...

Marc woont al veertien jaar in een schamel ingericht tuinhuis, dat hij alleen verlaat om 's avonds samen met zijn vader te eten. François komt helemaal zijn kamer niet uit. Zijn ouders zetten zijn maaltijden op een schenkblad voor de deur. Een andere jongere doet zijn behoeften in een fles, zodat hij niet uit zijn schuilplaats hoeft te komen en andere mensen ontmoeten. Al die jonge mensen hebben niet alleen met elkaar gemeen dat ze zichzelf vrijwillig opsluiten, maar ook dat ze het grootste deel van de dag surfen op het internet. Dit zijn extreme voorbeelden, maar ook andere jongeren hebben hun sociale omgang laten verschralen, zij het in mindere mate. Sommige gaan al eens naar de winkel om inkopen te doen of gaan alleen 's avonds naar buiten omdat ze er dan zeker van zijn niemand tegen te komen. Teruggetrokkenheid, opsluiting, mensenschuwheid, afzondering, ... Noem het zoals je wil, het blijft een opmerkelijke realiteit. Jongeren die zich op die manier afsluiten van de buitenwereld noemt men 'hikikomori', omdat dit soort gedrag voor het eerst werd opgemerkt in Japan, tegen het einde van de jaren 90.(*) Het werd toen toegeschreven aan de economische crisis die jongeren geen perspectief meer bood, en aan de extreme druk die hen werd opgelegd op school. Vandaag schat men het aantal hikikomori alleen al in Japan tussen 500.000 en 1 miljoen. Gezegd moet wel dat het verschijnsel zich intussen wereldwijd heeft uitgebreid. Het aantal hikikomori in westerse landen is moeilijk te schatten. Het gezin loopt er uit schaamte vaak niet mee te koop. In 90% van de gevallen zijn deze zonderlingen mannen, het vaakst adolescenten en jongvolwassenen. De Franse psychiater Marie-Jeanne Guedj was twintig jaar hoofd van de psychiatrische spoeddienst van het ziekenhuis Sainte-Anne in Parijs en heeft nu een privépraktijk. Zij geeft aan dat de 10% jonge vrouwen die men binnen de populatie van de hikikomori aantreft, aan relatief ernstige psychiatrische stoornissen lijden. Bij de mannen is er twijfel over het bestaan van een onderliggende psychiatrische stoornis. DSM-V vermeldt hikikomori overigens niet als een psychiatrische stoornis. De algemene strekking is dat men, terecht of ten onrechte, blijft spreken over een gedrag, een attitude, en niet over een ziekte. In een update van 2016 definieert het Japanse ministerie voor volksgezondheid hikikomori als volgt: "afzondering thuis sinds zes maanden, zonder werk of studies, en met beperkte sociale contacten." Chinese en Koreaanse onderzoekers vinden dat de afzonderingsduur van zes maanden tot drie maanden moet worden teruggebracht. "Hun argument snijdt hout", commentarieert Marie-Jeanne Guedj. "Onderzoek wijst uit dat een persoon die zich drie maanden opsluit, dat ook na zes maanden nog zal doen. We kunnen dus het best de termijn zo kort mogelijk houden om zo snel mogelijk te behandelen." In een boek uit 1998 verwees de Japanse psychiater Tamaki Saito, die de term hikikomori bedacht, naar een eindeloze adolescentie. Dr. Guedj is het daar niet mee eens. Afzondering van alles wat buiten de gezinssfeer ligt, staat haaks op de drijfveren van een normale adolescent, meent ze. Adolescenten plannen de toekomst, zoeken naar een liefdesrelatie, en doen zoveel mogelijk ervaring op, toch? In die optiek is een hikikomori net het tegenvoorbeeld van een adolescent in de klassieke betekenis van het woord. Tegelijk kan hij ook in de volwassen wereld zijn draai niet vinden. Heel vaak ziet men dat jongvolwassenen die zich opsluiten, hun hogere studies opgegeven hebben in het laatste jaar, uit angst om de maatschappij en de werksfeer niet aan te kunnen. Ze trekken zich anticipatief terug uit de wereld, vóór de wereld hen afwijst - dat is tenminste wat ze vrezen. Is dat thuiszitten eigenlijk wel echt een vorm van vrijwillige afzondering? Marie-Jeanne Guedj nuanceert: "Oorspronkelijk denkt de hikikomori dat hij geen andere keuze heeft dan zich af te zonderen, maar na een tijd gaat hij denken dat het wel degelijk een keuze is die hij gemaakt heeft." Hikikomori bestaat onder verschillende vormen en gradaties van ernst. De oorzaken ervan zijn moeilijk te achterhalen. Psychiaters weten dan ook niet goed wat ze met dit beeld aan moeten, en beschouwen het daarom niet als een psychiatrische diagnose. In een breder kader bekeken is de situatie nog net iets ingewikkelder. Sommige auteurs gaan ervan uit dat er sprake is van een zuiver afzonderingsgedrag waarbij geen psychiatrische diagnose hoort (in Japan noemt men dat de primaire vorm), andere zien in hikikomori een gedrag uitgelokt door of gerelateerd aan een psychiatrische stoornis (secundaire vorm) - meer bepaald zou het gaan om een nog niet gediagnosticeerde schizofrenie. Mogelijk bestaan beide vormen naast elkaar. "De omkadering van dit verschijnsel is een rommeltje geworden", concludeert dr. Guedj. Hikikomori is aan verschillende factoren tegelijk te wijten. In eerste instantie aan een psychologisch profiel dat predisponeert tot sociaal isolement. Hikikomori hebben namelijk een paradoxaal zelfbeeld. Dat zelfbeeld is zwak in het contact met de buitenwereld: de persoon mist zelfvertrouwen in zijn omgang met anderen. Maar zodra de persoon binnenskamers blijft, neigt zijn zelfbeeld naar megalomanie. Hikikomori zijn er bijvoorbeeld van overtuigd dat ze een kei in informatica zijn, hoewel dat zelden het geval is. "Een andere karaktertrek van de jonge sociale kluizenaars is dat ze tegenover hun omgeving afwisselend blijk geven van een ziekelijke overgevoeligheid en een hartvochtige onverschilligheid", zegt de voormalige urgentiepsychiater. "De kamer waar ze zich opsluiten doet denken aan een vangnet dat niet alleen alle invloeden van buitenaf dempt (uitnodigingen, hulpvragen, liefdesbanden, enz.) maar ook hun eigen gevoelens." Een tweede factor die tot afzondering kan leiden, is de opstapeling van verschillende psychische traumata, ook al zijn die op zich vrij onschuldig - pesten op school, spot, een teleurstelling in de liefde, het gevoel dat er geen toekomstperspectieven zijn, ... Ook familiale factoren spelen mee. "Recente Japanse publicaties geven aan dat gezinnen waaraan hikikomori ontspruiten niet koud of vijandig zijn, maar zich vaak schikken naar zeer strikte en onbuigzame levensgewoonten ontleend aan de grootouders of zelfs de overgrootouders", zegt dr. Guedj. Bovendien stelt men vaak vast dat de moeder angstig is en het kind een hechtingsstoornis vertoont, essentieel ten opzichte van de moeder. In plaats van zelfstandig te worden en de wijde wereld te gaan verkennen - het normale gedrag van een adolescent - verankert de hikikomori zich. "De jongere heeft vaak een fusionele band met de moeder, die op zeker ogenblik ondraaglijk wordt, maar weggaan is ook geen optie", legt Marie-Jeanne Guedj uit. In tegenstelling tot wat men a priori zou kunnen denken, vloeit het kluizenaarsgedrag van de hikikomori niet voort uit een verslaving aan het internet, sociale media of videospelletjes, ook al kiest de jongere ervoor zijn gevoelens tot uiting te brengen in die virtuele wereld, die zijn leven beheerst. Een verslaving aan virtuele middelen kan wél secundair ontstaan, omdat anders de verveling toeslaat. De echte verslaving is het isolement. De hikikomori is letterlijk verslaafd aan de ruimte waarin hij zich opsluit. Als hij na enig herstel opnieuw decompenseert, zal de hikikomori systematisch naar dezelfde, vroegere schuilplaats terugkeren. "Sommige ouders grijpen een hospitalisatie van hun kind aan om het schuilhol volledig anders in te richten", weet Marie-Jeanne Guedj. "Ze maken bijvoorbeeld van een slaapkamer een salon." Hoe kan men het afzonderingsgedrag tegengaan? In een interview uit 2019 wees socioloog Maïa Fransten erop dat het gezin op een bepaalde manier voedsel geeft aan het gedrag van de hikikomori. "Ouders die dit gedrag tolereren, aanvaarden dat ze zelf moeten zorgen voor het onderdak en het eten van de adolescent of de jongvolwassene, die daar van zijn kant geen enkele bijdrage aan levert", stelde Maïa Fransten vast. "Bij sommige ouders zou die ballon niet opgaan." Suïcide is zeldzaam bij hikikomori, allicht omdat ze emotioneel hun toevlucht kunnen nemen tot de virtuele wereld (spelletjes, sociale media, ...). Toch zijn veel ouders bang dat de jongere uit het leven stapt. Dat kan mogelijk ten dele verklaren waarom ze zich zo toegeeflijk opstellen. Heel vaak steekt het hikikomori-gedrag bij wijze van spreken ook de ouders aan: uiteindelijk weren ze contact met familieleden en vrienden, omdat ze beschaamd zijn of schuldgevoelens hebben. Ze zien hun kind niet meer als een adolescent of een jongvolwassene, maar als een zuigeling waarvoor ze zorg moeten dragen. "Ze durven hem niet meer alleen te laten of met vakantie te gaan. De broers en zussen van het gezin achten hen verantwoordelijk voor de situatie of wijzen hen zelfs terecht", meldt dr. Guedj. Op dat ogenblik lijdt niet meer alleen de jongere, maar het hele gezin.