...

Dr. Muylle vermeldde dat PSMA PET/CT-scans in zijn ziekenhuis worden uitgevoerd bij hoogrisicopatiënten (PSA > 20 ng/mL, Gleasonscore > 7 en klinische fase ? T3), vooral wanneer er twee of meer risicofactoren aanwezig zijn. PSMA PET/CT heeft ook een rol in de setting van salvageradiotherapie en biochemisch herval. De EAU beveelt een PSMA PET/CT-scan aan bij patiënten met een PSA-recidief na radiotherapie. Met betrekking tot theranostics in PCa bleek 177Lu-PSMA actiever dan cabazitaxel in de eerste analyse van de gerandomiseerde TheraP-studie bij mCRPC-patiënten. Met een mediane follow-up van 13,3 maanden bereikte 66% van de patiënten die met 177Lu-PSMA werden behandeld een PSA-daling van minstens 50%, in vergelijking tot 37% met cabazitaxel (P < 0,0001). Het risico op PSA-progressie of overlijden was 31% lager voor de groep behandeld met 177Lu-PSMA. Dr. Muylle kijkt uit naar de resultaten van de fase 3-studie VISION om te zien of deze voordelen zich vertalen in een betere totale overleving. Tijdens de discussie was er een vraag over de interobserver variabiliteit die lager is met PSMA PET/CT dan met conventionele beeldvorming. Natuurlijk is er een leercurve met deze techniek, zei dr. Muylle, en in dit verband is het belangrijk dat de radioloog feedback krijgt van de oncoloog en de uroloog om expertise op te doen bij het interpreteren van de PSMA PET/CT-scans.