Ik was extra geïnteresseerd in wat de inspraak van patiënten zou zijn in de deontologie. Ik geef toe, ik was ook benieuwd naar het complex van de Koninklijke Militaire School waar de studienamiddag doorging en nieuwsgierig of ik zou toegelaten worden met een verleden van 'burgerdienst'. Mijn universitair eduroam-netwerk heette me meteen welkom en ik herinnerde me Proustiaans dat prins Filip hier zijn universitaire loopbaan afrondde in 1981. Maar dit terzijde.

Tussen de legerauto's en de marspelotons voelde ik me allesbehalve veilig. Eens in het auditorium was alles vriendelijkheid en collegialiteit, en dat in beide landstalen. Geen officieel Duits maar ook geen Engels, een verademing in een academisch milieu. Benoit DEJEMEPPE, voorzitter van de nationale raad van de Orde der Artsen verwelkomde ons met de vraag: 'Pourquoi un Code in een reeds zo gereglementeerde wereld? Perfect tweetalig. Het ontroerde me bijna evenveel als de voordracht van mijn vrouw die ze hield in het parlementair halfrond op 15 november ("De dag van wie?", vroegen onze zonen). Zij sprak tweetalig over het gereglementeerde parcours van een kroonprins. Mais tout cela de côté aussi.

Er is nog steeds een gebrek aan bijdrage van de patiënten zelf; daarom is er nu 'doelzoeker' bijvoorbeeld, het nieuwe instrument van het Vlaams Patiëntenplatform

Dejemeppe is voorstander van zo weinig mogelijk regelgeving, maar wel van duidelijke principe-artikels. Zij vinden hun weg en draagwijdte via richtlijnen die dynamisch zijn in de tijd en conform het ethisch denken en handelen. Daarom is de nieuwe Code gereduceerd tot 45 basisartikels. Deze zijn becommentarieerd in een apart wetboek dat niet statisch wil zijn. Het zal continu aangevuld en gecorrigeerd worden via adviezen en de eventuele nieuwe politieke wetgeving. Deze Code is geen opsomming van wat niet mag, maar wil een goede praktijkvoering bevorderen. "Opdracht gedeeltelijk geslaagd", beoordeelde Coralie Herijgers in haar voordacht over 'De deontologie en de wet', gebaseerd op haar proefschrift. Zij is navorser aan de rechtsfaculteit UAntwerpen en was de enige vrouw in het zevenkoppige spreekgezelschap. Ze wees op het gebrek aan de noodzakelijke bijdrage van de patiënten zelf, via het patiëntenplatform bijv. De inrichters waren blijkbaar gebrieft want de patiënt kreeg op deze namiddag wel het woord. Paul De Knop, ere-rector VUB, vergat even zijn functie. Hij praatte eerlijk, integer en daardoor ook zo aangrijpend over zijn ziek-zijn, over zijn inspraak in de behandelingen en het afgelegde parcours, maar ook over het vertrouwen en de dankbaarheid aan alle zorgverleners die hem erdoor hielpen en nog steeds ondersteunen.

Het was een getuigenis dat ook gebracht kon worden op het symposium 'Samen keuzes maken over persoonlijke zorg', hoorde ik achteraf. Hoe kan je in de zorg meer rekening houden met de wensen en verwachtingen van patiënten? Hoe zet je de levenskwaliteit van de patiënt centraal? Om daar een antwoord op te bieden, ontwikkelde het Vlaams Patiëntenplatform 'Doelzoeker', met steun van de Vlaamse overheid. 'Doelzoeker' is een instrument dat mensen uitdaagt na te denken over wat ze belangrijk vinden in het leven om zo hun levensdoelen te bepalen. Zorgdoelen stemt men vervolgens af op die levensdoelen.

Mijn collega's Pauline Boeckxstaens en Roy Remmen brieften me achteraf over de inhoud en de weerklank van dit symposium, georganiseerd voor de 20ste verjaardag van het platform. Met hun bijdrage op het symposium probeerden ze een wetenschappelijk onderbouwd antwoord te bieden: 'Van medisch georiënteerde zorg naar doelgerichte zorg: hoe pak je dit aan als zorgverlener?' Men belichtte De Academie Voor De Eerste Lijn als onafhankelijk expertisecentrum. Haar levensdoel: het samenbrengen van capaciteit in onderzoek en opleiding in de eerste lijn en sociale innovatie katalyseren. Drie pijlers: zelfmanagement, interprofessionele samenwerking en integratie, doelgerichte zorg. Het zijn pijlers die je kan verbinden met de uitgangspunten van de deontologische code: professionaliteit, respect, integriteit, verantwoordelijkheid ten dienste van de patiënt en de volksgezondheid.

In zijn bijdrage 'Een goede beroepsbeoefenaar, wat betekent dit?', startte Michel Deneyer, ondervoorzitter van de Nationale Raad, met een tijdslijn van de evolutie van de Orde: van Hippocrates naar 1938 en KB 79 via de moord op Patrik Roelandt tot de nieuwe deontologische code. Hij vroeg zich af of hij toch niet liever in Hippocrates' tijd had geleefd, minder complex, en zonder inspraak van de patiënt. Was het een misplaatst grapje? Ik weet alvast dat ik liever in deze tijd leef en werk met zijn uitdagende complexiteit en zijn maakbaarheid, met de samenspraak tussen zorgverleners en patiënten die zelf hun levensdoelen bepalen, individueel en in groep.

Enfin, et certainement pas de côté, je ne peux pas le laisser aller: stervensbegeleiding dient te worden opgenomen in paragraaf 3 van de artseneed van 2011 die ondanks de nieuwe Code geen vernieuwde versie kreeg... Want meer en meer patiënten bepalen hun levensdoelen ook wat betreft het sterven.

Ik was extra geïnteresseerd in wat de inspraak van patiënten zou zijn in de deontologie. Ik geef toe, ik was ook benieuwd naar het complex van de Koninklijke Militaire School waar de studienamiddag doorging en nieuwsgierig of ik zou toegelaten worden met een verleden van 'burgerdienst'. Mijn universitair eduroam-netwerk heette me meteen welkom en ik herinnerde me Proustiaans dat prins Filip hier zijn universitaire loopbaan afrondde in 1981. Maar dit terzijde.Tussen de legerauto's en de marspelotons voelde ik me allesbehalve veilig. Eens in het auditorium was alles vriendelijkheid en collegialiteit, en dat in beide landstalen. Geen officieel Duits maar ook geen Engels, een verademing in een academisch milieu. Benoit DEJEMEPPE, voorzitter van de nationale raad van de Orde der Artsen verwelkomde ons met de vraag: 'Pourquoi un Code in een reeds zo gereglementeerde wereld? Perfect tweetalig. Het ontroerde me bijna evenveel als de voordracht van mijn vrouw die ze hield in het parlementair halfrond op 15 november ("De dag van wie?", vroegen onze zonen). Zij sprak tweetalig over het gereglementeerde parcours van een kroonprins. Mais tout cela de côté aussi.Dejemeppe is voorstander van zo weinig mogelijk regelgeving, maar wel van duidelijke principe-artikels. Zij vinden hun weg en draagwijdte via richtlijnen die dynamisch zijn in de tijd en conform het ethisch denken en handelen. Daarom is de nieuwe Code gereduceerd tot 45 basisartikels. Deze zijn becommentarieerd in een apart wetboek dat niet statisch wil zijn. Het zal continu aangevuld en gecorrigeerd worden via adviezen en de eventuele nieuwe politieke wetgeving. Deze Code is geen opsomming van wat niet mag, maar wil een goede praktijkvoering bevorderen. "Opdracht gedeeltelijk geslaagd", beoordeelde Coralie Herijgers in haar voordacht over 'De deontologie en de wet', gebaseerd op haar proefschrift. Zij is navorser aan de rechtsfaculteit UAntwerpen en was de enige vrouw in het zevenkoppige spreekgezelschap. Ze wees op het gebrek aan de noodzakelijke bijdrage van de patiënten zelf, via het patiëntenplatform bijv. De inrichters waren blijkbaar gebrieft want de patiënt kreeg op deze namiddag wel het woord. Paul De Knop, ere-rector VUB, vergat even zijn functie. Hij praatte eerlijk, integer en daardoor ook zo aangrijpend over zijn ziek-zijn, over zijn inspraak in de behandelingen en het afgelegde parcours, maar ook over het vertrouwen en de dankbaarheid aan alle zorgverleners die hem erdoor hielpen en nog steeds ondersteunen.Het was een getuigenis dat ook gebracht kon worden op het symposium 'Samen keuzes maken over persoonlijke zorg', hoorde ik achteraf. Hoe kan je in de zorg meer rekening houden met de wensen en verwachtingen van patiënten? Hoe zet je de levenskwaliteit van de patiënt centraal? Om daar een antwoord op te bieden, ontwikkelde het Vlaams Patiëntenplatform 'Doelzoeker', met steun van de Vlaamse overheid. 'Doelzoeker' is een instrument dat mensen uitdaagt na te denken over wat ze belangrijk vinden in het leven om zo hun levensdoelen te bepalen. Zorgdoelen stemt men vervolgens af op die levensdoelen. Mijn collega's Pauline Boeckxstaens en Roy Remmen brieften me achteraf over de inhoud en de weerklank van dit symposium, georganiseerd voor de 20ste verjaardag van het platform. Met hun bijdrage op het symposium probeerden ze een wetenschappelijk onderbouwd antwoord te bieden: 'Van medisch georiënteerde zorg naar doelgerichte zorg: hoe pak je dit aan als zorgverlener?' Men belichtte De Academie Voor De Eerste Lijn als onafhankelijk expertisecentrum. Haar levensdoel: het samenbrengen van capaciteit in onderzoek en opleiding in de eerste lijn en sociale innovatie katalyseren. Drie pijlers: zelfmanagement, interprofessionele samenwerking en integratie, doelgerichte zorg. Het zijn pijlers die je kan verbinden met de uitgangspunten van de deontologische code: professionaliteit, respect, integriteit, verantwoordelijkheid ten dienste van de patiënt en de volksgezondheid.In zijn bijdrage 'Een goede beroepsbeoefenaar, wat betekent dit?', startte Michel Deneyer, ondervoorzitter van de Nationale Raad, met een tijdslijn van de evolutie van de Orde: van Hippocrates naar 1938 en KB 79 via de moord op Patrik Roelandt tot de nieuwe deontologische code. Hij vroeg zich af of hij toch niet liever in Hippocrates' tijd had geleefd, minder complex, en zonder inspraak van de patiënt. Was het een misplaatst grapje? Ik weet alvast dat ik liever in deze tijd leef en werk met zijn uitdagende complexiteit en zijn maakbaarheid, met de samenspraak tussen zorgverleners en patiënten die zelf hun levensdoelen bepalen, individueel en in groep.Enfin, et certainement pas de côté, je ne peux pas le laisser aller: stervensbegeleiding dient te worden opgenomen in paragraaf 3 van de artseneed van 2011 die ondanks de nieuwe Code geen vernieuwde versie kreeg... Want meer en meer patiënten bepalen hun levensdoelen ook wat betreft het sterven.