...

De auteurs hebben circulerende tumorcellen opgespoord bij 2.026 patiënten met borstkanker in een vroeg stadium voorafgaand aan adjuvante chemotherapie en bij 1.492 patiënten na chemotherapie. Als er voor de chemotherapie circulerende tumorcellen konden worden aangetoond, was de ziektevrije overleving na drie jaar aanzienlijk slechter (88,1% vs. 93,7%, p < 0,0001) en was ook de overleving zonder metastasen slechter (87,9% vs. 94,2%, p < 0,001). Aanwezigheid van circulerende tumorcellen voor chemotherapie correleerde ook met een slechtere totale overleving (93,2% vs. 97,3%, p = 0,0002). De prognose was minder goed bij de patiënten met vijf circulerende tumorcellen of meer per 30 µl bloed. De hazard ratio van ziektevrije overleving was 4,51 (95% betrouwbaarheidsinterval = 2,59-7,86) en de hazard ratio van totale overleving 3,60 (95% BI = 1,56-8,45). Als er na chemotherapie nog altijd circulerende tumorcellen konden worden teruggevonden, waren de ziektevrije overleving na drie jaar (85,9% vs. 93,9%, HR = 1,124, p = 0,02) en de totale driejaarsoverleving (92,8 % vs. 97,6%, HR = 1,162, p = 0,06) significant slechter.