...

Chemotherapievrije behandeling van Ph-pos ALLVolwassen patiënten met Philadelphia Chromosoom-pos ALL hebben een lage overlevingskans met chemotherapie en allogene SCT lukt om meerdere redenen slechts bij een kleine fractie. Wat zijn actueel de data die aantonen dat een chemotherapie- en SCT-vrije behandeling toch succesvol kan zijn? Door het gebruik van de tyrosine kinase inhibitoren (TKI) werd de behandeling bij Ph-pos acute lymfoblasten leukemie duidelijk beter. Het bereiken van een moleculaire remissie (MR) is het primaire doel. Dasatinib-Blinatumomab bij nieuwe Ph-pos ALL in volwassenen. (ook: R.Foa et al. NEJM Oct 22, 2022)Het GIMEMA consortium voerde een phase 2 studie uit bij 63 volwassenen met nieuw gediagnosticeerde Ph-pos ALL, zonder leeftijdsgrens. Dasa werd mét corticosteroiden toegediend, gevolgd door 2 (tot 5 ) cycli van een continu infuus van Blina, met als primair doel een persisterende MR in het beenmerg. Bij de 63 patiënten (24 tot 82 jaar) werd een CR bereikt bij 98%. Op het eind van de dasa inductie bekwamen 29% een MR en dit liep op tot 60% na de 2 cycli blina. Met additionele blina cycli bleef dit % verder stijgen. Na een mediane opvolging van 18 maanden, bedroeg de OS 95% en de DFS 88%. Voor patiënten met IKZF1 deletie én bijkomende genetische afwijkingen viel de DFS lager uit. De minder voorkomende ABL1 mutaties konden evenwel telkens uitgeroeid worden tijdens de blina fase.Deze combinatie van gerichte moleculaire en immunotherapie, dasa+blina, is geassocieerd aan een hoge incidentie van MR en OS én met weinig toxiciteit van graad 3 of hoger.Chemo-vrije behandeling met Inotuzumab ozogamicin en blinatumomab bij oudere volwassenen met nieuwe Ph-pos en CD22 pos B-ALL (ALLIANCE A041703).Zowel InO als blina geven betere resultaten dan chemotherapie in oudere patiënten. In een phase 2 studie werd de combinatie, met InO als inductie en blina als consolidatie, onderzocht bij 33 patiënten ouder dan 60, mediaan 71 jaar. De cumulatieve CR met inductie en consolidatie werd resp. 85 en 97%. Met een mediane opvolging van 22 maanden was de 1jaars EFS 75%. De 1jaars OS bedroeg 84%. Verwachte graad 3 of meer toxiciteit bij meer dan 10% omvatte cytopenieën, febriele neetropenie, met encefalopatie bij 12%. CNS-profilaxis met IT methotrexate werd uiteraard toegepast.Chemo-vrije combinatie van ponatinib en blinatumomab bij volwassen pat. met nieuw vastgestelde Ph-pos ALL: subgroep analyse uit een phase 2 onderzoek.Potentieel kan ook deze combinatie een effectieve chemo-vrije aanpak bieden en kan ze tevens de noodzaak aan allogene SCT reduceren! Bij deze phase 2 studie was het eindpunt het % complete MR (CMR). 54 patiënten werden geincludeerd, waaronder toch ook zij die 1 of 2 cycli chemo kregen, met of zonder een TKI. Pona werd lager gedoseerd bij bereiken van CMR en van blina werden 5 cycli gegeven, met daarna pona in zeer langdurig onderhoud. CR werd bereikt bij 94%, CMR bij 71% na 1 cyclus en 90% in totaal. 34 van de 38 NGS-geteste pat. werden MRD-neg. Bij 53 patiënten die minstens één cyclus ondergingen vielen twee doden te betreuren (1 shock na hartcatheterisatie, 1 na hersenbloeding). Slecht één patiënt onderging SCT in CR1 wegens persisterende pos PCR. De mediane opvolging is nu 16 maanden. De 2jaars EFS en OS zijn 80% en 90%. Leukemie gerelateerde overlijdens traden niet op.