...

In juli 2019 werd voor het eerst een precedent geschapen waarbij aspirant-(tand)artsen geslaagd waren en aldus hun bekwaamheid bewezen hadden, niet mochten starten met hun studie. Deze groep vormen de ongunstig gerangschikten (OG). Zij ijveren om alsnog te kunnen starten aan de (tand)artsenopleiding. Gezien in België het aantal starters nog steeds federaal wordt vastgelegd op basis van duidelijke afspraken die door Vlaanderen en Wallonië moeten nageleefd worden, is het logisch dat onze Vlaamse studenten gelijke kansen moet krijgen. Hier loopt het echter ernstig fout: de gelijke kansen worden de Vlaamse jongeren ontnomen. Hier werd in verschillende artikels in media in het van najaar 2019 reeds dieper op ingegaan. De federale Planningscommissie heeft vastgesteld dat er voor Vlaanderen een objectief tekort is van 1.040 Riziv-nummers voor de periode 2004-2021 en voor Wallonië een objectief teveel is van 1.531. Wat werd afgesproken is dat vanaf 2024 dit tekort jaarlijks wordt bijgeteld bij de toekomstige quota, 15 jaar lang tot 2038. Wat er werkelijk gebeurde: in Wallonië werden in 2018 en 2019 in totaal 1.088 starters toegelaten boven het quotum. In Vlaanderen laat men in 2019 in plaats van het toegelaten aantal, 31 Vlaamse studenten minder starten (cijfers op 1 november 2019). Waarom is de vraag van de OG gerechtvaardigd? 1. Afgesproken beleid uitvoeren: sedert 1997 wordt het afgesproken beleid enkel door Vlaanderen gevolgd en nooit heeft Vlaanderen het quotum overschreden, terwijl reeds 22 jaar in Wallonië een totale negatie is van het toegekende quotum. 2. Structurele ongelijkheid van het toegangsexamen: in Vlaanderen mogen niet alle geslaagden starten, is er geen herkansing en is het aantal starters strikt volgens federaal opgelegd quotum. In Wallonië mogen alle geslaagde starten, kan men twee keer deelnemen en start het dubbele aantal dan wat mag volgens opgelegd quotum. 3. De noden op het terrein zijn duidelijk verschillend in Vlaanderen t.o.v Wallonië: in Vlaanderen zijn 228 van de 298 gemeenten huisartsenarm, is er een manifeste toename van het percentage huisartsen ouder dan 60 jaar (volgens planningscommissie), en vragen vele klassieke specialistendisciplines versterking. In Brussel is de zorg in het Nederlands dramatisch zoals o.a. blijkt uit noodkreten van de Brusselse huisartsenwachtpost. Artsen uit het zuiden van het land schuiven alsmaar meer op naar de noordrand van Brussel. 4. Buitenlandse specialisten, vaak het Nederlands onvoldoende beheersend, worden aangetrokken om de plaatsen in te nemen van onze onvoldoende beschikbare Vlaamse jongeren. 5. Burn-out, uitstap uit het beroep, deeltijds werken: zijn duidelijk onderschatte fenomenen in het berekenen van nood aan toekomstige artsen. Recent verklaarden Ecolo (29 april ) en cdH (8 mei) in de pers dat alle (Waalse) artsen die de volgende twee (!) jaar afstuderen hoe dan ook hun Riziv-nummer moeten krijgen. Een paar dagen later (16 mei) heeft minister De Block al een KB klaar om dit effectief zo uit te voeren. Niemand die er iets op tegen heeft om studenten na zes jaar studie een Riziv-nummer te geven, maar hopelijk gebeurt dit nadat ze met succes geslaagd zijn voor hun examens en stages. Maar, in Wallonië blijft men dus een voorafname doen op toekomstige Riziv-nummers, daar waar het net de afspraak was om in Wallonië het opgebouwde overtal af te bouwen. Exit lissage? Veel Vlaamse jongeren zouden maar wat graag mogen beschikken over het toverwoord 'lissage'. Waarom geen beperkt aantal geslaagde OG laten starten, als alleen al voor dit jaar 465 meer dan federaal vastgelegd werd, mogen doorstromen naar de beroepsopleiding (1.695 in plaats van het federale contingent van 1.230)?Volgens een gesprek met een lid van de Orde der artsen is er een toename van meldingen bij Arts in Nood. De combinatie covid-wachten met eigen praktijk werd aangegeven als de druppel die de emmer doet overlopen. Hij vergeleek dit met een rugzak: allen hebben we een rugzak en die kunnen we dragen tot die vol zit, maar de ene kan een grotere rugzak dragen dan de ander. Als we hier geen oog voor hebben, zien we niet dat iemand er onderdoor gaat. Hierdoor overweegt een aantal artsen te stoppen met het beroep. Dit geldt ook voor de OG: het volstaat niet om te oordelen dat deze jongeren meegedaan hebben en dat dit een goede leerschool was ("volgende keer beter"). Het verdict van geslaagd te zijn, maar "ongunstig gerangschikt" en toch niet mogen starten, heeft bij vele van deze jongeren diepe wonden geslagen. Psychiaters zullen u bevestigen dat een 18-jarige adolescent, in de fragiele opbouw en zoektocht naar zelfzekerheid, een enorme dreun kan krijgen met twijfelen aan zichzelf, faalangst en minderwaardigheidsgevoel tot gevolg.Als we ongetwijfeld begrip kunnen opbrengen voor de arts die in burn-out dreigt verzeild te geraken, moeten we ook begrip hebben voor deze OG die ook aspirant-geneeskundestudenten zijn.Talloze personen hebben we gecontacteerd, o.a. het kabinet Jambon/Weyts/Somers/Crevits/Beke/De Block. Vaak kregen we te horen: "Indien het mijn zoon/dochter was, ik zou net hetzelfde doen." We hadden een uitgebreid onderhoud met minister De Block met de mondelinge bevestiging van haar eerdere verklaring in pers van 5 december 2019 waarbij ze "begrijpt dat studenten die in deze situatie verkeren, naar de rechtbank gaan". Er werd ons geadviseerd te ijveren voor een decreetwijziging in het Vlaams Parlement voor eind december 2019. We hebben dus volop ingezet op deze niet-juridische weg. Pas nadat de conclusie was dat er overal veel begrip was, maar geen concrete stappen vooruit werden gezet, hebben we de juridische procedure gestart. Ondertussen is deze lopende en kan ik hier niet meer info over geven. We denken dan ook dat het onze plicht was om in een rechtsstaat onze Vlaamse studenten te verdedigen tegen de discriminatie en ongelijke kansen. Tot slot wens ik SVH te bedanken voor hun steun vanaf het begin aan de OG en alle (toekomstige) huisartsen. Net als het SVH zijn we voor het behoud van de federale quota, maar het huidig quotum faalt. Wel kan via de subquota een betere verhouding huisarts/ specialist bekomen worden.