Bij drievoudig negatieve borstkanker verhoogt toevoeging van een platinaverbinding aan een neoadjuvante chemotherapie met antracyclines en taxanen het percentage complete pathologische respons (pCR). Of ook de overleving daardoor verbetert, is lange tijd niet duidelijk geweest (weinig specifieke studies ad hoc, tegenstrijdige resultaten). Tijdens een langetermijnfollow-up van de BrigHTness-studie en in de Keynote 522-studie (carboplatine + pembrolizumab) zijn positieve resultaten behaald met carboplatine.
In San Antonio is een Indische fase III-studie gepresenteerd die een neoadjuvante behandeling met carboplatine heeft onderzocht bij vrouwen met een niet-gemetastaseerde operabele (stadium cT1-3, N0-1) of plaatselijk gevorderde (cT4 of N2-3) drievoudig negatieve borstkanker M0.
De neoadjuvante chemotherapie bestond in paclitaxel (controlegroep), paclitaxel plus carboplatine (experimentele groep) 1 keer per week gedurende 8 weken en daarna doxorubicine of epirubicine + cyclofosfamide (AC- of EC-schema) om de 21 dagen gedurende 4 cycli.
Het primaire eindpunt was de evenementvrije overleving (EFS), de overleving zonder progressie, recidief, tweede kanker of overlijden ongeacht de doodsoorzaak. Secundaire eindpunten waren de totale overleving en het percentage pCR.
Tussen april 2010 en januari 2020 zijn 717 evalueerbare patiënten in de studie opgenomen, van wie circa 70% jonger dan 50 jaar. Bij 78% van de patiënten was de tumor klinisch > 5 cm. 60% van de patiënten had een plaatselijk gevorderde tumor en 89% had positieve lymfeklieren.
Het percentage pCR was hoger in de carboplatinegroep (54,5%, 95% BI: 49,7-69,5, vs. 40,3%, 95% BI: 36,2-47,0, p = 0,0004. Na een mediane follow-up van 67,6 maanden waren de EFS en de totale overleving na 5 jaar beter in de carboplatinegroep: respectievelijk 70,6% vs. 64,5% (niet-significant) en 74,0% vs. 66,7% (p = 0,034) volgens de abstract. De spreker heeft vooral de gunstige effecten van die behandeling bij de vrouwen van minder dan 50 jaar gepresenteerd:
- EFS na 5 jaar: 74,2% vs. 61,7% (HR 0,64; p = 0,004)
- Totale 5 jaarsoverleving: 77,1% vs. 65,9% (HR 0,61; p = 0,003)
Conclusie?
Toevoeging van carboplatine aan een sequentiële neoadjuvante chemotherapie met een taxaan en een antracycline verbetert de totale overleving significant en lijkt ook de EFS te verbeteren bij patiënten met een operabele en plaatselijk gevorderde drievoudig negatieve borstkanker, maar dat gunstige effect is enkel teruggevonden bij jongere of premenopauzale patiënten. Bij die patiënten is een sterke en significante verbetering van de EFS (absolute winst van 12,5%) en de totale overleving (absolute winst van 11,1%) waargenomen.
Die studie levert dus zeer interessante informatie op en treedt het idee bij dat toevoeging van carboplatine aan de neoadjuvante chemotherapie wel degelijk de standaardbehandeling (in combinatie met pembrolizumab) is bij dat type borstkanker.
Naar de presentatie van Sudeep Gupta, Mumbai, India. SABCS 2022, abstract GS5-01
In San Antonio is een Indische fase III-studie gepresenteerd die een neoadjuvante behandeling met carboplatine heeft onderzocht bij vrouwen met een niet-gemetastaseerde operabele (stadium cT1-3, N0-1) of plaatselijk gevorderde (cT4 of N2-3) drievoudig negatieve borstkanker M0. De neoadjuvante chemotherapie bestond in paclitaxel (controlegroep), paclitaxel plus carboplatine (experimentele groep) 1 keer per week gedurende 8 weken en daarna doxorubicine of epirubicine + cyclofosfamide (AC- of EC-schema) om de 21 dagen gedurende 4 cycli.Het primaire eindpunt was de evenementvrije overleving (EFS), de overleving zonder progressie, recidief, tweede kanker of overlijden ongeacht de doodsoorzaak. Secundaire eindpunten waren de totale overleving en het percentage pCR. Tussen april 2010 en januari 2020 zijn 717 evalueerbare patiënten in de studie opgenomen, van wie circa 70% jonger dan 50 jaar. Bij 78% van de patiënten was de tumor klinisch > 5 cm. 60% van de patiënten had een plaatselijk gevorderde tumor en 89% had positieve lymfeklieren.Het percentage pCR was hoger in de carboplatinegroep (54,5%, 95% BI: 49,7-69,5, vs. 40,3%, 95% BI: 36,2-47,0, p = 0,0004. Na een mediane follow-up van 67,6 maanden waren de EFS en de totale overleving na 5 jaar beter in de carboplatinegroep: respectievelijk 70,6% vs. 64,5% (niet-significant) en 74,0% vs. 66,7% (p = 0,034) volgens de abstract. De spreker heeft vooral de gunstige effecten van die behandeling bij de vrouwen van minder dan 50 jaar gepresenteerd:Conclusie?Toevoeging van carboplatine aan een sequentiële neoadjuvante chemotherapie met een taxaan en een antracycline verbetert de totale overleving significant en lijkt ook de EFS te verbeteren bij patiënten met een operabele en plaatselijk gevorderde drievoudig negatieve borstkanker, maar dat gunstige effect is enkel teruggevonden bij jongere of premenopauzale patiënten. Bij die patiënten is een sterke en significante verbetering van de EFS (absolute winst van 12,5%) en de totale overleving (absolute winst van 11,1%) waargenomen.Die studie levert dus zeer interessante informatie op en treedt het idee bij dat toevoeging van carboplatine aan de neoadjuvante chemotherapie wel degelijk de standaardbehandeling (in combinatie met pembrolizumab) is bij dat type borstkanker.Naar de presentatie van Sudeep Gupta, Mumbai, India. SABCS 2022, abstract GS5-01