar het thema preventie. Anaf loofde wel 'zijn' minister (Vandenbroucke) en verwees naar het actieplan zeldzame ziekten uit 2021. "Eén van de doelstellingen van de ziekenhuishervorming is ook om expertise te bundelen", voegde hij eraan toe. Vlaams Open VLD-parlementslid Egbert Lachaert van zijn kant benadrukte dat specialisten tijd moeten kunnen vrijmaken voor zeldzame ziekten. Dat is slechts mogelijk in een zorgmodel dat de (federale) ziekenhuizen ontlast doordat de gemeenschappen instaan voor basiszorg en preventie. Een moeilijk samenspel. "Ook moet het preventiebudget geleidelijk opgetrokken worden naar 5%", vond Lachaert. Dat beveelt ook de WHO aan en VOKA is eveneens voorstander. Vlaams CD&V-parlementslid Katrien Schryvers vindt 'kosten' niet het eerste aandachtspunt maar wel het gezond (en gelukkig) houden van mensen. Ze hoopt op goed op elkaar afgestemde Vlaamse en federale gezondheidsdoelstellingen. Zonder er een bedrag op te kleven - omdat preventie in alle beleidsdomeinen aanwezig is - vond ze dat een cultuuromslag naar gezonder leven Vlaanderen 'iets' mag kosten. Voor Vaneeckhout loopt de aanpak van zeldzame ziekten mis bij kennisdeling en omdat "zorgverleners in de prestatiebetaling te weinig de dialoog aangaan met de patiënten." Hij toonde zich voorstander van een basis- en een aanvullende financiering. Ook omdat de betaling per prestatie "de kraan openzet". Toch wil Anaf niet alle eerstelijnszorg in wijkgezondheidscentra onderbrengen. Wel vindt hij dat de eerste lijn momenteel onvoldoende tijd en ruimte heeft voor preventie. "De vraag hoe mensen gezond te houden komt niet aan bod. Mijn eigen huisarts werkt forfaitair en veel meer dan in de prestatiebetaling heeft hij tijd voor zijn patiënten en kan hij over de disciplines heen werken." Daarmee was federaal N-VA-parlementslid en tandarts Frieda Gijbels het alvast oneens. "We mogen nooit volledig afstappen van de prestatiebetaling", zei ze. "Dat is juist één van de sterke punten van onze gezondheidszorg." Een forfaitair bedrag per patiënt werkt niet goed, extra gestes moeten ook extra beloond worden. Gijbels wil komen tot 'bundled payment' en populatiegerichte zorg. Momenteel zijn er in de eerste lijn te weinig stimuli tot samenwerking, vond ze nog. Kwaliteit in de zorg is uiteraard ook belangrijk. In dat verband verwees Schryvers naar het nieuwe Vlaamse kwaliteitsdecreet. "Dat bakent heel goed af wat kwaliteit is en hoe alle actoren erbij betrokken kunnen worden. Kwaliteit gaat niet enkel over procedures. Belangrijk is ook de patiënt en zijn ervaringen. Al te vaak is 'kwaliteit' het afvinken van procedures. Het moet een én-én-verhaal zijn. Niet alleen de doelstellingen zijn van belang, ook hoe de patiënt de zorg ervaart", dixit Schryvers. Patiëntparticipatie is nochtans niet evident. Hierin is voor Frieda Gijbels een rol weggelegd voor de ziekenfondsen. "Zij zijn de vertegenwoordigers van de patiënt maar vervullen die rol te weinig. De ziekenfondsen moeten hiervoor geresponsabiliseerd worden."