...

Zorgverleners zijn meer dan zorggebruikers al overtuigd van het belang van e-health. Waar men vroeger e-health zag als iets wat de zorg kon ondersteunen zolang het maar niet te veel in de weg stond, raakt men er vandaag steeds meer van doordrongen dat digitalisering en zorgprocessen goed op elkaar afgestemd moeten zijn. De technologie moet goed werken voor de gebruiker en de zorgprocessen ondersteunen, maar de zorgprocessen moeten ook voor een deel worden herdacht om e-health optimaal te kunnen gebruiken. Wat men de 'digitale transformatie' noemt.RandvoorwaardenHet gebruik van e-health kan volgens artsen en verpleegkundigen de kwaliteit van zorg verbeteren, de zelfredzaamheid van patiënten vergroten en zelfs de werkdruk verminderen. Maar dan moeten wel de randvoorwaarden vervuld zijn.Op e-health moet je continu kunnen vertrouwen, het moet afgestemd zijn op de eindgebruiker, en er moet geïnvesteerd worden in de implementatie. Zorgverstrekkers moeten met de partners in een netwerk een concreet plan uitwerken voor het herinrichten van de zorg mét e-health, waarbij men vooral focust op de voordelen op lange termijn?DoelstellingenDe monitor onderzoekt in hoeverre doelstellingen die een aantal jaren geleden werden geformuleerd, ook worden bereikt. Het gaat dan over de mogelijkheid voor patiënten om hun medische gegevens online te kunnen inkijken, het gebruik van zelfmeting en telemonitorin, en het proberen om patiënten langer thuis te houden met inzet van 'beeldbellen' en domotica.Steeds meer specialisten en huisartsen geven de patiënt inzage in uitslagen, diagnosen, medicatie... . Vooral bij een minderheid van huisartsen die moeite hebben hun manier van notitie nemen daaraan aan te passen, bestaat er daartegen nog weerstand. De bevraging van de eHealth-monitor onthult evenwel dat nog maar weinig patiënten van de mogelijkheid tot inzage op de hoogte zijn en ervan gebruik maken.Vier op tien van de chronische patiënten geeft aan dat ze zelf gezondheidswaarden meet: bloeddruk, glucose, gewicht,... Maar dit wordt maar bij een veel kleinere groep actief mee opgevolgd door een arts. De bedoeling is om zelf een betere controle te krijgen. Een kwart van de specialisten werkt op hun afdeling al met telemonitoring. Zij beoordelen dat evenwel alleen zinvol bij een bepaalde groep van patiënten.Het gebruik van beeldbellen in de ouderenzorg stagneert maar alternatieve vormen van digitaal contact, bijvoorbeeld beveiligde e-mail, nemen wel toe. Het gebruik van domotica en toezichthoudende technieken (valdetectie, medicijndispensers,...) blijft een stijgende trend vertonen. IntegratieDe conclusie van de auteurs is telkens dat de toepassingen goed moeten worden begeleid. Men start het best met een goede selectie van patiënten, die bij de toepassingen het meeste baat hebben.Patiënten moeten bij de inzage van gegevens begeleid worden - ze kunnen bijvoorbeeld de opdracht krijgen zelf een consult voor te bereiden en de opgegeven medicatie te controleren. Voor telemonitoring moeten ook goede, lokale afspraken worden vastgelegd.Beeldbellen werkt ook het best als het geïntegreerd is in een meer omvattend plan met blended care (afgewisseld met onder meer gewone beozeken).Al deze toepassingen moeten zo goed mogelijk ingebed worden in een integrale zorg.