...

Zo staat het in een nota die het Verzekeringscomité begin deze week goedkeurde. Het deed heel wat stof opwaaien. De overheid richtte het federale testplatform op in oktober 2020. Men stelde immers vast dat de totale testcapaciteit van de klinische labs op dat moment niet verder reikte dan 15.000 PCR-tests per dag. Om dat aantal in volle gezondheidscrisis fors te kunnen opvoeren, sloot het Riziv met het testplatform - met de universitaire ziekenhuizen dus - een contract van 24 maanden af. Het startte in oktober vorig jaar en loopt nog tot oktober 2022. De modaliteiten worden nu dus wel aangepast. Oorspronkelijk vroeg het Riziv elk universitair lab om 7.000 tests per dag en per lab te kunnen uitvoeren - 56.000 PCR-tests in totaal. Daar stond een eenmalige opstartvergoeding van 275.000 euro tegenover. En een maandelijkse vaste vergoeding van 12 euro/test voor een volume van 2.000 tests per lab per dag. Omgerekend: 720.000 euro per site voor de werkingskosten. Een maandelijkse variabele vergoeding in functie van het aantal uitgevoerde testen vervolledigt het financiële plaatje. Ondertussen investeerden de klassieke labs klinische biologie fors. Ze bereiken nu een totale testcapaciteit van 90.000 tests per dag - 565.000 per week. Daar staat tegenover dat in de periode november 2020-juli 2021 de labs van het testplatform gemiddeld nooit aan de vooropgestelde 2.000 tests per dag kwamen. Met 1.861 tests komt enkel het UZA in de buurt. Het lab van Namen bijvoorbeeld voerde dagelijks gemiddeld slechts 795 PCR-tests uit, dat van Leuven 1.012. Momenteel, berekent de Riziv-nota, zijn er op piekdagen nog maximaal 75.000 à 85.000 tests per dag nodig. "Duidelijk is dus dat de minimumcapaciteit van het testplatform kan verminderd worden." Daarom voorzien de nieuwe modaliteiten een gegarandeerde maandelijkse dotatie van 270.000 euro voor 750 tests per dag bij een minimumcapaciteit van 3.000 tests per dag. In november evalueert het Riziv de situatie opnieuw. In een reactie stelt Vas-voorzitter en klinisch bioloog Marc Moens dat "sommige niet-universitaire labs destijds vonden dat het testplatform wel zeer fors betoelaagd werd. Men zag het als oneerlijke concurrentie tegenover de ziekenhuislabs. Op dat ogenblik zweetten de klinisch biologen daar water en bloed 7/7 en 24/24 met een beperkte groep medewerkers. Dat terwijl de labs van het testplatform 720.000 euro per maand aan vaste kosten ontvingen." Dokter Moens noemt het terugschroeven van de toelage dan ook een verstandige beslissing. Professor Herman Goossens (UZA) van zijn kant blijft er in een reactie aan Het Laatste Nieuws bij dat het een jaar geleden een zeer goede beslissing was. "Om te zorgen voor voldoende testcapaciteit heeft de overheid achter bekeken meer dan nodig uitgegeven. Maar dergelijke evaluatie mag je niet maken met de kennis van vandaag maar met de kennis van een jaar geleden. En dan blijf ik erbij dat dit een zeer goede beslissing was", aldus Goossens.