Dr. Palmieri (Liverpool, Verenigd Koninkrijk) presenteerde resultaten van Europa's grootste prospectieve dataset (ISARIC) van gehospitaliseerde kankerpatiënten besmet met covid-19 afkomstig uit 258 centra in het Verenigd Koninkrijk (1).

Impact op de prognose

De studie vergeleek de gegevens van 5.346 patiënten met een voorgeschiedenis van kanker en 1.680 kankerpatiënten onder actieve behandeling, met die van 59.568 patiënten zonder kanker. Patiënten met kanker waren ouder, met meer mannen dan vrouwen, maar de comorbiditeit en covid-19-symptomen bij ziekenhuisopname waren vergelijkbaar.

Bij patiënten met zowel kanker als covid-19 was het 30-daags sterftecijfer hoger (40,5%) dan bij de covid-19-patiënten zonder kanker (28,5%) (hazard ratio 1,62; 95% CI 1,56-1,68; p<0,001). De grootste relatieve verschillen deden zich opmerkelijk genoeg voor bij patiënten jonger dan 50. Dr. Benjamin Solomon (Melbourne, Australië) plaatste deze resultaten in perspectief. Een grondige analyse van de data toonde namelijk ook pijnlijk aan dat patiënten met kanker en een SARS-CoV-2-infectie minder toegang hadden gehad tot de intensieve zorg en beademing.

Een aantal nationale en internationale registers keken of het type kanker een impact heeft op de prognose bij kankerpatiënten besmet met SARS-CoV-2. Daaruit bleek dat met name patiënten met longkanker en hematologische kankers een grotere kans hebben om te sterven bij een covid-19-besmetting (2). Daarnaast zijn ook oudere leeftijd, mannelijk geslacht, roken en twee of meer comorbiditeiten geassocieerd met een hoger sterfterisico voor kankerpatiënten met covid-19 (3).

Het Covid-19 and Cancer Consortium (CCC19) identificeerde nog volgende risicofactoren: ECOG PS ≥1, progressieve kanker, meer dan één kanker en ernstige covid-19-symptomen. In de huidige analyse van 3.899 patiënten, voornamelijk uit de Verenigde Staten, bedroeg de 30-daagse mortaliteit 15% en zelfs 25% bij gehospitaliseerde patiënten. Laboanalyses van de gehospitaliseerde patiënten associeerden een hoge of lage absolute lymfocytentelling, een hoge absolute neutrofiele telling, lage bloedplaatjes en abnormale niveaus van creatinine, D-dimeer, hoogsensitief troponine of C-reactieve eiwitten met een slechtere prognose.

Het CCC19 onderzocht ook een mogelijk verband tussen de timing van de kankerbehandeling en ziekteverschijnselen en sterfte als gevolg van covid-19 (4). Op basis van de analyses zouden patiënten die recent chemotherapie of immunotherapie hadden gehad, een groter risico lopen om te overlijden. Echter, de verschillende groepen waren niet gecorrigeerd voor leeftijd en geslacht, de confidentie-intervallen benaderden 1 en het ging over kleine aantallen.

Het UK Coronavirus Cancer Monitoring Project (UKCCMP) analyseerde data van 800 kankerpatiënten met covid-19 (5). Ongeveer de helft van de patiënten had een milde vorm van covid-19, maar 28% van de patiënten overleed. Het risico om te overlijden nam toe met de leeftijd, mannelijk geslacht en comorbiditeiten. Na correctie van deze risicofactoren bleek dat patiënten die een actieve kankerbehandeling ondergaan zoals chemo-, immuno- of hormoontherapie geen verhoogd risico hebben om te sterven aan covid-19.

Op basis van deze initiële resultaten kunnen we stellen dat kankerpatiënten hun behandeling moeten verderzetten, zeker als er kans is op genezing. In dit verband zijn de resultaten van het CHU in Luik hoopgevend (6). In de dagkliniek werd beslist om systemische behandelingen voor gemetastaseerde solide tumoren te continueren bij patiënten jonger dan 65 zonder comorbide aandoeningen. Slechts 11 van de 399 patiënten die in maart de dagkliniek bezochten, hadden een vermoedelijke of bevestigde covid-19-infectie en slechts drie van deze patiënten overleden. Vijf patiënten werden opgenomen in het ziekenhuis voor covid-19, maar niemand had intensieve zorgen nodig. Deze resultaten zijn bemoedigend en bevestigen nogmaals dat het stopzetten van een kankerbehandeling een groter risico inhoudt dan het verderzetten ervan tijdens de covid-19-pandemie.

Impact op welzijn medisch oncologen

Dr. Susana Banerjee (Londen, Verenigd Koninkrijk) presenteerde de resultaten van een grootschalig onderzoek van de ESMO over de impact van covid-19 op het welzijn en de werkprestaties van medisch oncologen (7). De online vragenlijst werd in april/mei en in juli/augustus door > 900 medisch oncologen van 101 landen ingevuld. Voorlopige analyses tonen aan dat stress en een burn-outgevoel zijn toegenomen op drie maanden tijd (25% versus 33% en 38% versus 49%).

Daarentegen rapporteerden 51% van de oncologen in de tweede enquête een verbetering in werkprestaties, gedefinieerd als de mogelijkheid om de job uit te voeren volgens dezelfde standaard als vóór de pandemie, in tegenstelling tot slechts 34% bij het begin van de pandemie. Dit kan er op wijzen dat de artsen zich hebben aangepast aan de nieuwe situatie. Betere werkprestaties waren geassocieerd met een adequate taakbeheersing en psychologische veerkracht. Slechts 272 oncologen vulden beide vragenlijsten in, wat directe vergelijking mogelijk maakt. Ook hier werden dezelfde trends gezien.

De onderzoekers vonden ook een correlatie tussen het gevoel van stress en de sterftecijfers in een land, maar volgens de discussant dr. Evandro de Azambuja (Jules Bordet Instituut, Brussel) mag deze conclusie niet getrokken worden aangezien de sterftecijfers per land op een verschillende manier gerapporteerd werden. Toch tonen deze resultaten aan dat het belangrijk is om niet alleen voldoende psychologische steun te geven aan de kankerpatiënten, maar ook aan alle zorgverleners om een golf van posttraumatische stress na de coronapandemie te voorkomen.

Impact covid-19 op zorgverlening

Een ander onderzoek gepresenteerd door dr. Guy Jerusalem van het CHU in Luik bevestigde de grote impact van covid-19 op de zorgverleners (8). De enquête werd verspreid door 20 oncologen uit 10 van de landen die het meest getroffen werden door covid-19 en werd uiteindelijk ingevuld door 109 medisch oncologen uit 18 landen. Van de deelnemers gaf 18% aan dat ze ervan uitgaan dat hun mentaal welzijn zich nog niet zal herstellen tegen eind dit jaar. 63% heeft toegang tot psychologische ondersteuning, maar slechts 10% maakt er gebruik van.

Het onderzoek polste ook naar veranderingen in de zorgverlening. Chirurgie (in 34% van de centra), chemotherapie (22%) en radiotherapie (13,7%) werden geannuleerd of uitgesteld bij meer dan 10% van de patiënten. Tijdens de piek van de pandemie werden hoofdzakelijk teleconsultaties met de patiënten gedaan, met name voor follow-up en continuering van orale therapie. De meeste oncologen gaven aan dat ze dit zouden verder zetten voor bepaalde consultaties. Ook het multidisciplinair overleg tussen de specialisten zelf gebeurde grotendeels online.

Tijdens de covid-19-pandemie werd er volop ingezet op digitale gezondheidszorg met onder andere teleconsultaties om het aantal ziekenhuisbezoeken te beperken. De COREO-studie onderzoekt of er een verschil bestaat in het aantal covid-19-besmettingen tussen een groep patiënten die thuis behandeld worden en een controlegroep die de verplaatsing maakt naar het ziekenhuis (9). Het doel van deze studie is de ernst van de complicaties van covid-19 bij kankerpatiënten in kaart te brengen.

Patiënten die chemotherapie, hormonale therapie of een doelgerichte behandeling ondergaan werden reeds opgevolgd door de 'RemeCare Oncology' applicatie. Bij de covid-19-uitbraak werd het protocol aangepast en moeten patiënten nu ook extra aandacht schenken aan coronasymptomen en deze registreren in de applicatie (temperatuur, spierpijn, hoesten en kortademigheid). Op het ESMO-congres gaven de onderzoekers de preliminaire resultaten mee van de thuiszorggroep. Tijdens de eerste twee maanden van de pandemie waren er slechts vier SARS-CoV-2-infecties op 360 patiënten. Telemonitoring is een veilige manier van werken. Een ander positief effect van meer thuiszorg was de verkorte wachttijd voor de kankerbehandelingen die wel in het ziekenhuis moesten plaatsvinden.

Referenties:

1. Palmieri C. et al. Ann Oncol 2020;31(4): S992. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.1735

2. de Joode K. Ann Oncol 2020;31(4): S1207-S1208. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.2320

3. Grivas P. et al. Ann Oncol 2020;31(4): S1202-S1203. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.2313

4. Wise-Draper T. et al. Ann Oncol 2020;31(4): S1201-S1202. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.2312

5. Lee L. et al. Ann Oncol 2020;31(4): S994-S995. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.1742

6. Lecocq M. Ann Oncol 2020;31(4): S1007. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.1776

7. Banerjee S. Ann Oncol 2020;31(4): S1200-S1201. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.2311

8. Jerusalem G. Ann Oncol 2020;31(4): S1205-S1206. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.2317

10. Peeters M. et al. AAnnals of Oncol 2020;31(4): S1031. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.1844

Dr. Palmieri (Liverpool, Verenigd Koninkrijk) presenteerde resultaten van Europa's grootste prospectieve dataset (ISARIC) van gehospitaliseerde kankerpatiënten besmet met covid-19 afkomstig uit 258 centra in het Verenigd Koninkrijk (1).De studie vergeleek de gegevens van 5.346 patiënten met een voorgeschiedenis van kanker en 1.680 kankerpatiënten onder actieve behandeling, met die van 59.568 patiënten zonder kanker. Patiënten met kanker waren ouder, met meer mannen dan vrouwen, maar de comorbiditeit en covid-19-symptomen bij ziekenhuisopname waren vergelijkbaar. Bij patiënten met zowel kanker als covid-19 was het 30-daags sterftecijfer hoger (40,5%) dan bij de covid-19-patiënten zonder kanker (28,5%) (hazard ratio 1,62; 95% CI 1,56-1,68; p<0,001). De grootste relatieve verschillen deden zich opmerkelijk genoeg voor bij patiënten jonger dan 50. Dr. Benjamin Solomon (Melbourne, Australië) plaatste deze resultaten in perspectief. Een grondige analyse van de data toonde namelijk ook pijnlijk aan dat patiënten met kanker en een SARS-CoV-2-infectie minder toegang hadden gehad tot de intensieve zorg en beademing.Een aantal nationale en internationale registers keken of het type kanker een impact heeft op de prognose bij kankerpatiënten besmet met SARS-CoV-2. Daaruit bleek dat met name patiënten met longkanker en hematologische kankers een grotere kans hebben om te sterven bij een covid-19-besmetting (2). Daarnaast zijn ook oudere leeftijd, mannelijk geslacht, roken en twee of meer comorbiditeiten geassocieerd met een hoger sterfterisico voor kankerpatiënten met covid-19 (3). Het Covid-19 and Cancer Consortium (CCC19) identificeerde nog volgende risicofactoren: ECOG PS ≥1, progressieve kanker, meer dan één kanker en ernstige covid-19-symptomen. In de huidige analyse van 3.899 patiënten, voornamelijk uit de Verenigde Staten, bedroeg de 30-daagse mortaliteit 15% en zelfs 25% bij gehospitaliseerde patiënten. Laboanalyses van de gehospitaliseerde patiënten associeerden een hoge of lage absolute lymfocytentelling, een hoge absolute neutrofiele telling, lage bloedplaatjes en abnormale niveaus van creatinine, D-dimeer, hoogsensitief troponine of C-reactieve eiwitten met een slechtere prognose.Het CCC19 onderzocht ook een mogelijk verband tussen de timing van de kankerbehandeling en ziekteverschijnselen en sterfte als gevolg van covid-19 (4). Op basis van de analyses zouden patiënten die recent chemotherapie of immunotherapie hadden gehad, een groter risico lopen om te overlijden. Echter, de verschillende groepen waren niet gecorrigeerd voor leeftijd en geslacht, de confidentie-intervallen benaderden 1 en het ging over kleine aantallen. Het UK Coronavirus Cancer Monitoring Project (UKCCMP) analyseerde data van 800 kankerpatiënten met covid-19 (5). Ongeveer de helft van de patiënten had een milde vorm van covid-19, maar 28% van de patiënten overleed. Het risico om te overlijden nam toe met de leeftijd, mannelijk geslacht en comorbiditeiten. Na correctie van deze risicofactoren bleek dat patiënten die een actieve kankerbehandeling ondergaan zoals chemo-, immuno- of hormoontherapie geen verhoogd risico hebben om te sterven aan covid-19.Op basis van deze initiële resultaten kunnen we stellen dat kankerpatiënten hun behandeling moeten verderzetten, zeker als er kans is op genezing. In dit verband zijn de resultaten van het CHU in Luik hoopgevend (6). In de dagkliniek werd beslist om systemische behandelingen voor gemetastaseerde solide tumoren te continueren bij patiënten jonger dan 65 zonder comorbide aandoeningen. Slechts 11 van de 399 patiënten die in maart de dagkliniek bezochten, hadden een vermoedelijke of bevestigde covid-19-infectie en slechts drie van deze patiënten overleden. Vijf patiënten werden opgenomen in het ziekenhuis voor covid-19, maar niemand had intensieve zorgen nodig. Deze resultaten zijn bemoedigend en bevestigen nogmaals dat het stopzetten van een kankerbehandeling een groter risico inhoudt dan het verderzetten ervan tijdens de covid-19-pandemie. Dr. Susana Banerjee (Londen, Verenigd Koninkrijk) presenteerde de resultaten van een grootschalig onderzoek van de ESMO over de impact van covid-19 op het welzijn en de werkprestaties van medisch oncologen (7). De online vragenlijst werd in april/mei en in juli/augustus door > 900 medisch oncologen van 101 landen ingevuld. Voorlopige analyses tonen aan dat stress en een burn-outgevoel zijn toegenomen op drie maanden tijd (25% versus 33% en 38% versus 49%). Daarentegen rapporteerden 51% van de oncologen in de tweede enquête een verbetering in werkprestaties, gedefinieerd als de mogelijkheid om de job uit te voeren volgens dezelfde standaard als vóór de pandemie, in tegenstelling tot slechts 34% bij het begin van de pandemie. Dit kan er op wijzen dat de artsen zich hebben aangepast aan de nieuwe situatie. Betere werkprestaties waren geassocieerd met een adequate taakbeheersing en psychologische veerkracht. Slechts 272 oncologen vulden beide vragenlijsten in, wat directe vergelijking mogelijk maakt. Ook hier werden dezelfde trends gezien. De onderzoekers vonden ook een correlatie tussen het gevoel van stress en de sterftecijfers in een land, maar volgens de discussant dr. Evandro de Azambuja (Jules Bordet Instituut, Brussel) mag deze conclusie niet getrokken worden aangezien de sterftecijfers per land op een verschillende manier gerapporteerd werden. Toch tonen deze resultaten aan dat het belangrijk is om niet alleen voldoende psychologische steun te geven aan de kankerpatiënten, maar ook aan alle zorgverleners om een golf van posttraumatische stress na de coronapandemie te voorkomen.Een ander onderzoek gepresenteerd door dr. Guy Jerusalem van het CHU in Luik bevestigde de grote impact van covid-19 op de zorgverleners (8). De enquête werd verspreid door 20 oncologen uit 10 van de landen die het meest getroffen werden door covid-19 en werd uiteindelijk ingevuld door 109 medisch oncologen uit 18 landen. Van de deelnemers gaf 18% aan dat ze ervan uitgaan dat hun mentaal welzijn zich nog niet zal herstellen tegen eind dit jaar. 63% heeft toegang tot psychologische ondersteuning, maar slechts 10% maakt er gebruik van. Het onderzoek polste ook naar veranderingen in de zorgverlening. Chirurgie (in 34% van de centra), chemotherapie (22%) en radiotherapie (13,7%) werden geannuleerd of uitgesteld bij meer dan 10% van de patiënten. Tijdens de piek van de pandemie werden hoofdzakelijk teleconsultaties met de patiënten gedaan, met name voor follow-up en continuering van orale therapie. De meeste oncologen gaven aan dat ze dit zouden verder zetten voor bepaalde consultaties. Ook het multidisciplinair overleg tussen de specialisten zelf gebeurde grotendeels online. Tijdens de covid-19-pandemie werd er volop ingezet op digitale gezondheidszorg met onder andere teleconsultaties om het aantal ziekenhuisbezoeken te beperken. De COREO-studie onderzoekt of er een verschil bestaat in het aantal covid-19-besmettingen tussen een groep patiënten die thuis behandeld worden en een controlegroep die de verplaatsing maakt naar het ziekenhuis (9). Het doel van deze studie is de ernst van de complicaties van covid-19 bij kankerpatiënten in kaart te brengen. Patiënten die chemotherapie, hormonale therapie of een doelgerichte behandeling ondergaan werden reeds opgevolgd door de 'RemeCare Oncology' applicatie. Bij de covid-19-uitbraak werd het protocol aangepast en moeten patiënten nu ook extra aandacht schenken aan coronasymptomen en deze registreren in de applicatie (temperatuur, spierpijn, hoesten en kortademigheid). Op het ESMO-congres gaven de onderzoekers de preliminaire resultaten mee van de thuiszorggroep. Tijdens de eerste twee maanden van de pandemie waren er slechts vier SARS-CoV-2-infecties op 360 patiënten. Telemonitoring is een veilige manier van werken. Een ander positief effect van meer thuiszorg was de verkorte wachttijd voor de kankerbehandelingen die wel in het ziekenhuis moesten plaatsvinden.Referenties:1. Palmieri C. et al. Ann Oncol 2020;31(4): S992. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.17352. de Joode K. Ann Oncol 2020;31(4): S1207-S1208. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.23203. Grivas P. et al. Ann Oncol 2020;31(4): S1202-S1203. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.23134. Wise-Draper T. et al. Ann Oncol 2020;31(4): S1201-S1202. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.23125. Lee L. et al. Ann Oncol 2020;31(4): S994-S995. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.17426. Lecocq M. Ann Oncol 2020;31(4): S1007. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.17767. Banerjee S. Ann Oncol 2020;31(4): S1200-S1201. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.23118. Jerusalem G. Ann Oncol 2020;31(4): S1205-S1206. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.231710. Peeters M. et al. AAnnals of Oncol 2020;31(4): S1031. https://doi.org/10.1016/j.annonc.2020.08.1844