...

Australische vorsers hebben een prospectief onderzoek verricht naar het effect van screening op de frequentie van bepaalde kankers. 760.058 mensen van 50-69 jaar werden gescreend op colorectale kanker, 918.140 vrouwen van 18-69 jaar werden gescreend op baarmoederhalskanker en 380.238 mannen van 50-69 jaar werden gescreend op prostaatkanker. In de drie groepen werd gekeken naar een eventuele correlatie tussen het bestaan van een psychiatrische aandoening en de opsporing van kanker respectievelijk door middel van een fecaaloccultbloedtest, een baarmoederhalsuitstrijkje en bepaling van het PSA-gehalte.Bij patiënten met een ernstige geestesziekte werd 17% minder vaak een baarmoederhalsuitstrijkje afgenomen dan in de algemene bevolking (IRR = 0,83, 95% BI: 0,82-0,84) en werd ook 17% minder vaak het PSA-gehalte bepaald (IRR = 0,83, 95% BI: 0,81-0,85). Er werd significant minder vaak een screening op colorectale kanker uitgevoerd bij patiënten met een geestesziekte, die gemiddeld minder dan vijf keer per jaar naar hun huisarts gingen (IRR = 0,83, 95% BI: 0,73-0,94).De auteurs concluderen dat die verschillen in screening een gedeeltelijke verklaring kunnen vormen voor de discordantie tussen de incidentie van die drie kankers, waarvoor een screening bestaat, en de sterfte bij patiënten met een ernstige geestesziekte.Tuesley KM et al.: Colorectal, cervical and prostate cancer screening in Australians with severe mental illness: Retrospective nation-wide cohort study. Aust N Z J Psychiatry 2019; 53: 550-558. https://doi.org/10.1177/0004867418814945; https://journals.sagepub.com/doi/full/10.1177/0004867418814945