...

De uitgaven voor spoedgeneeskunde liepen vorig jaar op tot 85,11 miljoen euro. Dat blijkt uit het auditrapport van het Riziv dat Artsenkrant kon inkijken. Het gaat om een toename met 5,47% ten opzichte van het jaar voordien. Een aanzienlijke stijging, maar toch minder uitgesproken dan de voorgaande jaren. En zeker te relativeren ten opzichte van de toename met 18% in 2011, die grotendeels het gevolg was van de herwaardering van de urgentiehonoraria.Het rapport meldt dat er in 2014 meer dan 4,45 miljoen raadplegingen op de spoed werden geregistreerd - dat is 3,67% meer dan in 2013 (4,29 miljoen). De tendens van de voorbije vijf jaar wordt zo bevestigd. Het aantal patiënten blijft in stijgende lijn gaan, met een toename van 35,56% sinds 2010 (vergeleken met de 3,31 miljoen klinische onderzoeken destijds).Geaccrediteerde spoedartsenAls we de medische prestaties van dichterbij bekijken, blijkt dat het gros van de uitgaven gaat naar de behandeling van een patiënt overdag door een geaccrediteerd spoedarts. Een arts van wie de navorming en de deelname aan peer review erkend zijn. En die daardoor aanspraak kan maken op ereloonsupplementen.Uitgedrukt in volume realiseerden deze geaccrediteerde spoedartsen 1,34 miljoen klinische onderzoeken in 2014, tegenover 1,25 miljoen in 2013 (+7,04%). Ook hier zet de stijgende tendens zich voort, maar tegen een trager tempo. Toch gaat het om een toename van 35% ten opzichte van 2010 (993.996).Het Riziv gaf 35,73 miljoen euro uit aan deze raadplegingen overdag door geaccrediteerde spoedartsen. In een kleinere grootte-orde volgen de uitgaven voor geaccrediteerde specialisten opgeroepen door de spoedarts. Het gaat dan meer bepaald om cardiologen, pneumologen en andere internisten. De uitgaven van de ziekteverzekering voor die prestaties bedroegen in 2014 8,94 miljoen euro, tegenover 8,38 miljoen het jaar voordien.Naast de niet-geaccrediteerde specialisten is de rest van de prestaties verdeeld tussen de 'acutisten' en de huisartsen met een brevet acute geneeskunde. Voor die categorieën blijft de evolutie van het aantal onderzoeken vrij lineair: 738.683 voor een gecumuleerd bedrag van 10,44 miljoen euro.Weekend en feestdagenDe meeste raadplegingen op de spoed betreffen patiënten die daar op eigen initiatief terechtkomen, zonder doorverwijzing door een huisarts dus. Opvallend is ook dat meer dan 1,3 miljoen spoedbezoeken plaatsvinden tijdens weekends en op feestdagen of 's nachts. Dat is dus een kwart van de onderzoeken, ongeacht de discipline. Dat aantal neemt gestaag toe en verdubbelde zelfs op vijf jaar tijd (+116,84%, tegenover 507.999 patiënten in 2010).Ondanks de inspanningen om de bevolking te sensibiliseren, wordt de spoed nog te vaak verward met de wachtdienst, luidt het. De uitgaven van het Riziv zijn dan ook sterk gestegen door die ereloonsupplementen (8,94 miljoen euro!) Een toename met 38% sinds 2011, toen zoals gezegd een globale ereloonverhoging van kracht is gegaan.Psy minder dringend?Laten we ook even kijken naar de kleinste uitgavenposten in de categorie 'spoed'.7.349 dringende onderzoeken werden uitgevoerd door neurologen, psychiaters of neuropsychiaters. Dat aantal prestaties neemt, tegen de algemene tendens in, jaar na jaar af (-15% sinds 2010). Een mogelijke verklaring is dat deze specialisten minder vaak met dringende gevallen te maken krijgen. Of dat deze specialisten minder vaak tussenkomen in geval van een psychiatrische urgentie en dat de spoedarts zich over de patiënt ontfermt in afwachting van doorverwijzing. Er is wellicht ook een historische uitleg. Sinds 1987 is de opleiding neuropsychiatrie geschrapt. En in 2012 werd de Riziv-terugbetaling gewijzigd.De kleinste uitgave van het Riziv voor de spoedgeneeskunde ten slotte betreft de kinderpsychiatrische interventies (kinderen jonger dan 18): 43.000 euro voor 128 raadplegingen in 2014. Wetende dat de terugbetalingscode pas in 2013 werd ingevoerd en dat jaar 51 keer werd aangerekend, voor een bedrag van 17.000 euro.