...

De auteurs zijn voor hun casus-controleonderzoek over glucagon-like-peptide-1-receptorantagonisten (GLP-1-receptoragonisten) en dipeptidylpeptidase-4-remmers (DPP-4-remmers) uitgegaan van het Deense register. In Denemarken worden alle patiënten bij wie een diagnose van diabetes wordt gesteld, in dat register gestoken. De auteurs hebben hun onderzoek beperkt tot de periode 2005-2012. Tijdens die periode werden 6.036 gevallen van pancreaskanker gediagnosticeerd bij patiënten die werden behandeld met antidiabetica. De controlepopulatie bestond uit 60.360 voor de leeftijd, het geslacht en de woonplaats gematchte mensen die nooit antidiabetica hadden gekregen. De frequentie van pancreaskanker bij diabetespatiënten die waren behandeld met GLP-1-receptoragonisten, bedroeg 0,55% tegen 0,23% in de controlegroep (RR = 2,7). De frequentie van pancreaskanker bij diabetespatiënten die waren behandeld met DPP-4-remmers, bedroeg 1,66% tegen 0,5% in de controlegroep (RR = 3,87). Met metformine en sulfonylureumderivaten was het RR 2,65 en met insuline tot slot was dat 3,61. Het hoogste risico werd waargenomen bij de patiënten die waren behandeld met insuline en andere antidiabetica, maar de observatie strookt met een risico als gevolg van diabetes en de ernst van de diabetes, en niet als gevolg van de behandeling als dusdanig. Een laatste element dat erop wijst dat de diabetes zelf een oorzakelijke rol speelt: het relatieve risico was het hoogst bij de patiënten die de behandeling pas waren gestart (minder dan drie voorschriften), ongeacht het gebruikte antidiabeticum. Tot besluit, die resultaten wijzen erop dat diabetes een risicofactor voor pancreaskanker is, ongeacht de behandeling.