...

BAop stelde het 'Plan Zorg Voor Het Kind' voor samen met tientallen andere stakeholders in de zorg rond kinderen en jongeren in ons land. In zeven hoofdstukken en 238 pagina's wordt toegewerkt naar tien aanbevelingen om tot een globale visie en aanpak te komen van de zorg voor Belgische kinderen en jongeren. Die ontbreekt anno 2024 volgens de initiatiefnemers. "Vijftien jaar lang brachten (kinder)artsen, koepelorganisaties en patiëntenorganisaties allerlei visieteksten uit waarin elke groep noodzakelijke veranderingen beschreef", klinkt het. Allen deden ze dat echter vanuit het eigen perspectief. Het plan noemt de pediatrische covid-19-taskforce een goed voorbeeld van een interprofessionele en intersectorale manier van denken - nodig om met kinderen en jongeren te kunnen samenwerken. De tekst gaat namelijk uit van een sterk individualistische visie op het kind/de jongere, waarbij het concept 'kindertijd' als een tijdelijke periode voorafgaand aan de "belangrijkere volwassenheid" verworpen wordt.Vandaag is de zorg voor kinderen en jongeren nog steeds een "appendix" aan de volwassenenzorg, aldus de auteurs. Het kind en zijn context wordt vergeleken met de kern van een bloem, daarrond zijn de blaadjes mentale en fysieke kindzorg, jeugdzorg, opvoeding, kinderopvang, gezinsondersteuning... Alleen wanneer het hart en alle bloemblaadjes op hun plaats zitten, kan de bloem volop bloeien. Kinderen en jongeren, zo luidt het plan, moeten ook een meer structurele stem krijgen in hun eigen zorg. Een van de aanbevelingen daartoe en wellicht de opvallendste, is de aanstelling van een minister van het Kind naar Schots voorbeeld van een Child Health Commissioner. In eigen land wordt verwezen naar de nationale coronacommissaris. Het doel van die aanstelling, en bij uitbreiding van het hele 'Plan voor het Kind', is het voortdurend streven naar een integrale kijk op kinderen en hun familie. Vandaag zijn er in België 29 ministers die iets te zeggen hebben over het welzijn van kinderen. Verantwoordelijke overheden coördineren echter niet goed. De auteurs willen bijgevolg naar één nationaal minister met overkoepelende en coördinerende bevoegdheden. Over wie die persoon in kwestie moet zijn, zegt de tekst het volgende: hij of zij is neutraal en behoort niet tot een politieke partij en/of organisatie die politiek verbonden is. Essentieel is uiteraard om steeds te vertrekken vanuit het kind en de familie, en te beschikken over "ruime ervaring en competenties in de zorg voor kinderen en jongeren". Ook belangrijk is het hanteren van een "helikopterview" voor alle sectoren waar kinderen en jongeren bij betrokken zijn en last but not least is de minister van het Kind een 'positief leider', die alle stakeholders en kinderen, jongeren en hun families verbindt.Een minister van het Kind is het ultieme doel, zo stellen de auteurs. Op korte termijn kunnen al een aantal "quick wins" bereikt worden op basis van de (andere) aanbevelingen in het plan zoals o.a. meer inzetten op preventie en op korte termijn incentives voorzien voor intersectorale samenwerking.