...

In een kransslagader zijn sommige van die platen, deze met een sterke inflammatoire werking, kwetsbaarder. Een deel ervan kan loskomen. Indien dat gebeurt, kan er zich een bloedstolsel vormen dat de ader volledig verstopt en een hartinfarct veroorzaakt. We spreken dan over 'oorzakelijke plaat'. Om de instabiele platen van de stabiele te onderscheiden hebben de Britse wetenschappers het idee gehad een scanner aan een ander soort beeldvorming te koppelen, de positronemissietomografie (PET). Bij hun proef maakten ze gebruik van twee radioactieve stoffen. De eerste stof, 18F-fluordesoxyglucose (18F-FDG), werd gebruikt als ontstekingsmarker maar bleek onvoldoende informatie op te leveren, in tegenstelling tot de tweede stof, 18F-natriumfluoride (18F-NaF), gebruikt als marker van een actief calcificatieproces. In het onderzoek, uitgevoerd bij 119 vrijwilligers, lichtte 18F-NaF meer op bij bepaalde platen en correleerde de aanwezigheid ervan in de kransslagader met een antecedent van cardiovasculair accident of het bestaan van een bekende cardiovasculaire aandoening of risicofactoren. 18F-NaF zou dus wel eens een betrouwbare marker voor de kwetsbaarheid van plaque kunnen zijn. (referentie: The Lancet, 11 november 2013, doi:10.1016/S0140-6736(13)61754-7)