1. Naar een andere organisatie van de zorg

...

Mobile health maakt het mogelijk om continu veel gezondheidsgegevens te verwerken via mobiele toepassingen zoals gsm's, wearables, sensoren, digitale gezondheidstechnologie enz.. mHealth is terecht opgenomen in het actieplan eGezondheid van de Federale overheid. Verschillende projecten zijn gelanceerd en ondertussen is er ook een Belgisch platform opgericht voor mobiele applicaties die als medisch hulpmiddel CE-gemarkeerd zijn (zie www.mhealthbelgium.be).De digitale gezondheidstechnologie heeft een impact op de relatie arts-patiënt (zie ook Metaforum, Mobile Health Revolution in Healthcare: Are We Ready?(1). De arts wordt niet overbodig door mhealth, wel integendeel. De wijze waarop de patiënt zich echter tot de arts wendt wijzigt wel. Door de makkelijke toegang tot gezondheidsinformatie via het internet en door het gebruik van mobile health zien patiënten de (eerste lijns-)arts niet zozeer meer als een eerste aanbieder van informatie over welzijn en ziekte, maar als een 'gids' voor accurate informatiebronnen (2).Naarmate meer chronische patiënten via digitale gezondheidstechnologie op afstand worden opgevolgd, zal de verblijfsduur in ziekenhuizen (of het aantal verplaatsingen naar ziekenhuizen) sterk afnemen en zal de thuishospitalisatie toenemen. Deze veranderingen vereisen een andere organisatie van zorg, een andere opvolging van patiënten en logischerwijze ook een andere financiering van de zorgactoren.In een arrest van 7 december 2017 oordeelde het Hof van Justitie dat software die artsen helpt bij het voorschrijven van geneesmiddelen en die een functionaliteit bevat waarmee persoonlijke gegevens van een patiënt kunnen worden gebruikt voor het opsporen van contra-indicaties, wisselwerkingen tussen geneesmiddelen en te hoge voorgeschreven doses, een medisch hulpmiddel is. Apps die bijgevolg als een medisch hulpmiddel kunnen worden omschreven zullen uiterlijk op 26 mei 2020 ook moeten conform zijn met de Verordening Medische Hulpmiddelen (3).De ons omringende landen hebben al regelgeving uitgewerkt voor de terugbetaling van telemonitoring en teleconsultatie. Een regeling in België kan niet lang meer uitblijven. Of digitale gezondheidstechnologie in aanmerking komt voor specifieke financiering door de overheid hangt af van de evidentie van het klinisch en gezondheidseconomisch nut van de technologie. Digitale gezondheidstoepassingen kunnen enorm verscheiden zijn. Applicaties voor een gezonde levensstijl verschillen bijvoorbeeld grondig van apps die de bloeddruk en/of hartslag meten en van implantaten die een continue monitoring op afstand toelaten. Bijgevolg zal ook de standaard voor evidentie verschillend zijn per type van technologie. Het Engelse NICE heeft alvast in maart 2019 een interessante leidraad uitgewerkt om die evidentie per type van digitale gezondheidstechnologie in te vullen. Het zou goed zijn indien de evaluatie van de technologie voortaan binnen een Europees kader en op Europees vlak zou kunnen plaatsvinden. De digitale gezondheidstechnologie kan nu eenmaal makkelijk over de grenzen heen worden aangekocht en toegepast. Het voorstel van een Europese Verordening betreffende de evaluatie van gezondheidstechnologie dat in 2018 is goedgekeurd is alvast een stap in de goede richting.Het continu verwerken van gezondheidsgegevens via mobile health met in begrip van het op afstand opvolgen van een patiënt moet plaatsvinden conform de GDPR. Dit houdt bijgevolg in dat de arts die bij de verwerking van gezondheidsgegevens digitale gezondheidstechnologie gebruikt, transparant moet zijn over wie de verwerkingsverantwoordelijke is. Bij het op afstand opvolgen van een chronische patiënt kan de verwerkingsverantwoordelijke het ziekenhuis zijn of de arts, of het ziekenhuis én de arts samen, of het ziekenhuis én een firma ...Indien bij de technologie een verwerker (bv. een cloudprovider) wordt ingeschakeld die werkt voor de verwerkingsverantwoordelijke, zullen tussen de verwerker de verwerkings verantwoordelijke duidelijke contractuele afspraken moeten worden gemaakt. Indien voor de digitale gezondheidstechnologie gebruik wordt gemaakt van een cloudprovider die zich in de VS bevindt zullen de strenge GDPR-regels omtrent het doorgeven van gegevens naar derde landen, moeten worden nageleefd.Leveranciers van digitale gezondheidstechnologie moeten naar artsen en patiënten toe transparant zijn over de doeleinden waarvoor zij gegevens verwerken. Artsen die samenwerken met leveranciers van digitale gezondheidstechnologie moeten er zich van bewust zijn dat die gezondheidsgegevens in principe niet voor commerciële doeleinden kunnen worden verwerkt. De correctionele rechtbank te Gent veroordeelde reeds een arts die zonder toestemming van de patiënten patiëntengegevens aan een firma die voedingssupplementen op de markt bracht, had overgemaakt.