...

Tijdens consulten ligt de nadruk vaak op de acute bijwerkingen van chemo-, radio- en endocriene therapie, terwijl problemen die zich later of op lange termijn kunnen voordoen, zoals vermoeidheid, neuropathie, angst en depressie, op de achtergrond blijven. Prof. Patricia Ganz (medisch oncoloog, UCLA) pleit voor een consultatie die zich specifiek richt op "the 3 P's of survivor care: Palliation, Prevention and Health Promotion". Palliatieve zorg, vaak foutief geassocieerd met levenseindezorg, focust op de symptoombestrijding en het welzijn van de patiënt. Denk maar aan het verlichten van gewrichtspijn gelinkt aan endocriene therapie, cognitieve of psychosociale problemen of insomnia. Hoewel deze klachten niet levensbedreigend zijn, kunnen ze problematisch zijn, en zelfs risicovol wanneer ze leiden tot het vervroegd stopzetten van endocriene therapie. Bij deze vrouwen moet dus ook systematisch gepolst worden naar eventuele hormonale en menopauzale klachten, zoals opvliegers en FSD(1). Een multidisciplinaire aanpak is bijzonder zinvol en farmacologische of gedragsinterventies kunnen helpen. "Uitspraken in de trant van "je moet vooral blij zijn dat je nog leeft", laten we beter achterwege", merkt prof. Ganz op.Preventie dan. We mogen niet vergeten dat de kans op een tweede kanker - en niet alleen op een borstkankerrecidief - verhoogd is in deze populatie. Screening blijft dus belangrijk, en in sommige gevallen is chemopreventie aangewezen. Daarnaast moeten de patiënten met risico op osteoporose of hartproblemen de juiste opvolging krijgen. Preventie en gezondheidsbevordering gaan hand in hand, aangezien zaken als lichaamsbeweging en het vermijden van overgewicht ook de prognose verbeteren. Meditatie, cognitieve gedragstherapie en tai chi bewezen hun stress-verlagend effect en kunnen de slaaphygiëne verbeteren.Ook bij de professionele re-integratie van borstkankerpatiënten kunnen oncologen een rol spelen, door de noden van de patiënt te evalueren en te verwijzen naar de juiste hulp. Twee jaar na de diagnose is een vijfde van de borstkankerpatiënten nog steeds 'out'(2). Factoren die een rol spelen zijn o.a. het ziektestadium, invasieve chirurgie, behandelingsgerelateerde bijwerkingen ≥ graad 3, een leeftijd > 50 jaar en depressie. Vrouwen die genieten van werkplekaanpassingen, zoals halve dagen werken en telewerk, gaan sneller terug aan de slag. Nuttige bronnen voor werken na kanker zijn www.rentree.eu (coaching), Kom Op Tegen Kanker (telefonisch advies) en pink-ribbon.be/pink-monday. Ook patiëntenorganisaties kunnen hierin steun bieden.