Dr. De Azambujo vermeldde de studies met tamoxifen (tam), aromatase inhibitoren (AI) en sequentiële toediening van beide, die het verlengen van de behandelduur tot 7,8, 10 en zelfs 15 jaar beoordeelden. Een meta-analyse1 toonde dat deze aanpak resulteerde in een langere ziektevrije overleving, maar niet in een verlenging van de totale overleving. In het bijzonder patiënten met oestrogeen en progesteron receptor positieve tumoren, primaire tumorgrootte > 2 cm, positieve lymfeklieren en na endocriene therapie met tam of tam gevolgd door AI hadden een voordeel van de behandeling. Een behandelduur van 7-8 jaar bleek te volstaan.

De beslissing tot verlenging van de behandelduur steunt op een afweging van kosten vs. baten. Alleen de Breast Cancer Index (BCI) is door ASCO goedgekeurde2 als prognostische en predictieve genomische test na vijf jaar adjuvante endocriene therapie. Patiënten met een tumor met een laag BCI hadden lager risico op recidief, die met een hoog BCI hadden baat bij een verlengde endocriene therapie. Een recente analyse van de IDEAL-trial3 suggereerde dat ook MammaPrint een predictieve biomerker is en alleen patiënten met tumoren met een lage, maar niet een ultra lage score, hadden er voordeel bij de therapie te verlengen tot tien jaar in vergelijking met 7.5 jaar.

Dr. De Azambujo gebruikt de klinische prognostische CTS5 score, aanbevolen door ASCO, en ervaart dit als hulp bij beslissing om de endocriene adjuvante therapie na 5 jaar te verlengen. Deze als webtool4 beschikbare score berekent het risico op recidief tussen jaren 5-10 jaar en catalogeert patiënten als laag risico (< 5%), intermediair (5-10%) of hoog risico (> 10%).

Bij de (zeer) laag risicogroep is de optimale duur van endocriene therapie 5 jaar en een verlengde behandelduur tot 7 - 8 jaar geniet de voorkeur bij patiënten met een intermediair of hoog risico, zei dr. De Azambujo. Hij overweegt een behandelduur van 10 jaar bij patiënten met zeer hoog risico en de AI moeten, als er geen tegenaanwijzing is, deel uitmaken van de behandelingsstrategie. Patiënten die vijf jaar tam hebben gekregen (met of zonder LHRH-agonist) komen in aanmerking voor verlengde therapie met een 5 jaar tam of AI, afhankelijk van menopauze status.

1. Chen, J. et al. Breast Cancer 28, 630-643 (2021).

2. Andre, F. et al. J. Clin. Oncol. 40, 1816-1837 (2022).

3. Liefers G-J, et al. SABCS 2022 GS5-10 (2022).

4. CTS5. Available at: CTS5 Calculator (cts5-calculator.com).

Dr. De Azambujo vermeldde de studies met tamoxifen (tam), aromatase inhibitoren (AI) en sequentiële toediening van beide, die het verlengen van de behandelduur tot 7,8, 10 en zelfs 15 jaar beoordeelden. Een meta-analyse1 toonde dat deze aanpak resulteerde in een langere ziektevrije overleving, maar niet in een verlenging van de totale overleving. In het bijzonder patiënten met oestrogeen en progesteron receptor positieve tumoren, primaire tumorgrootte > 2 cm, positieve lymfeklieren en na endocriene therapie met tam of tam gevolgd door AI hadden een voordeel van de behandeling. Een behandelduur van 7-8 jaar bleek te volstaan. De beslissing tot verlenging van de behandelduur steunt op een afweging van kosten vs. baten. Alleen de Breast Cancer Index (BCI) is door ASCO goedgekeurde2 als prognostische en predictieve genomische test na vijf jaar adjuvante endocriene therapie. Patiënten met een tumor met een laag BCI hadden lager risico op recidief, die met een hoog BCI hadden baat bij een verlengde endocriene therapie. Een recente analyse van de IDEAL-trial3 suggereerde dat ook MammaPrint een predictieve biomerker is en alleen patiënten met tumoren met een lage, maar niet een ultra lage score, hadden er voordeel bij de therapie te verlengen tot tien jaar in vergelijking met 7.5 jaar.Dr. De Azambujo gebruikt de klinische prognostische CTS5 score, aanbevolen door ASCO, en ervaart dit als hulp bij beslissing om de endocriene adjuvante therapie na 5 jaar te verlengen. Deze als webtool4 beschikbare score berekent het risico op recidief tussen jaren 5-10 jaar en catalogeert patiënten als laag risico (< 5%), intermediair (5-10%) of hoog risico (> 10%). Bij de (zeer) laag risicogroep is de optimale duur van endocriene therapie 5 jaar en een verlengde behandelduur tot 7 - 8 jaar geniet de voorkeur bij patiënten met een intermediair of hoog risico, zei dr. De Azambujo. Hij overweegt een behandelduur van 10 jaar bij patiënten met zeer hoog risico en de AI moeten, als er geen tegenaanwijzing is, deel uitmaken van de behandelingsstrategie. Patiënten die vijf jaar tam hebben gekregen (met of zonder LHRH-agonist) komen in aanmerking voor verlengde therapie met een 5 jaar tam of AI, afhankelijk van menopauze status.1. Chen, J. et al. Breast Cancer 28, 630-643 (2021).2. Andre, F. et al. J. Clin. Oncol. 40, 1816-1837 (2022).3. Liefers G-J, et al. SABCS 2022 GS5-10 (2022).4. CTS5. Available at: CTS5 Calculator (cts5-calculator.com).