...

Het Kenniscentrum werkte voor het rapport over de opsporing van baarmoederhalskanker samen met het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid. Vandaag luidt de aanbeveling om alle vrouwen van 25 tot 64 jaar oud om de drie jaar te screenen met een Pap-test op een uitstrijkje. Een HPV-test (die de aanwezigheid van humaan papillomavirus aantoont) wordt nu eigenlijk alleen maar aanbevolen (en terugbetaald) nadat de Pap-test een afwijkend resultaat aan het licht bracht.Minder zieken, minder uitgavenHet rapport beveelt aan de situatie om te draaien, dat is bij vrouwen vanaf 30 jaar. Op het uitstrijkje wordt eerst een HPV-test uitgevoerd. Alleen wanneer die test positief is, vindt een cytologische controle plaats. Omdat de HPV-test erg gevoelig is en een verdacht letsel of invasief carcinoom zich maar langzaam ontwikkelt, kan na de uitsluiting van de aanwezigheid van het virus vijf jaar gewacht worden met een nieuwe screeningtest.Deze werkwijze zou per 100.000 vrouwen die gescreend worden 240 extra gevallen van baarmoederhalskanker vermijden, waaronder 96 dodelijke gevallen. Over de hele levensduur van deze 100.000 vrouwen zou het Riziv dan 15 miljoen euro minder uitgeven. Deels door het geringere aantal gevallen van kanker, deels ook omdat de HPV-test goedkoper is dan een cytologisch onderzoek. Maar vooral omdat vanaf de leeftijd van 30 jaar minder vaak een uitstrijkje nodig is.Niet vóór 30 jaarDe aanbeveling is om alle vrouwen te screenen vanaf de leeftijd van 25 jaar. Maar voor de leeftijd van 30 jaar biedt het geen voordelen om de Pap-test te vervangen door een HPV-test als primaire screeningtest. In deze leeftijdsgroep komen voorbijgaande HPV-infecties daarvoor te vaak voor. Bij jonge vrouwen zouden de bestaande richtlijnen daarom blijven gelden.Vrouwen die het HPV-vaccin hebben gekregen, moeten natuurlijk beseffen dat ze toch het screeningprogramma moeten blijven volgen.Het KCE-rapport is gebaseerd op een internationale literatuurstudie, waarbij onder meer de resultaten van negen randomized trials werden gepoold. Om het effect van de aanbevelingen op de Belgische populatie te onderzoeken, werden de gegevens over de cervixscreening die aanwezig zijn in het Belgisch Kankerregister gekoppeld aan gegevens in de databank van het Intermutualistisch Agentschap.Voor een koppeling naar de synthese en het volledige rapport (KCE Reports 238As) klikt u hier.