...

De covidperiode stelde de organisatie en samenwerking zwaar op de proef, vertellen de artsen. "Je kunt moeilijk overschatten wat die crisis heeft teweeggebracht in de gezondheidszorg", zegt professor Vaes. "De aanhoudende druk confronteerde ieder met zijn limieten - wellicht een herkenbare situatie voor de meeste huisartsen. De praktijk startte een begeleidingstraject, met coaching en brainstorms. We hebben onze missie en visie scherp gesteld, de schouders onder een nieuw project gezet." "In onze praktijk zitten artsen van verschillende generaties. Die zijn telkens met een andere motivatie in de huisartsgeneeskunde gestapt. De oude garde is als huisarts gegroeid in een tijd van reactieve geneeskunde. Maar de covidcrisis maakte het meer dan ooit duidelijk dat we naar een meer proactieve huisartsgeneeskunde moeten gaan", licht dokter Vaes toe. "Ondanks onze verschillen bleek vooral dat alle artsen dezelfde kernwaarden deelden. We wilden de toegankelijkheid en kwaliteit nog verbeteren, een zorgzame praktijk met open deuren", stelt dokter Depraetere. "De artsen moeten ook zorgzaam zijn voor zichzelf en hun gezin." De groepspraktijk in Hoeilaart telt tien artsen - de twee haio's meegeteld. Er zijn zes vaste huisartsen en twee 'freelancers' (die geen vennoot zijn). Er zijn drie administratieve medewerkers (twee VTE) en een zelfstandige verpleegkundige is twee ochtenden per week aanwezig voor wondzorg, bloedafnamen, vaccinaties,... "Dat is voor ons een duidelijke meerwaarde, en we willen eigenlijk naar minstens één voltijdse verpleegkundige gaan", stelt Vaes. "We willen een praktijkcoördinator inschakelen, en verder zeker nog de eerstelijnspsychologen aantrekken, waaraan een grote behoefte aan is", vult Depraetere aan. "Dat kunnen we overigens niet kwaliteitsvol organiseren in onze huidige praktijk, we zijn op zoek naar structurele oplossingen." Bert Vaes: "Zoals een groot deel van Vlaanderen is Hoeilaart een huisartsenarme zone. We hebben plaats voor nieuwe collega's. Onze praktijk is de enige die echt huisartsengeneeskunde aanbiedt in de gemeente. Ons patiëntenbestand telt 11.500 mensen - geteld over twee jaar. We hebben 9.000 actieve GMD's. We tellen nogal wat expats onder onze patiënten, die geen GMD kunnen afsluiten. Veruit het grootste deel van onze patiënten woont in Hoeilaart zelf (11.000 inwoners)." Tijdens de covidcrisis groeide er een samenwerking tussen de groepspraktijk en de gemeente Hoeilaart. Het gemeentebestuur stelde toen extra lokalen ter beschikking, zodat onder meer de patiëntenstromen (covid en non-covid) gescheiden konden worden. De groepspraktijk organiseerde ook samen met de gemeente de griepvaccinatiecampagne. Met het plan voor een nieuwe start met een verruimde praktijk en een vraag naar aangepaste infrastructuur , stapten de artsen opnieuw naar de gemeente. De besprekingen waren net begonnen toen de nieuwe oproep kwam vanuit het Agentschap Zorg en Gezondheid. "Die kon niet beter komen", vertelt dokter Depraetere. "We dienden samen met de gemeente een uitgewerkt project in. Zo moeten we met onze goede voornemens wel aan de slag, al blijft de werkdruk steeds hoog." Depraetere: "Hoeilaart is een gemeente met een duidelijk centrum, waar ook heel wat van de oudere patiënten wonen - op loopafstand van de praktijk. Onze droom is dat we ons nog dichterbij de gemeentediensten kunnen vestigen, zodat we mensen die hulp nodig hebben met geldelijke problemen, hun woning,... naar de sociale dienst een tiental meters verder kunnen sturen. Als je zo dicht bij elkaar zit, kun je nog beter samenwerken." Vaes: "Het gebouw dat we nu voor ogen hebben, is evenwel erfgoed. We willen dat onze nieuwe praktijk - ook qua inrichting - voldoet aan alle kwaliteitscriteria voor een goede praktijkvoering, zoals die door Domus Medica zijn opgesteld. Maar dat betekent dat er misschien verbouwingen nodig zijn - het is niet zeker dat dat kan. We hebben er wel vertrouwen in dat we met de gemeente een goede oplossing vinden. De echte bouwstenen van een multidisciplinaire praktijk zijn trouwens de mensen die erin samenwerken." Depraetere: "We zouden onze lokalen in de toekomst huren van de gemeente. Een nieuw gebouw in het centrum aankopen zou hier erg duur uitvallen. En dat verhoogt bijvoorbeeld de instapkosten voor nieuwe collega's. We moeten inhoudelijk en financieel aantrekkelijk zijn om nieuwe krachten aan te trekken." Vaes: "Met de gemeente komen er ook werkgroepen over kwaliteit, toegankelijkheid,... We willen de behoeften in de bevolking precies in kaart brengen. Ook met de Zorgraad werken we samen. Hoeilaart maakt deel uit van de eerstelijnszone 'Druivenstreek'. Een omgevingsanalyse van de Zorgraad legt een aantal hiaten in het zorgaanbod in onze streek bloot - er is een tekort aan thuisverpleegkundigen, eerstelijnspsychologen,... Zoals de rest van Vlaanderen heeft onze streek een vergrijzende bevolking - al komen zich ook veel jonge gezinnen in deze groene streek in de rand van Brussel vestigen." "Om deze uitgebreide en soms kwetsbare populatie kwaliteitsvolle zorg te blijven aanbieden, moet onze praktijk wel naar een meer proactieve aanpak gaan. Kwetsbare patiënten willen we geïntegreerde zorg kunnen aanbieden. We inspireren ons daarbij op de zorgzame buurten, zoals Zorgzaam Leuven. We willen dat model - met in de literatuur aangetoonde meerwaarde, maar dat vooral al in stedelijke omgevingen is toegepast - ook in deze meer landelijke zone uitproberen. Dat houdt een kruisbestuiving in tussen gezondheids- en welzijnszorg." Depraetere: "Ons project wordt evenveel gedragen door de gemeente als door de praktijk. In de andere proefprojecten brede eerstelijnspraktijken neemt vaak ofwel de huisartsenpraktijk ofwel het lokale bestuur het voortouw. We zijn ook samen met iemand van de gemeente naar de startersdag van de projecten gegaan. Die was heel interessant om ervaringen uit te wisselen, om van de mensen van de andere projecten te leren hoe zij iets aanpakken. De ondersteuning die het Agentschap Zorg en Gezondheid biedt, is erg waardevol. Ze proberen praktische, concrete informatie te delen met ons." "We hebben nu een vacature openstaan voor een praktijkcoördinator. Die moet ons helpen om het project in goede banen te leiden. De artsen zelf houden te weinig tijd over om dat echt behoorlijk te aan te pakken: we willen geen half werk. Ook om bijvoorbeeld de verpleegkundige zo optimaal mogelijk in de praktijkwerking in te schakelen, heb je een coördinator nodig."Een centraal thema in het project is populatiemanagement als methode om de geneeskunde meer proactief te maken. Vaes: "Om maar één voorbeeld te nemen: we hebben in onze populatie 500 diabetespatiënten. Proactieve geneeskunde betekent dat je in deze groep de kwetsbare patiënten opspoort die het meeste risico lopen om bijvoorbeeld in het ziekenhuis opgenomen te worden - en dat je de zorg plant. Welke patiënten moeten omringd zijn door een zorgteam? Waar moet je als huisarts bij deze patiënten zelf extra aandacht aan besteden, om te voorkomen dat de diabetes ontspoort? En welke taken kun je naar de praktijkverpleegkundige delegeren?" Een voorbeeld van populatiemanagement was het selecteren van de patiënten die het meeste gevaar liepen bij een covidinfectie, en die prioritair de toen nog schaarse vaccins aangeboden moesten krijgen. Om de huisartsen te helpen de kwetsbare patiënten via het EMD in hun patiëntenpopulatie op te sporen, werden tools ontwikkeld. "Dat was een succesvolle strategie. Het Riziv wil daarop voortbouwen en jaarlijks twee 'barometers' lanceren om de EMD's van huisartsen te optimaliseren. Dit jaar zouden er barometers komen voor diabetes en voor het antibioticabeleid. Maar over zo een barometer beschikken en er effectief goed gebruik van maken voor een proactief beleid, zijn nog twee verschillende zaken. Het ACHG in Leuven heeft een postdoctoraatmedewerker in dienst genomen die onderzoekt welke strategie gebruikt kan worden voor de implementatie, wat er werkt op het terrein en wat niet. In onze praktijk willen we daar zeker mee aan de slag. We kunnen een van de proeftuinen zijn." Een proeftuin zijn de brede eerstelijnspraktijken overigens per definitie. Het is de bedoeling van het Agentschap Zorg en Gezondheid dat deze proefprojecten voor andere praktijken een inspiratie kunnen zijn. "Het is echt wel fijn om onze ervaring te kunnen delen met de andere praktijken in de eerstelijnszone en de rest van Vlaanderen", vindt Depraetere. In de editie van 27 april brengt Artsenkrant een bezoek aan Gezondheidshuis Pioen in Vorselaar.