...

Prof. dr. Annelies Janssens (UZA/UA) ging in een recente studie na welke copingstrategie gunstig is voor de QoL van deze patiëntpopulatie. De resultaten werden eerder dit jaar gepubliceerd in Clinical Lung Cancer (1).Een groot deel van de patiënten met uitgezaaide longkanker kampt met angstige en/of depressieve klachten. Deze klachten worden geassocieerd met een verminderde QoL, slechtere therapietrouw en langere ziekenhuisopnames. Bovendien correleren depressieve symptomen met een slechtere overleving bij deze patiëntpopulatie.In 2010 toonde Temel et al. echter aan dat gemetastaseerde longkankerpatiënten een overlevingsvoordeel kenden met VPZ, maar ook minder chemotherapiebehandelingen en een verbeterde QoL tegenover longkankerpatiënten die dit niet hadden verkregen (2). "Dat was voor mij een eyeopener. Vroegtijdige communicatie over een slechte prognose bij mijn longkankerpatiënten bleek dus gunstig te zijn," vertelde prof. Janssens: "Maar over VPZ was er toen weinig informatie voorhanden." Na een bijkomende masteropleiding in de psychologie te hebben afgerond, onderzocht prof. Janssens in een eerste studie de invloed van het ziekte-inzicht van de patiënt op diens QoL (3). "Ik vreesde dat een goed ziekte-inzicht zou leiden tot angstige of depressieve klachten, maar dat was niet het geval. Patiënten met een goed ziekte-inzicht bleken een pad te betreden dat beter bij hen paste: zij kozen veeleer voor QoL dan voor levensverlenging. Praten over een palliatieve setting wordt vaak aangevoeld als een barrière, maar het opent net een heleboel deuren."Patiënten die reeds angstige en/of depressieve klachten hebben, ervaren bij uitstek een verminderde QoL, maar een gunstige copingstrategie (een VPZ-component) zou hier een positieve invloed op kunnen hebben.In een multicentrische, cross-sectionele studie ging het onderzoeksteam van prof. Janssens bij 125 patiënten met uitgezaaide longkanker na welke copingstrategieën een invloed zouden kunnen hebben op de QoL. Patiënten werden gevraagd vragenlijsten in te vullen over de QoL (QLQ-C15-PAL), depressieve en angstige symptomen (HADS), en copingstijl (COPE). De COPE-vragenlijst omvatte zes copingstrategieën die belangrijk worden geacht bij patiënten met ongeneeslijke kanker: emotionele steun, positieve herbenoeming, actieve coping, aanvaarding, zelfverwijt en ontkenning.In de statistische analyses werd gekeken naar correlaties tussen de copingstrategie, QoL en de gemoedstoestand (angst/depressie). Omdat bijna iedereen emotionele steun en actieve coping hanteerde, werden deze strategieën uiteindelijk niet opgenomen in de analyses.Zo'n 40% had een mate van angstige en/of depressieve symptomen. De gemoedstoestand bleek de belangrijkste beïnvloedende factor te zijn van verschillende QoL-componenten, met een slechtere algemene QoL bij angstige en/of depressieve symptomen. Wat betreft de copingstijlen, correleerde aanvaarding met minder angst en ging zelfverwijt gepaard met meer angst, een slechter emotioneel welzijn en meer insomnia. Positieve herbenoeming, een copingstrategie waarbij men ondanks de negatieve situatie in staat is om er iets positief aan te benoemen, was de enige copingstijl die een significante correlatie had met een betere algemene QoL. Tevens was het significant gecorreleerd met een beter emotioneel welzijn, minder pijn, minder vermoeidheid, meer eetlust en minder misselijkheid. Tenslotte correleerde deze strategie ook met verminderde angst en depressie.Vervolgens werd de causale relatie tussen positieve herbenoeming en een betere QoL onderzocht. Positieve herbenoeming bleek geen voorspellende factor van de QoL te zijn, maar leidde indirect tot een betere QoL door vermindering van angstige/depressieve klachten."Patiënten die positief herbenoemen voelen zich dus op verschillende vlakken beter. Heel wat onderzoek is aan de gang over het aanleren van een copingstijl, maar dit zit nog in de beginfase. We weten alvast dat het belangrijk is om hier vroeg mee te starten. Met onze psychologe bekijken we alvast hoe we hier in de toekomst verder mee kunnen gaan. Inmiddels laten wij longkankerpatiënten met een nieuwe diagnose onder meer de HADS-vragenlijst invullen en worden diegenen met een hoge score standaard doorverwezen voor psychologische ondersteuning.""Het is duidelijk dat VPZ, waarvan een gunstige copingstrategie slechts een klein onderdeel uitmaakt, belangrijk is voor de QoL en overleving van patiënten met uitgezaaide longkanker. Vele patiënten hebben angstige/depressieve symptomen en als arts vragen wij daar alsnog te weinig naar. Wij hebben ook de verantwoordelijkheid om het woord 'palliatief' voor de eerste keer te gebruiken. De juiste omkadering hierin is belangrijk, want vele patiënten verwarren palliatief nog steeds met terminaal. VPZ houdt bovendien holistische zorg in. Het gaat dus om teamwork, maar onze taak ligt voornamelijk in de communicatie errond."Referenties:1. van de Wiel M, et al. Clin Lung Cancer 2021; 22: e146-152.2. Temel JS, et al. NEJM 2010; 363: 733-742.3. Janssens A, et al. Clin Lung Cancer 2019; 20: e369-e375.