...

Beperkt uitgezaaide ziekte of oligometastatische ziekte (OMD) wordt geïdentificeerd als een intermediaire toestand tussen nog gelokaliseerde en reeds volledig uitgezaaide ziekte. Binnen de European Society for Radiotherapy and Oncology (ESTRO) bestaat al geruime tijd interesse voor het beter karakteriseren van OMD, want stereotactische radiotherapie, waarbij een hoge stralingsdosis in weinig behandelingssessies met hoge precisie wordt uitgevoerd, is een aangewezen behandelingstechniek bij oligometastasen. Een belangrijke beperking is echter dat bij gebrek aan specifieke biomerkers, de diagnose van OMD gesteld moet worden op basis van beeldvorming zoals FDG-PET, MRI of CT. Deze beeldvorming laat echter niet toe om een onderscheid te maken tussen verschillende vormen van OMD. Zo zal een enkele metastase van een primaire tumor zich bij beeldvorming op identieke wijze presenteren als een resistente metastase die overblijft na een systemische behandeling van uitgebreide en metastatische ziekte. Ter illustratie toont figuur 1 de bijna identieke PET/CT-beelden van respectievelijk een retroperitoneale kliermetastase van een primaire tumor en een persistente retroperitoneale kliermetastase van een eerder behandelde metastatische ziekte. Het is nochtans belangrijk om een onderscheid te maken tussen de verschillende vormen van OMD, zowel voor de prognose als de behandelingsstrategie. Zo kan het zijn dat bij een patiënt met een primaire tumor met slechts één of twee metastasen, het voldoende is om lokaal te behandelen met radiotherapie,waarbij chemotherapie vermeden of eventueel uitgesteld kan worden. Bij andere vormen van OMD kan een meer systemische behandeling dan weer wel aangewezen zijn. Aangezien de nood aan een betere classificatie op internationaal niveau erkend werd, richtte het ESTRO samen met het EORTC de werkgroep 'OligoCare' op, met als doel tot een consensus en richtlijn te komen om de verschillende vormen van OMD eenduidig te beschrijven. Het onlangs gepubliceerde classificatiesysteem omvat alle mogelijke klinische situaties die resulteren in dezelfde diagnostische beeldvorming van een beperkt aantal metastasen en de diagnose van OMD. Het wordt voorgesteld als een beslissingsboom op basis van vijf binaire vragen (zie figuur 2). Daarbij wordt OMD in eerste instantie onderverdeeld in zogenaamde 'genuine' OMD (patiënten zonder geschiedenis van polymetastatische ziekte) of 'induced' OMD (patiënten met een geschiedenis van polymetastatische ziekte). Genuine OMD wordt vervolgens verder opgesplitst in 'de-novo' OMD (eerste diagnose van OMD) of 'repeat' OMD (voorgeschiedenis van OMD), gevolgd door een aantal verdere opsplitsingen in functie van het moment van de diagnose en de status van de progressie. Het belang van het voorgestelde classificatiesysteem is dat het zal toelaten om OMD in klinisch onderzoek duidelijker te beschrijven, wat de interpretatie van de resultaten zal vereenvoudigen. Een eenduidige beschrijving van het ziektebeeld zal uiteindelijk ook zorgen voor een beter begrip van de effecten van gerichte behandeling bij OMD, en dus ook voor betere genezingskansen en een betere levenskwaliteit voor de patiënten. Prof. Verellen benadrukt dat onderzoek naar OMD één van de speerpunten is van het klinisch onderzoek dat verricht wordt binnen het Iridium Kankernetwerk. Er lopen dan ook reeds meerdere klinische studies binnen dit netwerk waarbij het nieuwe classificatiesysteem gebruikt wordt. Door een voortrekkersrol in te nemen bij dit onderzoek wil het wetenschappelijk team van het Iridium Kankernetwerk bijdragen tot de verdere ontwikkeling van behandelingsstrategieën en -doelen voor patiënten met OMD.