...

De vier studies werden uitgevoerd bij in het totaal 1.654 patiënten (1.328 mannen en 326 vrouwen) met een gevorderde slokdarm- of maagkanker die een eerstelijnstherapie met vaak gebruikte combinaties van cytostatica hadden gekregen.Al met al was er geen significant verschil in de incidentie van bijwerkingen tussen mannen en vrouwen. Nausea en braken kwamen echter duidelijk vaker voor bij vrouwen dan bij mannen (respectievelijk 89% en 78%) en dat was ook zo wat graad ≥ 3-nausea betreft (respectievelijk 17% en 10%). Vrouwen ontwikkelden ook vaker diarree (54% versus 47%), mondulcera (50% versus 41%), alopecia/haarverlies (81% versus 74%) en infecties als gevolg van neutropenie. Dat laatste verschil was echter net niet significant.Ook ontwikkelden vrouwen vaker ernstige bijwerkingen tijdens de behandeling, potentieel ernstige complicaties waarvoor vaak een ziekenhuisopname vereist was.Tussen mannen en vrouwen was geen verschil in overleving, maar het responspercentage op de chemotherapie was hoger bij mannen dan bij vrouwen.Je zou kunnen stellen dat dit alles toe te schrijven is aan genetische en biologische verschillen tussen mannen en vrouwen en dat daar dus weinig aan te doen is, maar volgens de vorsers is dat een zeer enge zienswijze. Als je weet dat vrouwen vaker bijwerkingen krijgen zoals nausea, braken en diarree, kan je zorgen voor een aangepaste educatie en een betere ondersteuning om de behandeling van die frequente bijwerkingen van chemotherapie te verbeteren.Naar de presentatie van Michael Davidson. Abstract 619PD. ESMO 2018, München, 18-23 oktober.