Enkele weken terug ging het als een lopend vuurtje dat de Wereldgezondheidsorganisatie burn-out als een officiële ziekte zou opnemen in haar nieuwe versie van ziekteclassificatie. De organisatie publiceerde de volgende dag een rechtzetting: burn-out zal in de ICD-11 geregistreerd staan als werkfenomeen: een syndroom als gevolg van chronische stress op de werkplek die niet met succes is gemanaged. Een burn-out leidt tot gevoelens van vermoeidheid, een negatieve houding ten opzichte van de job en een afname van de productiviteit.

Op zich niet zo veel nieuws dus. Ook in de huidige, tiende versie van de ICD staat burn-out al vermeld onder "problems related to life management difficulty". De definitie wordt wel uitgebreid, en wordt specifiek gelinkt aan het werk. Maar een aparte, 'echte' ziekte wordt het niet. Dat zal ook niet voor direct zijn, mocht er toch nog iets wijzigen. De huidige versie van de ICD dateert van 20 jaar geleden; de volgende is pas vanaf 2022 van kracht.

Gemengde gevoelens

De hele heisa rond het al dan niet erkennen van burn-out als ziekte is wel treffend voor de aandacht die dit fenomeen momenteel krijgt. En ik heb daar gemengde gevoelens bij. Ter voorbereiding van dit opiniestuk ben ik een blogartikel van mezelf uit 2007 tegengekomen: 'More is more'.

Hierin verzuchtte ik dat ik werknemers haast niet meer durfde te vragen naar hun werkdruk, omdat dit werkte als olie op het vuur. "Hoe lang zal het nog houdbaar blijven?", vroeg ik me destijds af. Ik verwachtte dat het smeulend vuurtje zich zou uitbreiden tot een heuse bosbrand. Ondertussen heb ik een meer genuanceerde visie gekregen. Ik laat me er niet al te vaak over uit, want ik wil mijn vingers niet branden aan deze hete aardappel. Maar nu zal ik toch nog eens de rode haan laten kraaien.

Ik ben blij dat burn-out niet officieel als ziekte beschreven staat, en dat de WHO de moeite neemt om hierover de puntjes op de i te zetten. Want in de voorbije jaren zien we een haast exponentiële groei van het aantal meldingen en diagnoses van burn-out. De perceptie is dat dit een ziekte is die veroorzaakt wordt door het werk. Ik heb daar om verschillende redenen een probleem mee.

Aandacht = diagnose

De aandacht voedt het beestje. Hoe meer erover wordt gepraat, hoe meer het genormaliseerd wordt, en hoe vaker de diagnose gesteld wordt: "Voel je je vermoeid? Ben je gauw aangebrand? Vind je de collega's de laatste tijd behoorlijk vervelend? Hé, misschien heb je wel een burn-out. Want er zijn al drie medewerkers 'out' met een burn-out. Dus zou je jezelf ook niet best een tijdje bezinnen?"

Ziekte = fatalisme

Mocht burn-out nu ook officieel als ziekte worden beschouwd, dan zou dat pas echt de klap op de vuurpijl zijn. Want als je een ziekte hebt, tja, dan moet je gaan uitzieken. Niet? Het klinkt contra-intuïtief, maar het geeft een zeker comfort als je burn-out beschouwt als een ziekte die je overkomt. Een slachtofferrol die je toelaat om los te laten, op te geven.

En ja uiteraard, draagkracht is niet eindeloos. Maar wanneer je je niet goed in je vel voelt, is in ziekteverlof gaan niet het beste dat je kunt doen. Je geraakt meer geïsoleerd, je krijgt negatieve gevoelens over het werk, en de drempel om terug te komen wordt groter.

Burn-out is geen ziekte. Zet dat uit je hoofd

Wij artsen hebben destijds een gelijkaardige fout gemaakt bij patiënten met locomotorische klachten: "Rugpijn? Blijf in je bed liggen! Laat de pijn je acties bepalen." Fout! Het slechtste advies dat we konden geven. Spieren verzwakken en de pijn wordt centraal in de belevenis. Patiënten genezen veel sneller wanneer ze zo snel mogelijk weer actief zijn. Hetzelfde geldt voor patiënten met symptomen van burn-out.

Een oplosbaar fenomeen

Het is veel effectiever om het probleem te onderkennen als een werkfenomeen: dat je chronische gevoelens van stress hebt op je werk, die niet succesvol worden aangepakt. Daar kan je iets aan doen. Het is geen ziekte die je overkomt, maar een probleem dat je zélf kan aanpakken.

De werkgever heeft hier uiteraard een rol in te spelen, een verantwoordelijkheid op te nemen. Een giftige werksfeer, mismanagement door micromanagers, administratieve beuzelarij; het heeft allemaal een impact op je mentaal welbevinden. Maar het is de werknemer zélf die eigenlijk de hoofdrol speelt in deze tragikomedie. Want al deze stress, al dat lijden, zit in ons hoofd. We kiezen zelf hoe we ermee omgaan. We creëren onze eigen hel.

Burn-out is geen ziekte. Zet dat uit je hoofd. Het is een maatschappelijk fenomeen, een algemeen onwelbevinden door chronische stress die je ervaart op je werk, dat te verhelpen valt. Een vuurproef, die je met de juiste aanpak kan doorstaan!

Enkele weken terug ging het als een lopend vuurtje dat de Wereldgezondheidsorganisatie burn-out als een officiële ziekte zou opnemen in haar nieuwe versie van ziekteclassificatie. De organisatie publiceerde de volgende dag een rechtzetting: burn-out zal in de ICD-11 geregistreerd staan als werkfenomeen: een syndroom als gevolg van chronische stress op de werkplek die niet met succes is gemanaged. Een burn-out leidt tot gevoelens van vermoeidheid, een negatieve houding ten opzichte van de job en een afname van de productiviteit.Op zich niet zo veel nieuws dus. Ook in de huidige, tiende versie van de ICD staat burn-out al vermeld onder "problems related to life management difficulty". De definitie wordt wel uitgebreid, en wordt specifiek gelinkt aan het werk. Maar een aparte, 'echte' ziekte wordt het niet. Dat zal ook niet voor direct zijn, mocht er toch nog iets wijzigen. De huidige versie van de ICD dateert van 20 jaar geleden; de volgende is pas vanaf 2022 van kracht.Gemengde gevoelensDe hele heisa rond het al dan niet erkennen van burn-out als ziekte is wel treffend voor de aandacht die dit fenomeen momenteel krijgt. En ik heb daar gemengde gevoelens bij. Ter voorbereiding van dit opiniestuk ben ik een blogartikel van mezelf uit 2007 tegengekomen: 'More is more'. Hierin verzuchtte ik dat ik werknemers haast niet meer durfde te vragen naar hun werkdruk, omdat dit werkte als olie op het vuur. "Hoe lang zal het nog houdbaar blijven?", vroeg ik me destijds af. Ik verwachtte dat het smeulend vuurtje zich zou uitbreiden tot een heuse bosbrand. Ondertussen heb ik een meer genuanceerde visie gekregen. Ik laat me er niet al te vaak over uit, want ik wil mijn vingers niet branden aan deze hete aardappel. Maar nu zal ik toch nog eens de rode haan laten kraaien.Ik ben blij dat burn-out niet officieel als ziekte beschreven staat, en dat de WHO de moeite neemt om hierover de puntjes op de i te zetten. Want in de voorbije jaren zien we een haast exponentiële groei van het aantal meldingen en diagnoses van burn-out. De perceptie is dat dit een ziekte is die veroorzaakt wordt door het werk. Ik heb daar om verschillende redenen een probleem mee. Aandacht = diagnoseDe aandacht voedt het beestje. Hoe meer erover wordt gepraat, hoe meer het genormaliseerd wordt, en hoe vaker de diagnose gesteld wordt: "Voel je je vermoeid? Ben je gauw aangebrand? Vind je de collega's de laatste tijd behoorlijk vervelend? Hé, misschien heb je wel een burn-out. Want er zijn al drie medewerkers 'out' met een burn-out. Dus zou je jezelf ook niet best een tijdje bezinnen?"Ziekte = fatalismeMocht burn-out nu ook officieel als ziekte worden beschouwd, dan zou dat pas echt de klap op de vuurpijl zijn. Want als je een ziekte hebt, tja, dan moet je gaan uitzieken. Niet? Het klinkt contra-intuïtief, maar het geeft een zeker comfort als je burn-out beschouwt als een ziekte die je overkomt. Een slachtofferrol die je toelaat om los te laten, op te geven. En ja uiteraard, draagkracht is niet eindeloos. Maar wanneer je je niet goed in je vel voelt, is in ziekteverlof gaan niet het beste dat je kunt doen. Je geraakt meer geïsoleerd, je krijgt negatieve gevoelens over het werk, en de drempel om terug te komen wordt groter.Wij artsen hebben destijds een gelijkaardige fout gemaakt bij patiënten met locomotorische klachten: "Rugpijn? Blijf in je bed liggen! Laat de pijn je acties bepalen." Fout! Het slechtste advies dat we konden geven. Spieren verzwakken en de pijn wordt centraal in de belevenis. Patiënten genezen veel sneller wanneer ze zo snel mogelijk weer actief zijn. Hetzelfde geldt voor patiënten met symptomen van burn-out.Een oplosbaar fenomeenHet is veel effectiever om het probleem te onderkennen als een werkfenomeen: dat je chronische gevoelens van stress hebt op je werk, die niet succesvol worden aangepakt. Daar kan je iets aan doen. Het is geen ziekte die je overkomt, maar een probleem dat je zélf kan aanpakken.De werkgever heeft hier uiteraard een rol in te spelen, een verantwoordelijkheid op te nemen. Een giftige werksfeer, mismanagement door micromanagers, administratieve beuzelarij; het heeft allemaal een impact op je mentaal welbevinden. Maar het is de werknemer zélf die eigenlijk de hoofdrol speelt in deze tragikomedie. Want al deze stress, al dat lijden, zit in ons hoofd. We kiezen zelf hoe we ermee omgaan. We creëren onze eigen hel. Burn-out is geen ziekte. Zet dat uit je hoofd. Het is een maatschappelijk fenomeen, een algemeen onwelbevinden door chronische stress die je ervaart op je werk, dat te verhelpen valt. Een vuurproef, die je met de juiste aanpak kan doorstaan!