In deze multicentrische (108 ziekenhuizen in 14 landen), open-label gerandomiseerde fase 3-studie werden 242 patiënten met hoog risico op recidief van rhabdomyosarcoma behandeld met IVA en 242 met IVA plus doxorubicine. Bij de hoogrisicopatiënten behoren degenen met embryonaal rhabdomyosarcoma, onvolledig gereseceerd en gelokaliseerd op niet-gunstige locatie met of zonder lymfeklieraantasting en degenen met alveolair rhabdomyosarcoma met of zonder lymfeklieraantasting.
...
De IVA-behandeling bestond uit negen cycli (ifosfamide 3 g/m2 toegediend als een 3-h intraveneus infuus op dagen 1 en 2, vincristine 1,5 mg/m2 wekelijks gedurende de eerste zeven weken en vervolgens enkel op dag 1 van elke cyclus [toegediend als een eenmalige intraveneuze injectie], en dactinomycine 1,5 mg/m2 op dag 1 toegediend als een eenmalige intraveneuze injectie. De 'IVA plus doxorubicine'-behandeling bestond uit vier cycli van IVA met doxorubicine 30 mg/m2 toegediend als een 4-h intraveneus infuus op dag 1 en 2, gevolgd door vijf cycli van IVA. Het interval tussen de cycli was drie weken.De mediane follow-up bedroeg 63,9 maanden (IQR 44,6-78,9). 63,2 maanden (45,2-77,7) in de IVA-groep en 64,3 maanden (41,4-79,4) in de 'IVA plus doxorubicine'-groep. De recidiefvrije driejaarsoverleving was 67,5% (95% CI 61,2-73,1) in de 'IVA plus doxorubicine'-groep en 63,3% (56,8-69,0) in de IVA-groep (hazard ratio 0,87, 95% CI 0,65-1,16; p = 0,33). De algemene driejaarsoverleving was 78,3% (95% CI 72,4-83,0) in de 'IVA plus doxorubicine'-groep versus 80,6% (74,9-85,1) in de IVA-groep (HR 1,17, 95% CI 0,82-1,67; p=0,37).Graad 3-4 leukopenie (232 [93%] van de 249 patiënten in de 'IVA plus doxorubicine'-groep versus 194 [85%] van de 227 in de IVA-groep; p = 0,0061), anemie (195 [78%] versus 111 [49%]; p < 0,0001), trombocytopenie (168 [67%] versus 59 [26%]; p < 0,0001), en gastro-intestinale bijwerkingen (78 [31%] versus 19 [8%]; p < 0,0001) werden significant meer waargenomen in de 'IVA plus doxorubicine'-groep dan in de IVA-groep. Graad 3-5-infecties (198 [79%] versus 128 [56%]; p < 0,0001) waren eveneens significant meer aanwezig in de 'IVA plus doxorubicine'-groep dan in de IVA-groep. Men noteerde twee behandelingsgerelateerde overlijdens (een patiënt ontwikkelde een septische shock en een andere patiënt, gekend met Goldenhar-syndroom vertoonde onbehandelbare aanvallen) in de 'IVA plus doxorubicine'-groep. Deze beide overlijdens traden op na de eerste behandelingscyclus en er werden geen overlijdens waargenomen in de IVA-groep. Gezien een drastische toename van de bijwerkingen en geen voordeel op de overleving heeft doxorubicine geen plaats in de eerstelijnschemotherapie voor rhabdomyosarcoma.Bisongo, G., Jenney, M., Bergeron, C. et al.: Addition of dose-intensified doxorubicin to standard chemotherapy for rhabdomyosarcoma (EpSSG RMS 2005): a multicentre, open-label, randomised controlled, phase 3 trial. Lancet Oncol 2018; 19: 1061-71. Published online June 22, 2018. http://dx.doi.org/10.1016/S1470-2045(18)30337-1.