...

Langdurige covid-19 komt momenteel uit de verf als een allegaartje van verschillende beelden. Sommige patiënten klagen zuiver van 'hersenmist', een syndroom met hoofdpijn en concentratie- of zelfs geheugenstoornissen.Xiaojun Wu et al. spitsten zich toe op de respiratoire gezondheid bij 83 patiënten die tussen begin februari en eind maart 2020 in het ziekenhuis waren opgenomen met ernstige covid-19 (1). Ze beperkten zich tot patiënten die geen mechanische beademing hadden gekregen. Op die manier werden de waarnemingen niet vertekend door eventuele schade aangericht door de machine. Bovendien werden ook rokers en patiënten met ernstige comorbiditeit (diabetes, hart- en vaatziekte, chronisch longlijden, kanker) geweerd. De patiënten werden onderzocht drie, zes en twaalf maanden na ontslag uit het ziekenhuis. De mediane leeftijd bedroeg 60 jaar. Een aanzienlijk aantal patiënten had gestoorde longfunctietests na drie maanden, maar na zes maanden trad er over de hele groep al een significante verbetering op voor de geforceerde vitale capaciteit (FVC) (p=0,002). Tegen die tijd was ook de diffusiecapaciteit voor koolstofmonoxide (DLCO) significant verbeterd (p=0,0002). Na twaalf maanden hadden nog steeds 9 patiënten (11%) een lage FVC (< 80% van de voorspelde waarde). Tegelijk bleef ook de DLCO laag bij 27 patiënten (33%). Vrouwen hadden een hogere kans om na twaalf maanden nog steeds een lage DLCO te hebben (p<0,0002).Matglasbeelden waren na drie maanden zichtbaar bij 65 patiënten (78%). De afwijkingen bleven bestaan na twaalf maanden bij 20 patiënten (24%). Deze 20 patiënten waren tijdens de acute fase langer in het ziekenhuis gebleven (p=0,027), hadden een hogere CT-score voor de ernst van de pneumonie tijdens de acute fase (p<0,0001) en keken aan tegen een minder goede longfunctie na twaalf maanden (p<0,0001 voor DLCO, bijvoorbeeld). Geen van de patiënten had beelden compatibel met longfibrose of evoluerende interstitiële aantasting. Volgens een commentaar bij het artikel roept dit vragen op over de oorzaak van de gestoorde longdiffusie die men bij een aantal patiënten optekent (2). Belangrijk is dat de afwijkingen geen spectaculaire impact hadden op het dagelijkse functioneren, want de staptest na zes minuten verbeterde flink tijdens de follow-up en was na twaalf maanden zo goed als normaal bij iedereen. Vier patiënten (5%) meldden ademnood bij het einde van de follow-up.Langduriger onderzoek zal moeten uitwijzen wat er gebeurt met de longletsels en gestoorde longfunctietests die bij een minderheid van de patiënten na één jaar nog aanwezig zijn.