De Vlaamse Longkankerscreening Taskforce organiseert op vrijdag 7 oktober een multidisciplinair symposium waarin de highlights rond de implementatie van longkankerscreening worden belicht, alsook de belangrijkste feiten en fabels over dit onderwerp. Artsenkrant sprak aan de vooravond van het symposium met een van de initiatiefnemers, prof. Jan van Meerbeeck (Universiteit Antwerpen).
...
Longkanker is de kanker waaraan de meeste mensen overlijden. De diagnose longkanker wordt jaarlijks bij meer dan 5.000 Vlamingen gesteld met gemiddeld slechts een vijfjaarsoverleving van 22% bij mannen en 28% bij vrouwen. Het probleem is dat het overgrote deel van de patiënten wordt gediagnosticeerd in een laat stadium van de ziekte.Op de vraag wat naar zijn idee de belangrijkste fabel over longkankerscreening is, antwoordt prof. van Meerbeeck stellig: "Dat het niet zou werken." De Nederlands-Belgische NELSON-studie heeft overduidelijk aangetoond dat een reductie in longkankergerelateerde sterfte met 24% kan worden bereikt door middel van seriële screening met lagedosis-CT-scans bij een hoogrisicopopulatie bestaande uit zware rokers en ex-rokers. Inmiddels zijn er diverse systematische reviews gepubliceerd die deze conclusie ondersteunen. Bij vrouwen zou de reductie door longkankerscreening zelfs 30-40% kunnen bedragen in verband met een relatief risico van 1,4 op longcarcinoom bij een rokende vrouw in vergelijking met een rokende man van dezelfde leeftijd.Meer recente studies onderzochten in verder detail hoe de sensitiviteit van deze screening nog verder kan worden verhoogd. Een voorbeeld hiervan is de aanpassing van de radiologische criteria, waarbij tegenwoordig gekeken wordt naar het volume van een afwijking in plaats van naar de diameter van een afwijking zoals voorheen gebeurde. Andere studies, zoals de momenteel lopende nieuwe studie '4-in-the-lung-run' (Erasmus MC Rotterdam), richten zich op een mogelijke aanpassing van het screeningsinterval van jaarlijks naar bijvoorbeeld tweejaarlijks na een eerste negatieve CT-scan.De uitdaging voor de Taskforce is om de uitkomsten van de diverse gecontroleerde studies te vertalen naar een plan van aanpak met betrekking tot de implementatie van longkankerscreening in de dagelijkse praktijk. Prof. van Meerbeeck is zich terdege bewust van de uitzonderlijke maatschappelijke en ethische vraagstukken die de implementatie van longkankerscreening met zich mee zullen brengen en spreekt hier bevlogen over: "Longkankerscreening zal, in tegenstelling tot andere lopende screeningsprogramma's zoals darmkanker-, baarmoederhalskanker-, en borstkankerscreening, niet op basis van leeftijd of geslacht gebeuren maar specifiek gericht zijn op een doelgroep van langdurige rokers en ex-rokers. De cruciale vraag hierbij is natuurlijk hoe we deze risicopopulatie identificeren en kunnen bereiken." Hij benadrukt vervolgens de belangrijke rol die is weggelegd voor huisartsen bij de reductie van longkanker. Het systematisch navragen en registreren van het rookgedrag in het elektronisch medisch dossier kan van belang zijn teneinde de juiste personen te selecteren die in aanmerking komen voor longkankerscreening. Maar daarnaast is dit ook van belang omdat deze registratie de basis vormt voor een rookstopadvies op maat. Het algemeen doel van een screeningsprogramma is het opsporen van een ziekte in een vroeg stadium nog voordat er klachten zijn om zodoende meer kans op genezing te bereiken. Maar bij longkanker speelt nog iets anders. Prof. van Meerbeeck legt uit: "De relatie tussen rookgedrag en de kans op het ontstaan van de ziekte is zo groot dat het stoppen of beter nog überhaupt niet beginnen met roken te allen tijde topprioriteit zal moeten hebben."Zijn boodschap is duidelijk: "Longkankerscreening en interventieprogramma's voor rookstop zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Uit internationaal onderzoek blijkt het succes van deze combinatie." Diverse presentaties tijdens het aankomende symposium op 7 oktober (waarvoor nog enkele plaatsen beschikbaar zijn) behandelen dan ook de thema's preventie en rookstopinterventie. Op de vraag of longkankerscreening niet voor iedereen (dus ook niet-rokers) beschikbaar zou moeten zijn vanuit een soort gelijkheidsprincipe, vervolgt prof. van Meerbeeck: "Nog los bekeken van een eventueel kostenaspect is daar bij de laagrisicogroepen gezien de veiligheidsaspecten van seriële CT-scans geen plaats voor." De Taskforce is drukdoende met de praktische en noodzakelijke voorbereidingen voor de opstart van longkankerscreening in Vlaanderen. Het streven is om het dossier in 2023 in te dienen bij het Vlaams agentschap. Momenteel lopen er diverse implementatieprojecten anticiperend op mogelijke vragen van de overheid. De hoop en verwachting van de Taskforce is een groen licht voor longkankerscreening in Vlaanderen vanaf 2026.