...

In de diverse Europese lidstaten bestaan schrijnende verschillen in maternale sterfte, toegang tot abortus provocatus, antenatale screening, behandeling van hypertensie, bloedingen en infectie in de zwangerschap. Idem dito voor post- en neonatale zorg. Daarin komt nu verandering onder impuls van Johan Van Wiemeersch en Belgische gynaecologen.Van Wiemeersch drukt mee zijn Europese stempel als vicevoorzitter van de Ebcog (European Board and College of Obstetrics and Gynaecology). Na bemiddeling met de Ebcog in het Europees Parlement kwam de promotie van zorgstandaarden in de verschillende lidstaten op de agenda. De betrokken Europarlementsleden kregen een lijvig document in handen: Standards of Care for Women's Health in Europe. Daarmee willen de gynaecologen de schrijnende ongelijkheden van zorg in de verschillende lidstaten wegwerken.VoorbeeldfunctieHoe moet dat concreet? De Ebcog suggereert om zorg- en opleidingsstandaarden te toetsen aan klinische indicatoren. De parlementsleden waren onder de indruk van de te verwachten impact op de toekomstige gezondheidszorg voor zwangere vrouwen. In die mate zelfs dat ze het project als een model zien dat uitbreidbaar is naar andere specialismen en domeinen van de geneeskunde. Maar zoiets vergt uiteraard tijd: "Rome is niet op één dag gebouwd", heet het.Toch blijft Europa niet bij de pakken zitten: in het Europees Parlement weerklonk het startschot voor een cascade maatregelen die moet leiden tot een zogenoemd EU Policy document. Bedoeling is om dat document tussen 2015 en 2020 in praktijk om te zetten. Daarin speelt de Ebcog een voorname rol. Ze moet het medisch jargon van het document vertalen in politiek compatibele boodschappen, iets waarvoor overleg nodig is met de Europese vroedvrouwenvereniging en patiëntenorganisaties. "De Belgische gynaecologen in de Ebcog zullen een cruciale rol spelen in de verdere contacten met de Europarlementsleden", aldus Van Wiemeersch. Momenteel is de voorzitter van de 'Commission on Women's Health' dokter Parvanova. Die raadde de gynaecologen aan om dringend te lobbyen bij het Europees observatorium gezondheidszorg, een politiek machtige denktank die de Europese commissie rechtstreeks adviseert. Daarnaast zal de Ebcog zich ook richten tot de WHO en de Verenigde Naties (Fonds voor Bevolkingsontwikkeling). Veel commissies en organisaties, maar daardoor laten de gynaecologen zich niet afschrikken. In juni 2012 al is onder het Deens voorzitterschap van de Commissie een hoorzitting gepland waaraan de verschillende groeperingen zullen meewerken. Dat wordt hoogstwaarschijnlijk de aanzet tot de opname van de Zorgstandaarden voor Verloskundige Zorg in het Public Health Program van de komende jaren. Het is dan aan de ministeries van Volksgezondheid in de verschillende lidstaten om het programma in kwestie te implementeren.Voor volgend jaar stoomt de Ebcog een tweede rapport klaar over gynaecologische zorg. De zestien zorgstandaarden verloskunde zijn:1. Algemene infrastructuur voor kraamklinieken2. Preconceptionele counseling3. Spoedgevallen in de vroege zwangerschap4. Routine prenatale controle5. Antenatale screening6. Zwangerschapsbegeleiding bij migrantenvrouwen7. Psychologische begeleiding in de zwangerschap8. Medische aandoeningen tijdens de zwangerschap9. Intrapartale zorg10. Infectiepreventie11. Maternele mortaliteit en morbiditeit12. Postnatale zorg van de moeder13. Neonatale zorg14. Zorg voor prematuur geboren baby's15. Begeleiding van familieleden met ongunstige afloop van de zwangerschap16. Opleidingsstandaarden