...

Dat laatste blijkt ook uit de massale steun die er bestaat voor de hervormingsplannen van minister De Block. Althans, het veld onderschrijft in grote mate de belangrijkste uitgangspunten. Die consensus weerspiegelt het aanvoelen bij de meeste spelers dat het zo niet langer kan, dat er 'iets' moet gebeuren. Zodra dit 'iets' concreter wordt, komt de kat echter op de koord. Huisartsen en medische raden zijn de hervormingen genegen. Maar ziekenhuisartsen zijn niet bereid een blanco cheque te tekenen om ze ook te doen slagen. Geld is de zenuw van de oorlog. Vandaag draait een groot deel van de ziekenhuiswerking op afhoudingen van de erelonen. Het is evident dat artsen die machtspositie niet zomaar uit handen geven en zeggenschap en medezeggenschap willen. Temeer daar deze peiling op een pijnlijke manier een opmerkelijk gebrek aan leiderschap in onze ziekenhuizen blootlegt. Wie is de baas? Niemand die het goed weet. Dat is zeker niet van aard om het wantrouwen van de artsen weg te nemen. Met het oog op de toekomstige hervormingen is dit een belangrijk minpunt. Het ziekenhuis van de toekomst is een geoliede organisatie, intern, in relatie met de eerste lijn en met andere ziekenhuizen en zorginstellingen. In dat ziekenhuis is de arts een essentiële speler. Medisch natuurlijk, maar ook financieel. En niet in het minst is zijn jobsatisfactie belangrijk om braindrain naar privépraktijken tegen te gaan. En hoe cliché ook: centraal bij dit alles staat de patiënt. Kortom, als minister De Block erin slaagt haar hervormingen in die zin door te voeren, dan verdient ze een prominent plaatsje in de geschiedenisboeken. Ongeacht of ze er nu tien of vijftien jaar over doet.