...

Standaardbehandeling en gerichte therapieënProf. Demols legde uit dat zowel de eerste- als tweedelijnsbehandeling van BTC al enige tijd onveranderd is, namelijk gemcitabine + cisplatinum gevolgd door mFOLFOX in tweede lijn. FGFR-fusies of recombinaties komen voor in 15-20% van de intrahepatische cholangiocarcinomen (IHCC). Twee fase 2-studies onderzochten een tweedelijnsbehandeling met de FGFR-inhibitoren pemigatinib en infigratinib (1,2). In beide studies werden een redelijke respons en PFS bereikt in de groep patiënten met FGFR-afwijkingen, en toxiciteit was in lijn met het gekende profiel van de producten. Beide behandelingen worden momenteel in fase 3 onderzocht, als eerstelijnsbehandeling. Ongeveer 20% van de IHCC-patiënten heeft een IDH 1- of 2-mutatie. Ivosidenib is een IDH1-inhibitor, die al geëvalueerd werd in een placebogecontroleerde fase 3-studie. Zowel PFS als OS waren significant verlengd in de ivosidenibarm. Momenteel is ivosidenib (nog) niet beschikbaar in België. Her2-mutaties en -amplificaties, evenals BRAF-mutaties zijn andere mogelijke interessante targets die nog verder onderzoek behoeven.Vervolgens besprak prof. Demols NTRK1-, 2- en 3-fusies, waarvan haar onderzoeksgroep nu bevestigd heeft dat die ook bij BTC in ongeveer 1% van de gevallen voorkomen (3). De NTRK-inhibitor larotrectinib wordt sinds april in België terugbetaald. Ook MSI-H komt slechts bij ongeveer 1% voor, en de eerste resultaten met immuuntherapie lijken gunstig wanneer dat het geval is. Een vooruitblikProf. Demols sprak haar verwachting uit dat gerichte therapieën een grotere rol zullen spelen in de toekomst. De Moscato-studie toonde aan dat BTC-patiënten met een zogenaamde 'actionable target' die gepersonaliseerde therapie kregen, veel betere uitkomsten hadden dan degenen waarvoor dat niet het geval was. Dit concept zal verder onderzocht worden in de SAFIR ABC-010-studie, waaraan de BGDO zal deelnemen, samen met groepen uit de UK en Frankrijk.DiscussieProf. Van Cutsem merkte op dat BRCA- en andere HRD-genen ook een rol kunnen spelen in BTC, en waarschijnlijk aan de lijst van potentiële alteraties toegevoegd moet worden. Dr. Van den Eynde vroeg of prof. Demols verwacht dat chemotherapie voor BTC uiteindelijk ook in eerste lijn vervangen zal worden door gerichte therapieën. Ze antwoordde dat ze voor de patiënten zeker haar hoop vestigt op de lopende studies hierrond, aangezien dat in veel gevallen de behandeling makkelijker te verdragen zou maken.1. Abou-Alfa et al., Lancet Oncology 2020.2. Javle et al., ASCO-GI 2021.3. Demols et al., ESMO GI 2020.