...

In se verschilt het uitgangspunt van Grijsgedraaid niet zoveel van dat van Verplant, vertelt Ann Peuteman in een gesprek met Artsenkrant. "We hebben de neiging om ouderen zoveel mogelijk verantwoordelijkheden uit handen te nemen - voor hun eigen goed. Maar het gevolg is dat de rechten van 80-plussers de hele tijd met voeten worden getreden." Jaren geleden begon ze zich haast toevallig te verdiepen in het leven van 80-plussers omdat ze daar geregeld reportages over maakte voor Knack, maar ook in een poging haar eigen angst om oud te worden te bezweren, lezen we in het voorwoord van Verplant.Daarin lezen we ook dat de titel verwijst naar het verplanten van bomen: dat gaat niet 'zomaar'. De nieuwe plantplaats moet met zorg uitgekozen worden, en de boom moet over al de nodige factoren beschikken om verder te kunnen groeien. Hetzelfde geldt - al kan je bomen natuurlijk niet vergelijken met mensen -, wanneer ouderen naar een woonzorgcentrum verhuizen. Waar in Grijsgedraaid vooraanstaande 80-plussers als Fons Verplaetse en Paula D'Hondt vertellen over hoe zij het leven als oudere beleven, ligt de focus in Verplant op de woonzorgcentra. Zelf wil ze over een jaar of 40 wel naar een rusthuis, vertelt Ann Peuteman, al is het omdat het vooruitzicht om dag na dag helemaal alleen in een stoel bij het raam te moeten zitten haar nog veel meer afschrikt dan een verhuizing naar een woonzorgcentrum. Maar dan moet het - zelf verkiest ze overigens de term rusthuis of home - wel een plek zijn die bij haar past en waar ze zichzelf kan blijven. En daar beantwoorden de meeste woonzorgcentra vandaag totaal niet aan, stelt de Knack-journaliste. In het kader van haar twee boeken, bezocht ze tientallen woonzorgcentra in heel Vlaanderen. Daar zag ze heel mooie voorbeelden van hoe het leven er kan zijn, maar ook minder goede zaken. "Vandaag zijn de meeste woonzorgcentra een geoliede machine met een grote focus op glimmende vloeren, stipt geserveerde maaltijden en keurig gewassen bewoners. Als we daar een beetje vanaf durven te stappen, is het best mogelijk om van elk woonzorgcentrum een heerlijke plek om te wonen te maken", legt Peuteman uit. "Maar als je wil laten zien hoe het beter kan, moet je natuurlijk ook onderzoeken wat er vandaag fout loopt", vervolgt de journaliste, en dus wijst ze in haar boek (ook) op waar het allemaal mank loopt in woonzorgcentra. Zo streeft Verplant, met behulp van (soms geanonimiseerde) getuigenissen van en gesprekken met rusthuisbewoners, naar een evenwicht tussen enerzijds gekende - maar ook minder voor de hand liggende - problemen van de sector en ouderenzorg in het algemeen. En anderzijds suggesties of voorbeelden van hoe het anders (beter) kan, niet zelden gebaseerd op reeds bestaande praktijken in woonzorgcentra in eigen land dan wel het buitenland. Gevraagd naar enkele voorbeelden van makkelijk toe te passen veranderingen, kiest Ann Peuterman er een drietal uit. Neem nu het ontbijt. "In veel woonzorgcentra krijgen bewoners de ene dag twee boterhammen met chocopasta op een bordje met plasticfolie erover en de volgende dag twee boterhammen met jam. Sommige woonzorgcentra gaan 's ochtends en soms ook 's avonds met een buffetkar van kamer naar kamer. Op die manier kunnen bewoners zelf kiezen wat en hoeveel ze willen eten en kunnen ze zelf hun boterhammen smeren." Of de activiteiten. "Nog te vaak worden activiteiten uitsluitend als bezigheidstherapie gezien, ook door de bewoners zelf. Her en der mogen de bewoners zelf bepalen wat er op het programma staat. Sommige activiteiten worden door medewerkers begeleid, maar er zijn er ook die bewoners zelf opzetten." In de negen hoofdstukken die Verplant telt, gaat het natuurlijk niet alleen over klassieke thema's als eten, activiteiten, ... Veel aandacht gaat uit naar het belang van linken met vroeger te kunnen bewaren, en als onderdeel daarvan gewoontes, zegt Peuteman. "Op steeds meer plaatsen peilt het personeel uitgebreid naar de routines, wensen en verlangens van nieuwe bewoners. Wat voor leven hebben ze tot nu toe geleid? Waar worden ze gelukkig van? Waar kunnen ze echt niet tegen? En vooral: wat willen ze in de tijd die rest nog uit het leven halen? Zo bezorgde een woonzorgcentrum een nieuwe bewoner een schildersezel en een plekje zodat hij in alle rust kon schilderen." Onder gewoontes vallen overigens ook: de eigen huisarts of thuisverpleegkundige kunnen blijven zien, merkt Peuteman tijdens ons gesprek op. "Soms verdwijnt deze relatie van zodra een bewoner in een woonzorgcentrum intrekt." Samengevat gaat het (de verbeteringen) over het respecteren van universele menselijke behoeften als autonomie (onafhankelijkheid, keuze, vrijheid, ...), zelfontwikkeling, creativiteit, liefde, enz.? "We lijken te vergeten dat de meeste rusthuisbewoners wilsbekwame volwassenen zijn die zelf over hun dagelijkse leven mogen beslissen", zegt Ann Peuteman. Ze wil naar eigen zeggen "heel graag" geloven dat de coronacrisis op dat vlak voor een ommekeer zal zorgen. "Tijdens de eerste golf waren woonzorgcentra prominent aanwezig in het nieuws. Daardoor is bij velen ook het besef toegenomen hoe belangrijk de ouderenzorg wel niet is", zegt Peuteman.De journaliste koestert hoop dat er na de crisis "eindelijk" meer in de sector zal worden geïnvesteerd. Tegelijkertijd is ze realistisch, als ze de beeldvorming in bovengenoemde berichtgeving analyseert. Zo waren de reportages en getuigenissen vooral gefocust op 'welzijn rond corona', zoals de teruggeschroefde bezoekregeling en de andere beperkingen van de coronamaatregelen, de eenzaamheid die vele rusthuisbewoners trof, ... merkt Ann Peuteman op. "Daarbij vergat men wel te vragen of de bewoners zelf daar inderdaad zo over dachten. Het waren vooral wzc-directeurs en personeelsleden die het woord kregen, en slechts op een paar uitzonderingen na een bewoner zelf, meestal dan nog in een figurantenrol." Het doet de Knack-journaliste vermoeden dat, "zelfs al zou de Vlaamse regering de middelen voor de woonzorgcentra bij wijze van spreken verdubbelen, er in de praktijk niets zal veranderen zolang we niet anders naar 80-plussers kijken". Dat kan alleen door niet alleen aandacht te hebben voor hun lichaam maar ook voor wie ze zijn, en door rusthuisbewoners alsook ouderen die nog thuis wonen voor eens en voor altijd een stem te geven, is ze van oordeel. Zo moedigde ze de 89-jarige rusthuisbewoner Roger Lybaert, die ook in Verplant opduikt, aan een opiniestuk op knack.be te publiceren, over hoe hij het leven aan de zijde van zijn echtgenote beleeft in een woonzorgcentrum, en hoe hij zijn vrijheden tijdens de coronacrisis beperkt ziet. Uit het opiniestuk volgde een uitnodiging bij De Afspraak, en wie Roger Lybaert opzoekt op Google kan ondertussen getuigenissen van hem lezen in verschillende online nieuwsmedia. Het kan een begin zijn. In haar boek suggereert Peuteman voorts de aanstelling van een ouderenrechtencommissaris of een koninklijk commissaris voor het ouderenbeleid, die over de verschillende bevoegdheden en bestuursniveaus heen opkomt voor de belangen van 80-plussers. Zijn of haar kerntaak: luisteren, luisteren, luisteren naar degenen om wie het écht gaat.