...

Het ontstaan van het AVGV moet je in een historische context zien. "Een aantal van de oprichters, zoals dr. Frans Daels en dr. Hilaire Gravez, had als legerarts aan het front gewerkt", zegt dr. Lieve Van Ermen, voorzitter van het VAV. "Daar hadden ze vastgesteld dat de legerhiërarchie Franstalig was, en dat eenvoudige Vlaamse soldaten die sneuvelden een kruisje kregen met het eentalige opschrift 'Mort pour la patrie'. Vanuit deze verontwaardiging over dat sociale onrecht is hun flamingantisme ontstaan." Het Vlaamsgezinde AVGV werd opgericht als beroepsvereniging om de belangen van Vlaamse artsen te behartigen, onafhankelijk van de unitaire FMB (Fédération Médicale Belge). Het ledenaantal groeide van enkele honderden in 1933 tot ongeveer 1.500 leden aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. Een van de eerste strijdpunten van het AVGV was de vernederlandsing van de opleiding geneeskunde aan de Gentse Rijksuniversiteit. In maart 1911 hadden de katholiek Frans van Cauwelaert, de liberaal Louis Franck en de socialist Camille Huysmans (de 'Drie Kraaiende Hanen') samen een wetsvoorstel ingediend om het Nederlands aan de Gentse universiteit in te voeren vanaf het academiejaar 1916-1917. In het kader van de 'Flamenpolitik', een poging van de Duitse bezetter om de Vlamingen te paaien, had gouverneur-generaal Moritz von Bissing in oktober 1916 de Gentse universiteit vernederlandst. Deze beslissing werd na de Eerste Wereldoorlog echter teruggedraaid. Docenten en studenten van de 'von Bissing-universiteit' werden beschouwd als activisten die met de bezetter hadden meegewerkt. Vanuit het AVGV heeft met name Frans Daels zich ingezet voor de vernederlandsing. In 1923 voerde de liberale minister van Onderwijs Pierre Nolf een gedeeltelijke vernederlandsing in. Studenten konden kiezen tussen een 'Vlaams regime' (twee derde van de cursussen in het Nederlands, een derde in het Frans) en een 'Frans regime' (twee derde van de cursussen in het Frans, een derde in het Nederlands). Dit Belgisch compromis bezorgde de Gentse Rijksuniversiteit de spottende bijnaam 'Nolf-barak'. In 1930 besloot de regering van de katholieke politicus Henri Jaspar dat vanaf het academiejaar 1930-1931 het onderwijs aan de Gentse universiteit in het Nederlands zou worden gegeven. Het Nederlands werd ook de bestuurstaal. Op 21 oktober 1930 opende rector August Vermeylen het eerste academiejaar van de vernederlandste universiteit. Het zou echter fout zijn om het AVGV te reduceren tot een flamingantische vereniging, vertelt dr. Lieve Van Ermen. De vereniging had ook sociale en culturele doelstellingen en deed voorstellen voor de organisatie van het medisch beroep. "Zo stelde het AVGV al in 1933 voor om regels op te stellen voor de erkenning van de titel van specialist. Het AVGV regelde ook de bescherming van artsen en hun familie: de sociale zekerheid zoals we die vandaag kennen, bestond immers nog niet." De Algemene Vergadering van het AVGV besloot in juni 1932 tot de oprichting van een 'Hulpfonds voor het Vlaams Geneeskundig Korps'. Het fonds werd gestijfd met bijdragen van de farmaceutische laboratoria en de leden en had aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog een kapitaal van ca. 300.000 frank verzameld. In 1935 volgde een 'Verzekeringsreservefonds' dat leden van het AVGV een dagvergoeding uitkeerde bij arbeidsongeschiktheid door ziekte. In 1935 richtte het AVGV de 'Boekerij' op. "Deze bibliotheek zou alle medische werken verzamelen die in de Nederlanden of door Nederlandstalige auteurs waren geschreven, vanaf Dodoens en Jan Palfijn", legt dr. Lieve Van Ermen uit. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de collectie ondergebracht in de lokalen van de door de Duitse bezetter opgerichte Kamer van Geneesheren. Toen na de oorlog de activa van de Kamer van Geneesheren in beslag genomen werden, gingen vele boeken verloren.