...

Obesitas neemt de laatste decennia alleen maar toe. In de meeste Europese landen kampt ongeveer de helft van de mensen met overgewicht. Studies tonen aan dat in 2030 de helft van de Amerikaanse bevolking een BMI ≥ 30 kg/m2 zal hebben. Zwaarlijvigheid verhoogt het risico op borstkanker, (verre) uitzaaiingen, recidief en overlijden, en dit ongeacht pre- of postmenopauzale status. Klinische studies die de werkzaamheid van gerichte behandelingen evalueren, vermelden zelden of nooit de BMI van borstkankerpatiënten. Ook wordt de dosis van slechts één vijfde van de behandelingen afgestemd op het gewicht van de patiënt. "Omdat borstkanker en overgewicht als twee aparte eenheden gezien worden, zijn er hiaten in onze kennis. Dit verdient aanvullend onderzoek", aldus prof. Desmedt.Het team in Leuven bestudeerde de perioperatieve setting van borstkankerchirurgie. Die operatie is een cruciale stap in de behandeling, maar "tijdens die ingreep komen tegelijk ontstekingsmediatoren, groeifactoren en CTC's(1) vrij, die het latere ziekteverloop negatief kunnen beïnvloeden", weet de borstkankeronderzoekster. Haar retrospectieve studie kon aantonen dat de intraoperatieve toediening van ketorolac, een NSAID die anesthesisten inzetten om het gebruik van opioïden te beperken, gelinkt was aan een opvallend sterke afname van uitzaaiingen op afstand, specifieker bij de vrouwen met verhoogde BMI. Dit voordeel kon niet worden aangetoond met diclofenac. De reden hiervoor is wellicht dat enkel ketorolac inwerkt op de Rho GTPase-route, die bij patiënten met overgewicht een grotere rol speelt d.m.v. verhoogde leptinewaarden.Ook taxanen werden onder de loep genomen. De vraag was of deze veelgebruikte chemotherapeutica, gezien hun lipofiele aard, verschillen in werkzaamheid naargelang de BMI van de patiënt. En men zag inderdaad dat de ziektevrije overleving afnam bij vrouwen met overgewicht die een adjuvante behandeling met docetaxel kregen. Dit betekent mogelijks dat de dosis voor deze populatie in de toekomst moet aangepast worden. Verder konden ook verschillende verbanden getrokken worden tussen BMI en het antiproliferatieve effect van hormoonbehandelingen, al zijn die correlaties complex. Er is reden om te geloven dat de tumorale micro-omgeving wijzigt in functie van de adipositas. Zo is een hoog aantal TIL's(2) bij zwaarlijvige, triple-negatieve borstkankerpatiënten geen voorspeller van een complete pathologische respons na neo-adjuvante chemotherapie. 'Single-cell genome sequencing' kon niet alleen veranderingen in de T-cellen aantonen, maar in alle celtypen van de tumorale micro-omgeving.