...

Over rijden op waterstof is weinig geweten. Het aantal waterstofauto's in ons land is op de vingers van één hand tellen en dat geldt ook voor het aantal H2-tankstations: eentje in Halle en eentje in Zaventem.Het onderwerp krijgt weinig persaandacht en komt ook op de sociale media nauwelijks aan bod komt. In feite hebben we er geen mening over, in het beste geval het ene of andere vooroordeel. Vandaar een poging om licht in de duisternis te brengen. Om te beginnen: waterstof komt niet uit de waterkraan maar wordt aangemaakt. Gebeurt dat via elektrolyse op basis van hernieuwbare energie spreken we van groene H2. Gele waterstof is een restproduct van industriële processen. Door zijn hoge energiedensiteit kan waterstof worden gestockeerd, voor stroom is dat onmogelijk.Toen enkele maanden geleden in Noorwegen een H2-tankstation ontplofte, werd met een verwijtende vinger gewezen naar het ontvlambaar karakter van waterstof. Het klopt dat de combinatie van H2 en zuurstof een ontvlambaar mengsel oplevert vanaf een H2-aandeel van 18 procent. In de praktijk komt dat echter zelden voor; H2 is immers 14 maal lichter dan lucht en vervliegt. Een studie van de University of Miami leert bovendien dat de gevolgen van een brand in een benzine- of waterstoftank sterk van elkaar verschillen. Het vuur in de benzinetank verspreidt zich bliksemsnel en legt de auto compleet in de as terwijl het vuur in de waterstoftank een enorme steekvlam veroorzaakt maar veel minder schade aanricht.In tegenstelling tot een diesel- of benzinewagen of e-mobiel produceert een waterstofauto zijn energie zelf door tijdens het rijden waterstof te mengen met zuurstof. De stoom die vrijkomt draagt bij aan de opwarming, met die kanttekening dat een waterstofauto nauwelijks meer waterdamp produceert dan een verbrandingsmotor omdat benzine zelf ook koolwaterstof bevat.Van waterstofauto's wordt gezegd dat die niet efficiënt zijn. Het klopt dat zij een rendement bereiken van zo'n 50 procent terwijl dat bij elektrisch aangedreven wagens tussen 75 tot 90 procent ligt. Houd je rekening met de complete productiecyclus - van het aanmaken van waterstof tot het omzetten in kinetische energie - daalt het rendement van een H2-auto zowaar naar 29 à 32 procent. Hij scoort daarmee een tik slechter dan een elektrisch aangedreven auto maar nog altijd beter dan een diesel- (25 %) of benzinewagen (22 %).Last but not least is er het tekort aan publiek toegankelijke waterstofstations. Ons land telt er twee, kostprijs per stuk: 1 à 1,5 miljoen. Dat is veel geld voor een project waarvan de return on investment onzeker is. Daar komt bij dat ook het aantal H2-modellen op de Belgische markt zich beperkt tot twee stuks waarbij de Hyundai Nexo 74.999 euro kost en de Toyota Mirai 79.900 euro.Of waterstof zich op termijn doorzet als dé alternatieve brandstof, is koffiedik kijken. Grote merken die het zich financieel kunnen veroorloven, houden daarom alle opties open. De andere gaan allianties aan, om de hoge ontwikkelingskosten over meerdere partners te kunnen spreiden.Volgens de huidige stand der dingen lijkt het erop dat elektrische aandrijving het meest aangewezen is voor gemengd gebruik en gemengde afstanden, terwijl waterstof beter rendeert voor grotere modellen en langere afstanden, inclusief het vervoer van personen en goederen. Dat heeft ermee te maken dat de batterijen voor waterstofauto's compacter en lichter zijn, dat het tanken van waterstof weinig tijd in beslag neemt en dat de energiedensiteit van waterstof 40 keer hoger ligt dan die van elektriciteit. Veel zal afhangen van de keuzes die dé politiek maakt, welke vorm van alternatieve aandrijving gepromoot wordt en welke niet.